Ik kijk de laatste tijd bijna geen tv meer, ik bezoek Twitter nog maar sporadisch, ik zit zelden op Facebook en ik volg het nieuws bijna niet meer. Het is dat ik heel soms nog een krant onder ogen krijg en dat ik dit weekend veel in de auto heb gezeten, waardoor ik wist dat er twee jongetjes waren vermist en dat hun vader zelfmoord had gepleegd. De hype was mij, wil ik maar zeggen, niet geheel ontgaan.
Je weet eigenlijk meteen als zulk nieuws tot je komt, dat het allerergste is gebeurd. De vader heeft zijn kinderen meegenomen, de dood in. Uit wraak, uit wanhoop, uit liefde, wie zal het zeggen. Tegelijk was er iets in mij dat bleef hopen ongelijk te hebben. Ik denk dat het in de eerste plaats die hoop is dat je het verhaal wil blijven volgen. En dat het die hoop is die mensen ertoe beweegt mee te willen zoeken. Ook al weet je dat die hoop tevergeefs is.
Dan is er natuurlijk ook het gruwelijke dat aan je trekt. Op de radio vertelde een woordvoerder van de politie dat ze op zoek waren naar spanbanden. Oranje spanbanden, als ik mij niet vergis. Of je nu wil of niet, je hoofd vertelt je allerlei scenario’s over wat er met die spanbanden gebeurd zou kunnen zijn.
En er is het herkenbare waardoor je het verhaal blijft volgen. Die vader, dat zou je buurman kunnen zijn, een collega, jij. Die kinderen, die heb je zelf ook. En ben je zelf geweest. Ergens in de loop van het verhaal hoop je te stuiten op iets wat je begrijpt, op iets wat verklaart waarom een vader zoiets doet, iets wat vertelt dat het totaal ontspoorde vaderliefde was. Laat het alsjeblieft meer zijn dan alleen maar wraak en haat.