COLUMN - Staatssecretaris Dekker van Onderwijs beschikt over een goed gevulde trukendoos. Hij wil het onderwijsveld in ons land aanpakken, verbeteren en vooral naar een hoger niveau tillen. Tot nu toe hebben een aantal plannen die hij op papier heeft gezet – waaronder het ‘passend onderwijs’ en het ‘excellente onderwijs’ – voor beroering en discussie in het land gezorgd. Met zijn typische VVD-gedachtegoed vraagt hij veel van zichzelf, maar misschien nog meer van alle docenten én leerlingen.
Zijn nieuwste plan is echter nog niet eens zo gek van opzet. Waarschijnlijk zal het binnen een aantal jaren de gewoonste zaak zijn, dat alle leerlingen gepersonaliseerd onderwijs kunnen gaan volgen. Leren op maat, met daarbij de mogelijkheid om sommige vakken op een hoger niveau aangeboden te krijgen én af te sluiten.
Een prima deal, waar veel docenten, leerlingen en ouders zich nu al in kunnen vinden. Daarnaast oppert Dekker echter ook dat het mogelijk moet worden om de excellente leerling in het voortgezet onderwijs, een diploma te geven met het predikaat ‘cum laude’. Hiermee wil hij de slimste slimmeriken proberen te motiveren en te stimuleren om voor deze prestigieuze titel te werken. Misschien ook nog wel in een verkort VWO-programma, als het even kan. Op deze manier zullen ‘we’ namelijk definitief naam gaan maken bij de concurrerende Europese onderwijslanden om ons heen en aansluiting gaan vinden in de onderwijstop!
Maar moeten we dat wel willen?
Nederland staat alom bekend als een land waarin de zogenaamde ‘zesjescultuur’ en de ‘doe maar normaal’ houding domineert. Daarbij zal de stap van het toekomstige gepersonaliseerde leren al een dusdanig vooruitstrevend en arbeidsintensief karakter gaan krijgen, dat we daar met z’n allen voorlopig de handen aan vol zullen hebben. De enigszins dwangmatige behoefte van Dekker om daarnaast het excelleren te stimuleren, is wat mij betreft dan ook nog een stap te ver. In zijn euforische optimisme om het personaliseren en het excelleren in ons onderwijs tot een succes te gaan maken, vergeet de Staatssecretaris naar mijn idee echter enkele fundamentele principes. Het lijkt me dan ook raadzaam om deze eerst te onderzoeken en tot een succes te maken, voordat de ingezette excelleerkoers kan worden ingezet.
Want allereerst betreft dit alles natuurlijk een financiële kwestie. Scholen moeten in deze tijd van economische krimp en bijbehorende bezuinigingen de eindjes aan elkaar zien te knopen. Voor vernieuwingen is echter veel (meer) geld nodig. Dat is er simpelweg niet. Daarnaast zal de werkdruk voor het onderwijzend personeel er niet minder op worden. Want voor het op een deugdelijke manier ontwikkelen van vernieuwingen is tijd nodig. Die zal beschikbaar moeten komen. Verder zullen leerlingen, al dan niet op weg naar een excellente en/of gepersonaliseerde leeromgeving, het beste gedijen in kleinere klassen met meer persoonlijkere aandacht en enthousiasme van de docent. Iets waar de onderwijsvakbonden zich op dit moment hard voor maken om gerealiseerd te krijgen. Daarnaast zal het welbevinden van en de aandacht voor het kind op een school prioriteit nummer één moeten hebben. Dit kan enkel bereikt worden door meer tijd te bieden en minder (ver)nieuwe(nde) onderwijsopleggingen erdoor te duwen die op korte tijd ingevoerd moeten worden.
Dit alles, in combinatie met de nodige dosis creativiteit van een school en zijn docentencorps, zal een leerling uiteindelijk het meeste helpen, op weg naar een gepaste vervolgopleiding én een evenwichtig bestaan in onze veeleisende maatschappij. Ik hoop dan ook van harte dat Staatssecretaris Dekker zijn ambitieuze trukendoos voorlopig dicht zal laten en het onderwijsveld probeert te bieden wat er op dit moment primair hard nodig is voor het ‘cum laude’ laten slagen van zijn excellente trucjes in de toekomst.
Volg Pascal Cuijpers op Twitter.
Reacties (11)
Gaat dat internet nou ook eindelijk eens gebruikt worden voor onderwijs? En dan heb ik het niet over Blackboard maar over zoiets als de Kahn-academie.
