ANALYSE - Medewerkers van Nederlandse multinationals dragen miljoenen bij aan de Amerikaanse verkiezingscampagnes. Onduidelijk is of dat uit eigen politieke interesse van die werknemers gebeurt, of dat die donaties vanuit het bedrijf worden gestuurd.
Aegon, Ahold, Reed Elsevier, ING, Heineken, Shell. Deze en andere Nederlandse multinationals duiken veelvuldig op in de lange lijst met gedoneerde geldsommen aan de Amerikaanse verkiezingscampagnes. The Sunlight Foundation en OpenSecrets.org houden deze donaties minutieus bij. De bijdragen tot het tweede kwartaal van dit jaar zijn openbaar. Wat hebben wij in die enorme hoeveelheid data gevonden?
Transparantie
Volgens een besluit van het Congres in de Verenigde Staten moet van elke donatie van meer dan 200 dollar aan een politieke campagne inzichtelijk zijn wie dat bedrag gaf en aan welke kandidaat. Ook moet te zien zijn voor welk bedrijf hij of zij werkt, wat zijn functie daar is en welk bedrag er is gedoneerd. Zo is te zien wie er denkt belang te hebben bij het financieel steunen van een kandidaat voor een regeringspost, of dat nu een gouverneur of de president is.
De Sunlight Foundation houdt al deze donaties bij. ‘Patronen in donaties kunnen belangrijke informatie bevatten voor stemmers, onderzoekers en anderen. En in sommige gevallen kan een cluster van donaties binnen één bedrijf erop duiden dat er een ‘gebundelde’ contributie komt uit die organisatie,’ schrijft het instituut.
2,5 miljoen dollar
Nederlandse multinationals duiken regelmatig op tussen alle donaties die worden gedaan door Amerikaanse staatsburgers aan gouverneurs, senatoren en presidentskandidaten. Zo blijkt dat er onder de naam van Aegon 2,5 miljoen dollar (1,95 miljoen euro) is gedoneerd sinds 1990. Philips, Reed Elsevier en Unilever zijn ieder goed voor ongeveer 2 miljoen dollar (1,56 miljoen euro). In de huidige presidentscampagne gaat het meeste geld naar Barack Obama, zo blijkt. Door de jaren heen wordt het totale donatiebedrag ook steeds groter.
Huidige cyclus
Vorig jaar juni heeft Doug Curling Jr op een dag 40.800 dollar overgemaakt naar Barack Obama. Curling is CEO van ChoicePoint, maar zijn echte werkgever – aldus zijn eigen registratie – is Reed Elsevier. Begin dit jaar maakte John Hartman, president van Arcadis G&M 2500 dollar over aan eveneens Obama.
Maar er zijn ook andere verkiezingen en dus andere bijdragen. Vanuit een PAC maakten medewerkers van Arcadis de afgelopen twee jaar geregeld vijfduizend dollar over aan verschillende parlementskandidaten, zowel Democratisch als Republikeins. Ook Aegon is een big spender in de nationale verkiezingen (zie overzichten hieronder).
De bijdragen aan de presidentsverkiezingen zijn relatief laag. Er gaat veel meer geld naar het Congres en naar de staten.
Bedrijven: ‘wij dragen niets bij’
De bedrijven laten echter stuk voor stuk weten zelf niets te doneren aan welke politieke campagne dan ook. ‘De donaties waarin onze bedrijfsnaam bij opduikt, zijn individuele bijdragen van werknemers,’ klinkt het uit de mond van woordvoerders van Philips, ING en ABN Amro. Het zijn voornamelijk zogenoemde PAC’s (Political Action Committees) die doneren. Dat zijn groepen, die indirect een kandidaat steunen. Woordvoerders van Aegon en Reed Elsevier zeggen dat dat ook bij hun bedrijven de meest voorkomende manier is waarop medewerkers geld doneren.
De woordvoerder van Reed Elsevier laat echter wel weten dat die donaties niet zomaar alle kanten op gaan. ‘Het PAC wordt gebruikt om politieke kandidaten te steunen die dezelfde kijk op belangrijke politieke standpunten hebben als ons bedrijf’. Ook Greg Tucker, senior vice president van Aegon, geeft aan dat zijn bedrijf niet zelf doneert. ‘Maar natuurlijk is het wel zo dat deze mensen medewerkers zijn van dit bedrijf en dus ook voor een deel denken vanuit het belang van het bedrijf. Als Aegon zeggen wij niet dat we liever hebben dat onze medewerkers stemmen op een bepaalde kandidaat, maar we zijn wel blij dat onze mensen politiek actief zijn, dat stimuleren wij ook’.
Shell
Tegelijk kunnen ook directeuren geld doneren. Immers ook zij hebben belangen en ook die donaties zijn in te zien. Zo duikt de directeur van het bedrijf East Resourses, Terence Pegula, op bij de grootste som gedoneerd geld. 175.000 dollar ging er naar een campagne van de Republikeinse gouverneur van Pennsylvania, Tom Corbett. Zijn vrouw doneerde nog eens 100.000 dollar. Opvallend genoeg deden zij de donatie niet onder de bedrijfsnaam East Resourses, maar onder de naam van Shell. De Nederlandse energiegigant nam het bedrijf eind 2010 over.
‘Blijkbaar is er vanuit East Resourses geld gedoneerd. Shell zelf doet dat niet, al zijn er bepaalde organisaties in de VS die het vervolgens hebben door voorkomen alsof Shell de donatie heeft gedaan,’ aldus een woordvoerder. Desalniettemin is, dankzij de verkiezing van Corbett en de besluiten die hij daarna nam, Shell nu in de staat aan het boren naar ethaan en mag het bedrijf er een fabriek starten.
Voorspellers
De bijdragen die via Nederlandse bedrijven lopen, zijn redelijk goed besteed: de partij waar het meeste geld naartoe ging, won ook meestal in de nationale of presidentsverkiezingen. In de jaren negentig werd er meer gegeven aan Republikeinse kandidaten (ondanks dat Bill Clinton president was), maar dat klopt ook wel. Het Congres was toen ook meestentijds in Republikeinse handen. Als de Nederlandse bijdragen enige voorspellende waarde hebben, dan zullen de Democraten een duidelijke meerderheid behalen.
En ook Obama kan op een klinkende overwinning rekenen.
Er zit nog allerlei leuke informatie in deze dataset. Wil je ermee aan de slag, download ‘m hier (in excelformat, dus je moet ‘m echt downloaden). En hou ons op de hoogte als je iets vindt.
Veel uitzoekwerk is verricht door Koen Nederhof.