ANALYSE - Het kan de regelmatige lezer van Sargasso niet zijn ontgaan, vandaag vinden in de VS de zogenaamde midterm elections plaats, waarbij de Amerikanen een nieuw Huis van Afgevaardigden mogen kiezen en tegelijkertijd een derde van alle Senaatszetels op het spel staat.
De Republikeinse meerderheid in het Huis van Afgevaardigden wordt niet bedreigd. Dat is overigens vooral te wijten aan de laatste ronde van gerrymandering die volgde op de Republikeinse verkiezingsoverwinningen van 2010.
Wel wordt de huidige Democratische meerderheid in de Senaat ernstig bedreigd. Volgens de verkiezingsstatistici van The New York Times is de kans dat de Republikeinen hier een meerderheid verwerven, is op dit moment ongeveer zeventig procent.
Qua nieuwe wetgeving zullen de gevolgen daarvan echter beperkt zijn. Op dit moment worden al bijzonder weinig nieuwe wetten aangenomen door het Congres vanwege de ideologische tegenstellingen tussen het Republikeinse Huis van Afgevaardigden en de Democratische Senaat.
Hoewel de Republikeinen binnenkort waarschijnlijk dus in staat zullen zijn wetgeving aangenomen te krijgen door zowel het Huis van Afgevaardigden als de Senaat, is daar echter altijd nog Obama’s vetopen.
En een presidentieel veto kan slechts worden overwonnen als een wetsvoorstel de steun heeft van twee derde van alle leden in zowel het Huis van Afgevaardigden als de Senaat. En dat zit er sowieso niet in.
Het einde van Obamacare is dus zeker niet in zicht.
Bovendien zal een eventuele Republikeinse meerderheid in de Senaat waarschijnlijk van relatief korte duur zijn: in 2016 moeten juist veel kwetsbare Republikeinse Senatoren opgaan voor herverkiezing. De verwachting is dan ook de Democraten bij de volgende verkiezingen de meerderheid in de Senaat zullen heroveren.
Dat neemt niet weg dat een Republikeinse meerderheid in de Senaat wel degelijk slecht nieuws is voor de president Obama. Veel federale benoemingen, van hooggeplaatste bestuurders en binnen de rechterlijke macht, moeten immers langs de Senaat.
Gezien de politieke polarisatie van de laatste jaren, is dit instemmingsrecht van de Senaat steeds meer een politiek wapen geworden:
Historically, the Senate operated under an informal understanding of how this power would be used. The president had a basic right to appoint judges and nominees who broadly reflected his ideology, but the Senate could veto a candidate who they deemed especially extreme, scandal-ridden, or incompetent. […]
Senate Republicans realized there was no formal rule requiring they use their power to filibuster only for extreme or corrupt presidential nominees. So they started blocking executive branch appointments not out of any specific objection but to try to force Obama to accept changes to laws Republicans don’t like. They also started filibustering federal judges merely because they didn’t want Obama to appoint anybody at all to those seats.
Kortom: een Republikeinse meerderheid in de Senaat zal, zo meent bijvoorbeeld Jonathan Chait, nauwelijks gevolgen hebben voor de wetgeving die uit het Congres komt, maar wel voor het functioneren van zowel de uitvoerende als de rechterlijke macht.
Reken er dus maar op dat bij een Republikeinse meerderheid in de Senaat de verlammende impasse die het Congres al sinds 2010 in zijn greep houdt, zich deels zal uitbreiden tot de overige twee overheidstakken.
Want als zij zelf niet mogen regeren, is het maar het beste dat helemaal niemand regeert, vinden de Republikeinen.