Deze verkiezingen gaan niet over Europa
COLUMN - Verkiezingscampagnes voor het Europees Parlement zijn van een dodelijke saaiheid en voorspelbaarheid. Om de vijf jaar krijgen we de boodschap dat Europa best belangrijk is. De kiezer krijgt elke ronde opnieuw uitgelegd wat het Parlement doet, wat de taak van de Commissie is, van de Raad van ministers en de Europese Raad van regeringsleiders. En dat er democratisch gezien nogal wat schort aan het instituut EU (alsof het in de natiestaten allemaal perfect geregeld is). Elke vijf jaar horen we ook weer de klacht dat ‘Brussel’ ver weg is en dat we onze vertegenwoordigers daar zo slecht kennen. Is dat vreemd? Vijf jaar lang worden Europese politici in de media weggedrukt door de nationale politiek. De Haagse zaken, hoe futiel ook, krijgen altijd voorrang in de media boven Brusselse maatregelen, hoe verstrekkend ze ook zijn.
Men zegt dat burgers zich niet druk maken over deze verkiezingen. Ze zouden weinig interesse hebben in ‘Europa’. Maar het punt is: het gaat helemaal niet over Europa bij deze verkiezingen. Het gaat over het klimaat, over sociale rechtvaardigheid, over de economie, over landbouw, voedselveiligheid, energievoorziening en nog veel meer. Waarom blijft wat er echt speelt bij de Europese verkiezingen alsmaar verborgen achter al die voorspelbare clichématige verhalen over desinteresse, complexe besluitvorming en abstracte beelden over een continent?