RECENSIE - Mirjam de Rijk, economisch journalist, schrijver en voormalig wethouder, schreef met Gekaapt door het kapitaal een vlot lezend, goed gedocumenteerd boek [1]. De uitkomst van deze recensie is geen andere dan dat het boek gelezen moet worden. Daarom hierbij vast de aanmoediging om het aan te schaffen. Maar waarom is het lezen uw tijd en geld waard?
Iedereen leest weleens een kop in de krant, of ziet een item op een journaal, dat ongenoegen oproept over hoe onze economie tegenwoordig functioneert. Een fragment in het nieuws, waaruit blijkt dat er iets niet goed zit, maar dat vervolgens wordt begraven onder ander nieuws, of dat door dagelijkse beslommeringen naar de achtergrond verdwijnt. In de inleiding tekent De Rijk er een aantal op. Vervoersbedrijf Arriva in handen van Amerikaanse investeerder, Medisch specialisten stappen op vanwege overname van hun lab en Private equity koopt de ene na de andere zorgaanbieder.
Voor de Rijk vormde deze krantenkoppen juist de aanleiding voor een uitgebreid onderzoek. Ze sprak talloze mensen en kreeg veel informatie boven water, op basis waarvan ze eerst enkele artikelen voor De Groene Amsterdammer schreef en vervolgens dit boek. Daarin zijn die nieuwsfragmenten onderdeel van een verhaal over de werking van het kapitaal in de hedendaagse economie. Met name, maar niet alleen, in de economie van de publieke sector. Dat deel van de economie, waar winst van private partijen direct of indirect door de belastingbetaler wordt betaald.
Rendement zoekend kapitaal in de publieke sector
Onderdeel van de economie van de publieke sector, is bijvoorbeeld de voor 70% collectief gefinancierde kinderopvang. Private-equitypartijen kopen daar regelmatig met belastinggeld opgebouwde kinderopvangorganisaties op. Wat doet een kapitalist in de kinderopvang? Geld verdienen door bijvoorbeeld het vastgoed dat eigendom is van de kinderopvangorganisatie via een sale and lease back-constructie eruit weg te halen en het gelijk weer voor veel geld terug te verhuren. Geen kind wordt er beter van, maar de organisatie wel slechter. Want het eigendom verdwijnt en daar komen hoge huren voor terug. Die moeten vanaf dat moment door de ouders en dus vaak indirect door de overheid betaald worden. Dergelijke kostenverhogingen zetten bovendien druk op andere kosten, zoals de lonen van de medewerkers.
— — —
Dit artikel is onderdeel van de substack Workshop Nieuw Kapitalisme. Geïnteresseerden kunnen zich daar inschrijven voor een nieuwsbrief. Nieuwe artikelen ontvang je dan per mail.
— — —
Dat opkopen is onderdeel van een strategie, die niet alleen in de kinderopvang wordt gebruikt. Kleine organisaties met één of enkele vestigingen worden opgekocht en samengevoegd, met steeds grotere ketens tot gevolg. Kralen rijgen noemt De Rijk het in navolging van de private-equitypartijen. Het gevolg in de kinderopvang is bijvoorbeeld dat er wijken zijn waar elke opvang van dezelfde keten is – een geografisch monopolie. Een ander gevolg zijn prijsverhogingen. Maar aangezien deze ketens zich vooral richten op wijken waar een eurootje extra per opvang-uur niet zoveel uitmaakt, wordt dat nauwelijks waargenomen. Na enkele jaren samenvoegen en geld onttrekken is het in de regel weer tijd om de boel met grote winst te verkopen. Dat er zoveel verdient wordt met dergelijke doorverkopen illustreert volgens De Rijk het piramidespel dat erachter zit.
Naast de kinderopvang geeft ze voorbeelden uit de zorg. De Franse private-equityfirma, Apax Partners, dat de grote ggz-keten Mentaal Beter overnam, komt bijvoorbeeld aan de orde. Deze firma doet alleen de lichte ggz-zorg. De makkelijke gevallen die ze zoveel mogelijk digitaal afhandelt (cherrypicking). Ze vangt daar wel volledige vergoedingen voor, maar kan bezuinigen op kantoren en personeel. De oorspronkelijke ggz-instellingen, vaak stichtingen zonder winstoogmerk, draaien op voor de zwaardere gevallen, dus de duurdere zorg. In 2021 en 2022 kochten private-equityfirma’s voor ca 3,5 miljard aan zorgorganisaties op.
