De ‘waxinelichthouderwerper’; kent u ‘m nog? Gisteren was het precies een jaar geleden dat hij het inmiddels beruchte voorwerp tegen de Gouden Koets keilde. Al die tijd zit Erwin Lensink, zoals hij in werkelijkheid heet, gevangen in voorarrest.
En zijn gevangenschap is voorlopig nog niet voorbij. Vorige week oordeelde de Haagse rechter dat Lensink verplicht onder psychiatrische behandeling dient te worden gesteld, omdat hij een gevaar zou vormen voor zichzelf en zijn omgeving. Lensink zit dus nog voor minstens een jaar onvrijwillig vast: hij wordt als ‘ontoerekeningsvatbaar’ bestempeld, omdat hij iets richting leden van het koningshuis gooide.
Velen vinden dat een schande. Het heeft de geur van klassenjustitie: zou iemand ook een jaar in voorarrest worden gezet en ontoerekeningsvatbaar worden verklaard als hij een waxinelichthouder naar willekeurig voorbijrijdend verkeer had geworpen? Op het internet circuleert dan ook een petitie die de onmiddellijke vrijlating van Lensink eist. De linkse rebellenclub Krapuul stelt onverkort dat de overheid een ongevaarlijk individu in naam der koningin “de vernieling in helpt”. En Lensinks advocaat verklaart tegenover Vrij Nederland scherp: “Als je het mij vraagt, dient deze zaak als substituut voor de rechtszaak die Karst Tates nooit heeft gekregen.”
Aluminiumbakje
Maar is die kritiek terecht? Ik ging er bij het woord ‘waxinelichthouder’ vanuit dat het om een aluminium bakje ging, dat hooguit een paar gram kan wegen. Hoe kan het werpen daarvan als gevaarlijk of gewelddadig worden aangemerkt? Maar volgens Vrij Nederland betrof het een voorwerp van 629,5 gram. Dan hebben we het dus over een aardenwerken of glazen object met een flinke massa, waar je waxinelichtjes in kunt plaatsen.