Deze week is John Verhoeven hoofdredacteur van onzeWereld op pad in Zimbabwe, in het kielzog van een delegatie van FNV Mondiaal, met voorzitter Agnes Jongerius, en hoofdbestuurder Jan Willem van der Pol van de Nederlandse Politiebond. Hieronder volgt zijn vijfde bijdrage aan Sargasso vanuit Zimbabwe.
Voor het eerst ben ik in een ‘gedollariseerd’ land. Zimbabwe heeft op 14 april officieel de Amerikaanse dollar als wettig betaalmiddel ingevoerd. Met de eigen munteenheid, de Zimbabwaanse dollar, is niets meer te koop. Een noodgreep, maar onvermijdelijk toen de Zimbabwaanse dollar inflatiepercentages van enkele duizenden procenten per dag ging scoren, volgens mij een nieuw wereldrecord dat nog wel even stand zal houden.
Ik zie dat Tapiwa Zivira, en rustige jongen van de landarbeidersbond GAPWUZ, een kreukloos briefje van 50 triljoen Zimbabwaanse dollar gebruikt als boekenlegger in de dikke Engelstalige pocket die hij tijdens de rit met het vakbondsbusje naar Nyanga probeert te lezen. Een 5 met zoveel nullen dat ik duizelig wordt als ik ze probeer te tellen, terwijl we over de hobbelige tweebaans asfaltweg rijden. De chauffeur moet soms flink manoeuvreren tussen de gaten in de weg, maar dit is de beste weg van het land.
In de nieuwe SPAR winkel bij het koloniale hotel Bronte in Harare is goed te zien wat dollarisering voor de mensen betekent. De winkel ligt vol mooie spulletjes, een Nederlandse supermarkt zou er zich niet voor schamen. Maar alles is geprijsd in Amerikaanse dollars. Zoveel mogelijk in ronde getallen, want wisselgeld en muntjes zijn schaars, zeker buiten de hoofdstad. Daar verkopen straatverkopers hun groenten en fruit voor hele dollars, maar daar krijg je dan wel een enorme stapel tomaten voor of een flinke baal sinaasappelen.
In de eerste dagen denk ik nog dat er in Zimbabwe twee economieën bestaan, eentje met dollars (waarmee je alles kunt kopen) en eentje voor de lokale munt, de waardeloze Zimdollar waarmee je dan de overheidsdiensten betaalt, school, ziekenhuis, openbaar vervoer. Een beetje zoals in het voormalige Oostblok. Maar dat is een vergissing, de Zimdollar bestaat helemaal niet meer. “zouden we ook ergens Zimdollars kunnen krijgen voor onze dollars?” vraagt iemand van de FNV delegatie, uit nieuwsgierigheid, aan wat lokale vakbondsleden. Een bulderend gelach is haar deel.
Agnes Jongerius in de sloppenwijk.
De landarbeiders die we gisteren spraken op een boerderij even buiten Harare, maakt het allemaal weinig uit. Met hun oude dollars konden ze niet leven, met de nieuwe evenmin. Gertrude, een oudere dame van de landarbeidersbond, komt voor de mensen haar verhaal doen. Ze heeft populaire geschenkjes mee om haar pad te plaveien: maandverband. De groen met blauwe pakjes Feelsure worden gretig aangepakt door de vrouwen die zich onder een boompje hebben verzameld vlakbij een leeg gebouwtje dat ooit als school diende. Dan kan het gesprek beginnen.
Voetbal in de sloppenwijk.
Reacties (1)
Wel goed hoor zo’n bijdrage, maar als een klein puntje van kritiek klinkt het toch een beetje als een oppervlakkige waarneming van de situatie ter plekke zonder tot een analyse of kritiek te komen, hetgeen misschien na de impressies nog komt.
Hier een artikel over de overname van het leger van de diamand mijnen, met de nodige afslachtingen en uitbuiting van de lokale bevolking, met als doel het onderdrukkingsapparaat te kunnen betalen na de superinflatie.
http://www.nytimes.com/2009/06/27/world/africa/27zimbabwe.html?scp=2&sq=zimbabwe&st=cse