Ze vertelt ook over het onderwijs, waar steeds meer huiswerk- en bijlesbureau’s actief zijn, die steeds vaker eigendom zijn van private-equityfirma’s. Het kralen rijgen is ook hier staande praktijk, maar het blijft vaak onzichtbaar, doordat de organisaties onder hun oorspronkelijke namen (Juffrouwjulia, Schoolkitchen) blijven bestaan. Private-equity wil liever buiten beeld blijven. In het hoofdstuk over wonen gaat het bijvoorbeeld over Holland2Stay, dat hele kleine sociale huurwoningen verhuurt (40 m2) voor een prijs van 879 euro, genoeg voor een prima winstmage. En een huur die net laag genoeg is om nog huursubsidie te kunnen aanvragen, waardoor de overheid in feite meebetaald aan de hoge huren.
Tot slot vertelt ze over private-equity in het bedrijfsleven en hoe het daar de aard van ondernemen verandert. In plaats van ondernemers zitten financiers daar steeds vaker aan de knoppen. In de door haar geciteerde woorden van Mariana Mazzucato, wordt taking er steeds belangrijker dan making. En bedrijven worden zelf steeds meer handelswaar.
Hoe het zo gekomen is
De beschrijvingen van wat ze ziet gebeuren in die vier publieke domeinen (zorg, onderwijs, wonen, kinderopvang) en in het bedrijfsleven, vormen samen deel één van het boek. Ze geeft talloze voorbeelden en dat stemt niet vrolijk. Maar door je te laten onderdompelen in alles wat er mis gaat, zie je steeds beter hoe het werkt. Daar helpt ook deel twee bij, genaamd Hoe is het zo gekomen. Ze zet daar een stap terug om het grote plaatje beter te kunnen overzien. Deel drie vertelt ons wat we eraan kunnen doen.
Dat tweede deel probeert dus te verklaren en begint met het hoofdstuk getiteld Een groeiende vermogensberg zoekt rendement. Ze beschrijft daarin waar al dat geld eigenlijk vandaan komt. Specifiek het type geld waar het hier om te doen is en dat sinds 2002 wereldwijd is verdrievoudigd: geld dat rendement moet opleveren. Ze noemt zeven oorzaken, zoals het beleid van de ECB (geld in de economie pompen, dat terechtkomt bij partijen die al veel geld hebben), belastingen (meer op loon dan op winst), maar bijvoorbeeld ook ongelijkheid – niet als gevolg, maar als oorzaak van die groeiende hoeveelheid kapitaal.
Het erop volgende hoofdstuk, De publieke sector als jachtterrein, doet uit de doeken hoe dat kapitaal in die sector op zoek gaat naar rendement. Daar worden we, onder kopjes als publieke verwaarlozing, marktdenken en dom beleid met de neus op de feiten gedrukt. “Hoe kan het dat de politiek wel een winstverbod instelt, maar vervolgens niets doet tegen degenen die zich van die wet niks aantrekken”. Feiten die ons laten zien dat onze politiek niet in staat is gebleken die sector te beschermen. Het in decennia opgebouwde maatschappelijke weefsel van organisaties, dat als gestolde publieke waarde liet zien wat samenleven kan betekenen, wordt financieel uitgebeend, opgezadeld met schulden en weer in de verkoop gezet.
Oplossingen
Na deze twee delen vervolgt De Rijk het boek met een pragmatisch, oplossingsgericht derde deel. Tien lessen voor een ‘echte publieke sector’, zeven bouwstenen om bedrijven uit de greep van private equity te halen en vier manieren om de vermogensberg te beteugelen.
