Amerikaanse toestanden

Raakt Nederland besmet? De staat moet zich onthouden van bemoeienis met godsdienst, de vrijheid van meningsuiting, de persvrijheid, of vreedzame volksvergaderingen. Zo luidt ongeveer het First amendment van de Amerikaanse grondwet, traditioneel het voorbeeld voor alle tegenstanders van censuur. De bescherming van het vrije woord tegen ingrijpen van de overheid laat onverlet dat Amerikaanse burgers elkaar nog steeds kunnen aanspreken op uitingen die in strijd zijn met lokale zeden of het dominante geloof. In de afgelopen jaren hebben we met enige verbazing, juist vanwege dat beeld van vrijheidslievende Amerikanen, kennis kunnen nemen van incidenten op Amerikaanse universiteiten waar een ver doorgevoerd beleid van politiek correct handelen geleid heeft tot een drastische inperking van de vrijheid van meningsuiting. Linkse studenten op Amerikaanse universiteiten plegen censuur op ideeën, taal en sprekers die hun niet bevallen. Volgens critici ondermijnen zij hiermee de universiteit als debatplek bij uitstek. Het opmerkelijkste argument van de studenten om bepaalde sprekers, of ook onderdelen uit de historische of literaire canon, niet te willen horen, is dat die hen stress zou bezorgen, en zo lichamelijke klachten, waartegen zij zich dus ook fysiek mogen weren. Dat de studenten het vooral hebben begrepen op uitingen vanuit de rechtse, conservatieve hoek, en dan met name uitingen die strijdig zijn met respect voor hun verschillende identiteiten, roept een reactie op met grote risico's voor de traditionele Amerikaanse free speech. Want wat blijkt? President Trump heeft gehoor gegeven aan klachten uit zijn achterban over de toestand op de 'linkse' universiteiten. Hij dreigt academische instellingen nu te gaan korten op hun researchgelden als ze geen free speech voor hun studenten en personeel kunnen garanderen. Het presidentiële decreet  beroept zich op het First amendment maar is natuurlijk als zodanig juist volledig in strijd met de Amerikaanse grondwet die overheidsingrijpen moet voorkomen.

Lezen: Mohammed, door Marcel Hulspas

Wie was Mohammed? Wat dreef hem? In deze vlot geschreven biografie beschrijft Marcel Hulspas de carrière van de de Profeet Mohammed. Hoe hij uitgroeide van een eenvoudige lokale ‘waarschuwer’ die de Mekkanen opriep om terug te keren tot het ware geloof, tot een man die zichzelf beschouwde als de nieuwste door God gezonden profeet, vergelijkbaar met Mozes, Jesaja en Jezus.

Mohammed moest Mekka verlaten maar slaagde erin een machtige stammencoalitie bijeen te brengen die, geïnspireerd door het geloof in de ene God (en zijn Profeet) westelijk Arabië veroverde. En na zijn dood stroomden de Arabische legers oost- en noordwaarts, en schiepen een nieuw wereldrijk.

Lezen: De wereld vóór God, door Kees Alders

De wereld vóór God – Filosofie van de oudheid, geschreven door Kees Alders, op Sargasso beter bekend als Klokwerk, biedt een levendig en compleet overzicht van de filosofie van de oudheid, de filosofen van vóór het christendom. Geschikt voor de reeds gevorderde filosoof, maar ook zeker voor de ‘absolute beginner’.

In deze levendige en buitengewoon toegankelijke introductie in de filosofie ligt de nadruk op Griekse en Romeinse denkers. Bekende filosofen als Plato en Cicero passeren de revue, maar ook meer onbekende namen als Aristippos en Carneades komen uitgebreid aan bod.