Goed volk | Zwarte Piet (3)
ACHTERGROND - Eigenlijk had dit deel het slotdeel van het drieluik over Zwarte Piet (en Sinterklaas) moeten worden, maar om de complexe stof enigszins tot zijn recht te laten komen moet ik er volgende keer toch nog een deel aan vast plakken. Het tweede deel ging over de twee sporen die het sinterklaasfeest bewandelt: het bekende spoor van het huidige feest (‘nieuwe sinterklaasfeest’) dat zijn wortels heeft in de volle Middeleeuwen en een veel ouder spoor dat volgens mij zijn wortels heeft in de aloude seizoensfeesten en bijbehorende vruchtbaarheidsriten (‘oude sinterklaasfeest’).
Maar er is nog een derde spoor – beter gezegd spoor 2b – en dat is het spoor van dodencultus, voorouderverering en Germaanse mythologie. Is de huidige zwartepietendiscussie bijna uitsluitend politiek en maatschappelijk van aard, de terugvoering van Sinterklaas op de Germaanse mythologie is een wetenschappelijke discussie, maar niet minder fel.
Mocht je veronderstellen dat de zwartepietendiscussie inmiddels wegens een overdaad aan bewijs van de voorstanders het zwijgen is opgelegd – maar niets is minder waar -, hetzelfde geldt voor de wetenschappelijke discussie aangaande Sint en Wodan. De bron van deze discussie ligt niet bij Jan Schenkman maar bij Jacob Grimm, die net als Schenkman niet kan worden bestempeld als de kwade genius.