Eén tipje van de sluier. Een interessante bouwsteen om bedrijven uit de greep van private equity te houden is het bedrijfsmodel dat steward-owned wordt genoemd. Het is een bedrijfsvorm waarin aandeelhouders niets te zeggen hebben over de koers van het bedrijf. “Bij grote bedrijfsbeslissingen besluiten de stewards, die aangesteld zijn als een soort rentmeesters-zonder-eigenbelang.” Hoe en door wie die stewards precies aangesteld worden en hoe de zeggenschap precies geregeld is, hangt van de precieze vormgeving af. Maar de focus van aandeelhouders op snelle en hoge rendementen wordt weggenomen. Al zo’n tachtig Nederlandse bedrijven hebben deze bedrijfsvorm – denk aan Royal Haskoning DHV, de Coffeecompagny en de Arbo Unie.
Ook interessant aan dat model is dat in eerdere versies van het kapitalisme nagenoeg alle bedrijven Steward owned waren. In de tijd dat rechtspersonen nog nauwelijks bestonden, grootschalige bedrijven nog toekomstmuziek waren en de zuid-as nog een idyllisch poldertje was, bestond kapitalisme voornamelijk uit familiebedrijven. Van aandeelhouders die iets voor het zeggen wilde hebben hadden ze geen last.
Kritiek
In elk boek valt wel iets te vinden waar je kritiek op kunt hebben, ook in dit boek. Al zou ik vooral iets willen zeggen over wat er niet in het boek staat.
Een belangrijk onderliggend gegeven in het boek is de grote hoeveelheid geld die rendement zoekt. De Rijk haalt cijfers van een Amerikaans consultancybedrijf aan waaruit blijkt dat er op dit moment zo’n 3700 miljard dollar klaar staat om bedrijven mee op te kopen. Tegelijkertijd laat ze zien dat private equity-firma’s hoge rendementen eisen van de organisaties die ze overnemen, 20% is niet uitzonderlijk. Als we ervan uit gaan dat de geldmarkt een vrije markt is met een functionerend prijsmechanisme, dan kan die situatie eigenlijk niet bestaan. Want zoals banken de rente laten zakken als ze teveel geld hebben om uit te lenen, zou private-equity met zoveel geld achter de hand z’n rendementseisen moeten laten zakken. Tenzij de geldmarkt geen vrije markt is. Het zou interessant zijn daar meer over te kunnen lezen.
In een recente bijeenkomst over het boek in Pakhuis De Zwijger zei ze er zelf over dat dat voor haar een interessante, maar nog niet helemaal beantwoorde vraag is. Het is overigens ook niet duidelijk of, gezien het weinig transparante karakter van private-equityfirma’s, die vraag wel goed beantwoord kan worden.
Het boek is, zoals beschreven, opgebouwd uit informatie en achtergronden, analyses en oplossingen. Dat is een heel bevredigende opbouw voor praktische idealisten, die problemen graag willen aanpakken. Het pragmatische derde deel bevat lessen, bouwstenen en manieren van beteugelen, dus je kunt bij wijs van spreken gelijk aan de slag. Maar met alle informatie die De Rijk presenteert kun je ook nog veel meer doen aan ons denken over kapitalisme. Dat mis je niet als je het boek leest – dat was simpelweg niet de opzet. De gekozen opzet is mooi in lijn met de journalistieke en toegankelijke presentatie van een tot nu toe onderbelicht onderwerp en heeft een uitstekend resultaat opgeleverd. Het boek legt echter zoveel bloot, dat je er best nog een boek mee kan vullen. Een boek dat juist met een meer filosofische blik probeert te doorgronden hoe het kapitalisme verandert en wat dat betekent voor politieke ideologieën, van links tot rechts.
[1] Mirjam de Rijk (2024), Gekaapt door het kapitaal, Zorg, onderwijs, wonen en kinderopvang, Uitgeverij Pluim, in samenwerking met De Groene Amsterdammer. In de reeks Vitale ideeen voor de wereld van morgen.
Omslagontwerp: Loudmouth
Reacties (2)
En nu nog met 9% BTW…
Het zal niet het volledige antwoord zijn op de vraag aan het eind van dit stuk, maar wel een deel: de verzorgingsstaat voor bedrijven en aandeelhouders. Zit het even tegen en staan de winsten onder druk, dan gaan de lobbyisten aan de slag, vaak met succes. Flink verdienen wordt een stuk makkelijker als je veel ondernemersrisico’s af kunt wentelen op de belastingbetalers.