De zesjeshouding is toch precies wat men wil met het onderwijs? Het lijkt mij bij uitstek ‘efficient’ – exact het benodigde en niets meer dan dat.
Dat is toch immers precies wat we creeren?
We stellen de budgetten zo in dat de leerdoelen die geformuleerd staan net aan gehaald kunnen worden, waardoor de schoolbesturen kiezen voor de goedkoopst mogelijke docenten (en dus met vaak de laagst mogelijke opleiding), zetten die voor zo groot mogelijke klassen met zo min mogelijk extra leermiddelen en ondersteuning, en dan zijn we verbaasd dat leerlingen die houding van minimalisme overnemen?
We gaan (net zoals in de economie) naar het Angelsaksische systeem: de topscholen zijn uitstekend (maar ook duur) en de rest is matig tot bagger. Terwijl het Nederlandse systeem er altijd op gericht is geweest om goed onderwijs over de hele linie te leveren. Dus alle scholen minimaal een bepaald nivo.
Je kan een euro maar 1x uitgeven, dus meer aandacht voor topscholen betekent minder voor andere scholen. En dus een lagere kwaliteit.
Cum laude vermelding lijkt mij wat overbodig.
Een gymnasium- of ander diploma, met negens en tienen lijkt mij duidelijk genoeg ;-)
Laat hij maar eens beginnen met de opleidingen voor het onderwijzend personeel op een hoger niveau te brengen.
Leuk voorbeeld is Finland:
De onderwijzers hebben daar een universitaire opleiding.
N.B.,
Wel grappig trouwens dat in Nederland iemand met VWO Bestuurskunde en een propedeuse Nederlands recht staatssecretaris van onderwijs is.
De ‘zesjescultuur’ is het gevolg van de overdaad aan externe prikkels: je leert niet voor het leren op zichzelf, voor de voldoening, de kennis of de persoonlijke ontwikkeling, maar voor het papiertje. Een predicaat ‘cum laude’ is weer zo een prikkel, maar dan een tandje moeilijker. Daar verandert toch helemaal niets mee? Neoliberalen zien de externe prikkel als de ‘silver bullet’ die het niet is.
Als je die wortel van ‘cum laude’ voor je neus nodig hebt om een 8 te willen halen, dan ben je geen uitblinker maar een luilak!
@0
“Op deze manier zullen ‘we’ namelijk definitief naam gaan maken bij de concurrerende Europese onderwijslanden om ons heen en aansluiting gaan vinden in de onderwijstop!”
We zitten al bij de onderwijstop, we zitten niet ieder jaar bij de top 5 maar dat komt vooral omdat andere landen opklimmen en het dus drukker wordt aan de top (waardoor ruis een grotere rol gaat spelen). Ik zie niet in hoe het productief of gezond is om in een groep van tientallen ontwikkelde landen steeds bij de beste 5 te willen horen, terwijl al die landen zo dicht bij elkaar zitten dat ruis de exacte ranking iedere keer omgooit.
Excellentie programma’s werken hier ook helemaal niet aan mee want ze kunnen de cijfers nauwelijks verhogen zonder gewoon dingen te verleggen ipv. te verbeteren. De “excellente” leerling van nu is iemand die negens haalt op de vakken die hem/haar interesseren (en als dat niet de makkelijkste vakken zijn) en zesjes op de rest. Speciale excellente programma’s opzetten betekent ten eerste die leerling gewoon meer vakken geven die hij/zij interessant vindt wardoor het gemiddelde cijfer wel omhoog gaat maar de kennis ook minder breed wordt (op zich prima in een specialisten maatschappij als de onze, maar natuurlijk niet helemaal eerlijk om daarmee gemiddelden op te krikken en tegen andere landen op te scheppen dat je leerlingen het beter doen). Ten tweede krijg je dat heel veel ouders willen dat hun kind zo’n diplomatje krijgen en het ontzettend aantrekkelijk wordt om ook excellentie programma’s te maken voor degenen die eigenlijk helemaal niet zo excellent zijn vergeleken met de rest van de bevolking (dan krijg je dingen zoals de honours programma’s op de universiteiten die geen ruk voorstellen), dit zal extra sterk spelen bij mensen die een commerciele functie in het bedrijfsleven ambieren (want daar geeft men extra veel om dit soort papiertjes), wat zorgt voor nog meer excellentie inflatie.
