NIEUWS - Het ministerie van Economische Zaken en Klimaat (EZK) heeft de verlenging van de opsporingsvergunning naar olie en gas voor het gebied Utrecht afgewezen. Hiermee is de opsporingsvergunning verlopen en kan er in een groot gedeelte van de provincie niet langer gezocht worden naar olie en gas.
Het gevolg van dit besluit is dat de opsporing van gas en olie onder een gebied van 1144 km2 stopt. In het gebied dat zich uitstrekt van Mijdrecht tot Hedel heeft Vermilion Energy geen recht meer om op zoek te gaan naar gas- en olievelden.
Wat vooraf ging
In november 2018 vroeg Vermilion Energy bij het ministerie van EZK verlenging aan van de opsporingsvergunning koolwaterstoffen Utrecht. De opsporingsvergunning stamt al uit 2007 en was bij de provincie Utrecht en de gemeenten nauwelijks bekend. De vergunning kwam in zicht door vragen van stichting Laat Woerden niet Zakken aan de gemeente Woerden over wat de opsporingsvergunning koolwaterstoffen Utrecht inhield. De status van deze vergunning was op NLOG veranderd in het vierde kwartaal van 2018. Na enig doorvragen bij het ministerie van EZK werd duidelijk dat het ging om een vergunning om in grote delen van de provincie Utecht en in het oostelijk deel van de provincie Zuid-Holland naar olie- en gasvoorraden te zoeken. Het bestaande winningsgebied Papekop viel buiten de opsporingsvergunning. In Zuid-Holland behoort (naar mijn weten) de gemeente Krimpenerwaard tot het gebied van de opsporingsvergunning koolwaterstoffen Utrecht. Vermilion heeft hier in het verleden geprobeerd een proefboring uit te voeren, maar de vergunning hiervoor is destijds geweigerd door de gemeente. Een beslissing die ook bij de Raad van State stand hield.
Bezwaar- en beroepsprocedure
Eerder besloot het ministerie van EZK nog om de verlopen opsporingsvergunning koolwaterstoffen Utrecht te verlengen, omdat de verlenging aangevraagd was binnen de termijn waarin de vergunning geldig was. Het provinciebestuur heeft samen met de gemeenten Woerden, Oudewater, IJsselstein, Bunnik, Houten, Nieuwegein, Stichtse Vecht, Utrecht, Vijfheerenlanden en Wijk bij Duurstede een bezwaar- en beroepsprocedure tegen dit besluit aangetekend.
Het belangrijkste bezwaar was hierbij dat op grond van de Mijnbouwwet de opsporingsvergunning niet verlengd had mogen worden, omdat de opsporingsvergunning op het moment van het besluit tot verlengen al verlopen was. Ook de stichting Laat Woerden Niet Zakken en de provincie Zuid-Holland zijn in bezwaar en beroep gegaan. Drinkwaterbedrijf Oase heeft bezwaar aangetekend, maar is niet in beroep gegaan.
Nadat bezwaarmakers eerder door het ministerie van EZK als niet belanghebbenden werden beschouwd, was het oordeel van de Rechtbank (30 september 2022) dat zowel de provincies als de gemeenten als Stichting Laat Woerden niet Zakken wél aangemerkt moeten worden als belanghebbende bij het besluit tot verlenging van de opsporingsvergunning. Door deze uitspraak van de rechtbank werd het besluit vernietigd en moest EZK binnen zes weken een nieuw besluit (nieuwe beslissing op bezwaar) nemen en daarin ingaan op de inhoudelijke bezwaargronden. Het ministerie concludeert nu (1 december 2022): ‘deze beslissing op bezwaar heeft tot gevolg dat Vermilion niet meer beschikt over een opsporingsvergunning koolwaterstoffen voor het gebied Utrecht’.
Het vervolg
Het herziene besluit van EZK is nog niet onherroepelijk. Vermilion Energy kan binnen zes weken beroep instellen tegen dit besluit. Vermilion gaat al in hoger beroep bij de Raad van State tegen de uitspraak van de rechtbank dat provincie en gemeenten belanghebbenden zijn bij een besluit tot verlenging van de opsporingsvergunning. De provincie Utrecht geeft in haar nieuwsbericht aan dat ze een eventuele hoger beroepsprocedure met vertrouwen tegemoet ziet.
Met het verlopen van de opsporingsvergunning olie en gas gebied Utrecht is er in de provincie Utrecht nog één lopende vergunning voor olie en gas. Dit is de winningsvergunning voor het gebied Papekop. Om olie en gas te mogen winnen in dit gebied moeten er nog meerdere vergunningen verleend worden door EZK.
Gevolgen uitspraak en nieuw besluit
De rechter heeft met de uitspraak dat omwonenden, gemeenten en provincies belanghebbende zijn bij het verlengen van opsporingsvergunningen effectief een stok gestoken in het spelletje:
U bent te vroeg, u bent te vroeg, oh sorry nu bent u te laat om nog bezwaar aan te tekenen.
Ervan uitgaande dat deze uitspraak stand houdt in hoger beroep is dat winst, want het hele traject van opsporingsvergunning naar daadwerkelijk winning is lang en de procedures zijn ingewikkeld genoeg. Door al vroegtijdig als belanghebbende te gelden kunnen bezwaren en zorgen beter meegenomen worden.
Het is ook winst dat het ministerie van EZK met het nieuwe besluit erkent dat de Mijnbouwwet geen mogelijkheid bevat om verlopen vergunningen te verlengen, tenzij er een winningsvergunning is aangevraagd.
Disclaimer: in mijn vorige baan bij de gemeente Woerden ben ik lang betrokken geweest bij dit dossier.