WW: De paradox van het stemmen
De woensdagmiddag is op GeenCommentaar Wondere Woensdagmiddag. Met extra aandacht voor de nieuwste ontwikkelingen in Wetenschap- en Techniekland.
U, als GeenCommentaar bezoeker, heeft vandaag natuurlijk allang gestemd op uw favoriete lokale zuurlinkse partij. Maar bij het ter perse gaan van dit stukje lijken we ons op te gaan maken voor een historisch lage opkomst voor de gemeenteraadsverkiezingen van 2010. Het lijkt er zelfs op dat minder dan de helft van de kiesgerechtigden zijn stem uit gaat brengen. Politiek en sociaal gezien is dit uiteraard allemaal zeer laakbaar, maar wetenschappelijk gezien hebben de thuisblijvers een goed punt: het heeft paradoxaal genoeg geen zin om je stem uit te brengen.
In 1957 publiceerde Anthony Downs zijn invloedrijke werk ‘An economic theory of democracy‘. Hierin beschrijft Downs met behulp van een economisch model de democratische praktijk. In dit werk wordt bijvoorbeeld de ideologische links-rechts tegenstelling en hoe deze de politieke stabiliteit beinvloed beschreven. Vanuit een rationeel perspectief kan bijvoorbeeld ook het verwachte aantal politieke partijen en de ‘gemiddelde stemmer’ geïdentificeerd worden.
Maar misschien wel het schokkendst is de zogenaamde Paradox of Voting of ‘Downs Paradox’ die zegt dat voor een rationele, zelf-geinteresseerde kiezer de kosten van het gaan stemmen groter zullen zijn dan de verwachte baten. Nu zijn er niet zo heel veel kosten aan stemmen verbonden, je moet naar het stembureau lopen en een krabbeltje zetten. Maar doordat de baten over zoveel verschillende mensen verdeeld worden, zijn de verwachte baten voor jezelf dusdanig klein dat ze niet opwegen tegen de minieme kosten, aldus Downs.
Het feit dat veel mensen toch gaan stemmen is een groot probleem voor strikt economische modellen die uitgaan van de rationele mens en tot op de dag vandaag zoeken wetenschappers naar uitwegen uit deze paradox. Onze evolutionaire neiging tot samenwerking kan bijvoorbeeld een gedeelte verklaren, en we weten ook dat mensen heel slecht zijn in het inschatten van verwachte winst/verlies.