Esarhaddon (7) – Nalatenschap

Onder Esarhaddon’s heerschappij (681-669 v. Chr.) bereikte het Assyrische Rijk zijn grootste omvang. Esarhaddon consolideerde het Assyrische gezag over Mesopotamië en de Levant, pacificeerde de nomadenstammen in Anatolië en Iran en versloeg aartsrivaal Egypte. Bovendien had hij de erfopvolging goed geregeld, waardoor de troonswisseling voor het eerst sinds ruim een halve eeuw probleemloos verliep. De zeventienjarige Ashurbanipal werd koning van Assyrië, zijn iets oudere broer Shamas-shum-ukin werd koning van Babylonië. De vloek van Sargon leek te zijn afgewend. Het zag ernaar uit dat het Assyrische Rijk een glansrijke toekomst tegemoet zou gaan. Je voelt vast al wel aan waar dit naartoe gaat…

Door: Foto: Verloren Oudheid
Foto: Verloren Oudheid

Esarhaddon (5) – Het Troonopvolgingsverdrag

COLUMN - Het is 672 v. Chr. Esarhaddon is ziek. Al zijn gewrichten doen pijn en door een hevige koorts is hij aan bed gekluisterd. Koude rillingen lopen over zijn rug, zijn ogen zien rood en zijn huid zit onder de blaren. Zijn eetlust is hij ook verloren. Esarhaddon heeft wel vaker last gehad van deze ziekte. Meestal slaat deze ziekte in korte tijd zeer hevig toe, waarna de symptomen weer enkele maanden achterwege blijven. De beste artsen van het land hebben hem al onderzocht, maar geen van hen kan een diagnose stellen. Een ziekte als deze hebben ze nog nooit gezien. Esarhaddon is radeloos. Hij weet dat hij niet lang meer te leven heeft.

De vloek van Sargon

Over hoe Esarhaddon zijn ziekte ervaren heeft valt veel te speculeren. Mogelijk zag hij zijn ziekte als onderdeel van de vloek die op zijn familie rustte. Deze vloek was al begonnen bij zijn grootvader Sargon II, die door een staatsgreep aan de macht was gekomen en later op het slagveld was gesneuveld. De vloek leek ook aan zijn vader Sanherib te hebben gekleefd, die door twee van zijn eigen zoons was gedood nadat hij de heilige stad Babylon had verwoest. Esarhaddon had gedaan wat hij kon om de vloek af te wenden. Hij had zelfs de heilige stad Babylon laten herbouwen, maar blijkbaar was het tevergeefs. Blijkbaar kon ook hij niet aan de vloek van Sargon ontkomen.

Lezen: Het wereldrijk van het Tweestromenland, door Daan Nijssen

In Het wereldrijk van het Tweestromenland beschrijft Daan Nijssen, die op Sargasso de reeks ‘Verloren Oudheid‘ verzorgde, de geschiedenis van Mesopotamië. Rond 670 v.Chr. hadden de Assyriërs een groot deel van wat we nu het Midden-Oosten noemen verenigd in een wereldrijk, met Mesopotamië als kernland. In 612 v.Chr. brachten de Babyloniërs en de Meden deze grootmacht ten val en kwam onder illustere koningen als Nebukadnessar en Nabonidus het Babylonische Rijk tot bloei.

Foto: Verloren Oudheid

Verloren Oudheid | Nineveh

COLUMN - Het culturele vandalisme van IS kwam voor het eerst grootschalig in het nieuws toen de terreurgroep in januari 2015 delen van de stadsmuur van Nineveh opblies. Het bleek het begin te zijn van een veel grotere campagne om sporen van het voorislamitische verleden uit te wissen. Dit verleden zou immers kunnen afleiden van het islamitische ideaal. Het is dan ook typerend dat van alle heidense ruïnes de stadsmuren van Nineveh het als eerste moesten ontgelden.

Reconstructie van de stad Nineveh volgens archeoloog Austen Henry Layard (1817-1894).

Reconstructie van de stad Nineveh volgens archeoloog Austen Henry Layard (1817-1894).

De reputatie van Nineveh
In de Oudheid stond Nineveh bekend als een van de grootste en mooiste steden ter wereld. Tussen 705 en 612 v. Chr. was het de hoofdstad van het Nieuw-Assyrische Rijk en als zodanig beschikte de stad over alle luxes die binnen het rijk te krijgen waren. Met ruim 120.000 inwoners afkomstig uit alle delen van het rijk was Nineveh een tijdlang de grootste stad ter wereld. De koningen Sanherib (r. 705-681 v. Chr.) en Ashurbanipal (r. 669-627 v. Chr.) bouwden er hun paleizen en zelfs een van de eerste bibliotheken was er gevestigd. In de Bijbel worden haar inwoners getypeerd als arrogant en decadent en wordt de verwoesting van de stad bejubeld. Dit alles spreekt echter des te meer voor de indruk die de stad maakte op overwonnen volken.