RECENSIE - Niet zo lang geleden kreeg ik een aanbod van de Amsterdam University Press: of ik een exemplaar wilde hebben van Christian Langes Mohammed, Perspectieven op de Profeet. Om te bekijken of het boek geschikt is voor mijn onderwijspraktijk. Zoals Oscar Wilde al zei: I can resist everything except temptation, dus mijn recensie-exemplaar was snel opgevraagd. Het boek bleek leerzame lectuur.
Lange behandelt – na kort het probleem met de bronnen te hebben behandeld – verschillende beelden van de profeet onder moslims: Mohammed als leraar en geleerde, als filosoof, als mysticus, als wonderdoener. Zelfs het beeld van Mohammed in de moderne Egyptische literatuur, in de film en in de popmuziek komt aan bod. Lang niet al die beelden stemmen met elkaar overeen. Zo kan de ene moslim volhouden dat Mohammed – zoals ook in de koran staat – slechts een mens was zoals alle andere mensen en dus geen wonderen verrichtte, terwijl het aan de andere kant wemelt van de wonderverhalen in de islamitische wereld.
Lange behandelt ook de ontwikkeling van het beeld van een onfeilbare, onaantastbare profeet in het licht van het feit dat de vroege islam – en ook de koran – geen enkele moeite lijkt te hebben gehad met een profeet die zo af en toe een fout maakte. Hoe moslimgeleerden bijvoorbeeld om gingen met het verhaal van de duivelsverzen, vertoont een duidelijke ontwikkeling: aanvankelijk geloofden ze vrijwel allemaal dat het om een historisch voorval ging, tegenwoordig prevaleert onder moslims de overtuiging dat het een verzonnen verhaal is.
Daarmee zijn we aangeland bij de roman van Salman Rushdie, een rel die Lange vrij uitgebreid behandelt en ook in het kader plaatst van de ontwikkeling van beelden van Mohammed in het westen, vanaf de vroege Middeleeuwen. Daarbij kwam even de Cordobaanse martelarenbeweging voorbij in een korte samenvatting die ik totaal niet herkende. Ik weet echter niet wat Langes bronnen hiervoor zijn, dus ik kan niet checken waar zijn versie van het verhaal op is gebaseerd (Lange geeft trouwens veel bronnen aan en zijn geannoteerde bibliografie beslaat niet minder dan elf pagina’s).
Hoe dan ook is het lovenswaardig dat iemand er aandacht aan besteedt, want het illustreert de constatering van Lange dat de Europese beeldvorming over Mohammed door de eeuwen heen gekenmerkt is door een bijna pathologische neiging om Mohammed te demoniseren en te vernederen. Die beeldvorming was aanvankelijk vooral door christelijke religieuze overtuigingen bepaald, maar is met de secularisatie niet wezenlijk overboord gegooid.
In zijn laatste hoofdstuk – dat meer leest als een pamflet – zegt Lange daar behartenswaardige dingen over, waaronder:
Mohammed is wie en wat men van hem maakt, Zijn identiteit wordt bepaald door hoe je zijn leven en werk interpreteert, niet door wat ons de vroeg-islamitische bronnen over hem vertellen. Want deze bronnen zijn niet transparant, in tegenstelling tot wat zowel moslimfundamentalisten als islamcritici beweren.
Langes boek zal u niet veel vertellen als u iets wil weten over Mohammed. Het vertelt u wel een boel over de valkuilen die op de loer liggen als u iets over de profeet wil uitvinden. Daarom is het verplichte literatuur voor wie zich wil mengen discussies over de islam.
Reacties (2)
De redenering in citaten 1, 2 en 3 is voor veel mensen *onbegrijpelijk*.
De voornaam van de auteur “zegt ook al genoeg” voor hen.
En natuurlijk als roverhoofdman, slavenhandelaar, moordenaar, war lord, jodenhater en ga zo maar door. “Die beeldvorming was aanvankelijk vooral door christelijke religieuze overtuigingen bepaald”?! Nou nee. Het zijn de islamitische geschriften zelf die de proleet zo uitbeelden. Christenen hebben daarnaast de vinger op de vele zere plekken van de corrupte islamitische doctrine gelegd. Richard Kroes blijft daar verre van, zoals het een postmoderne meeloper betaamt.