Ondertussen is die zesjescultuur zo slecht nog niet: de waarheid is dat de meeste banen prima kunnen worden uitgevoerd door mensen die zesjes hebben gehaald en dat de meeste mensen daar ook tevreden mee zijn. We veroorzaken vooral diploma inflatie en extra stress bij leerlingen en studenten als we gaan doen alsof je alleen met negens een baan kunt krijgen en alsof negens bij kunstgeschiedenis beter voor je baankansen zijn dan zesjes bij technische natuurkunde.
@6: Ik snap niet dat mensen een post als deze kunnen minnen.
@6 eens.
@0
In het WO zijn de bachelor programma’s steeds breder geworden: je moet langer wachten tot je mag specialiseren dan voorheen. Dat is een negatieve ontwikkeling voor ongeveer de helft van de leerlingen. Bovendien is doctoraal gesplitst in Ba en Ma deel. Excellentie en cum laude van vroeger, zijn er niet meer die van vandaag door.
Hoewel ik niet geloof dat het toekennen van diploma’s met cum laude veel zal veranderen, snap ik ook niet wat de schrijver hier nu tegen heeft. Het kost namelijk nauwelijks moeite voor een school om leerlingen die voor hun eindexamen slagen met minstens een x gemiddeld (oid) een stempeltje cum laude te geven. Daarmee verander je inderdaad niet zo veel aan het onderwijs, en creëer je echt geen excellentie. Je zult het echter wel eenvoudiger maken voor die leerlingen die nu al goed scoren om (ihb in het buitenland) duidelijk te maken hoe goed ze het gedaan hebben op de middelbare school. En het geeft een klein symbool van waardering voor goed-scorende leerlingen.
@6: In mijn ervaring met vooral hele goede beta’s zijn zij ook beter dan gemiddeld in andere vakken als talen (denk 7’s en 8’en voor talen als ze 9’s en 10’en halen voor wiskunde en natuurkunde). En verder kunnen excellentie-programma’s juist tijd winnen door veel minder tijd te besteden aan de basis van de vakken waar de leerlingen goed in zijn, zodat ze wel iets kunnen toevoegen. Op mijn oude school (ten tijde van de mammoetwet) was er een heel simpel systeem waar een vak waar je goed in was niet hoefde te volgen (maar wel examen in deed), en de extra tijd kon gebruiken om nog een extra vak te volgen. Ofwel dit “excellentie-programma” deed niet aan vervanging, en juist wel aan verbreding. (Overigens zou ik het logischer vinden ipv een ander vak verrijking voor het vak waar je goed in bent aan te bieden, maar dat kost veel meer tijd voor de school).
@9
“In mijn ervaring met vooral hele goede beta’s zijn zij ook beter dan gemiddeld in andere vakken als talen (denk 7′s en 8′en voor talen als ze 9′s en 10′en halen voor wiskunde en natuurkunde).”
Sommigen, de meesten lopen toch bij een paar vakken de kantjes eraf en dat is niet erg.
“Je zult het echter wel eenvoudiger maken voor die leerlingen die nu al goed scoren om (ihb in het buitenland) duidelijk te maken hoe goed ze het gedaan hebben op de middelbare school.”
Dat valt vies tegen: andere landen hebben andere systemen en onderwijsculturen. Je krijgt echt niet in ieder land even makkelijk/moeilijk een 10 en dat gaat dan nog uit van een 1-10 schaal (in Belgie is het al moeilijker om een 10 te halen maar is een zesje juist niet het laagst haalbare om dat je met een 5 een vak haalt). Als je werkt met een kleinere schaal haal je sneller hogere cijfers omdat afronding dan meer effect heeft.
“Ofwel dit “excellentie-programma” deed niet aan vervanging, en juist wel aan verbreding. (Overigens zou ik het logischer vinden ipv een ander vak verrijking voor het vak waar je goed in bent aan te bieden, maar dat kost veel meer tijd voor de school).”
Ik zie niet dat dat soort dingen slecht zijn, integendeel, ik zei dat het niet eerlijk is om zulke dingen te gebruiken om als land je internationale ranking op te krikken: natuurlijk krijg je hele mooie cijfers als je mensen met een wiskundeknobbel alleen maar wiskunde laat doen en mensen met een talenknobbel alleen maar talen laat doen maar je kunt die cijfers dan niet meer vergelijken met een andere leerling die meer vakken volgt of met een land waar leerlingen verplicht zijn meer vakken te volgen.
@8: Vroeg specialiseren betekend:
Iets meer weten van weinig ;-)