Recensie | Vuur en as, Michael Ignatieff
RECENSIE - Zondagmorgen 12.00 uur. Buitenhofpresentator Pieter Jan Hagens grinnikt. Burgemeester van Heerlen Paul Depla glundert. En zelfs de doorgaans afkeurend kijkende Abvakabo-voorzitter Corrie van Brenk schatert. Michael Ignatieff is te gast bij Buitenhof ter promotie van zijn nieuwste boek Vuur en as, en ze eten allemaal uit zijn hand. Een paar uur later charmeert de hoogleraar internationale betrekkingen en voormalig presidentskandidaat van Canada met hetzelfde gemak een zaaltje vol mensen in Lux, Nijmegen, waar hij in gesprek gaat met Cees Leijenhorst en Pieter van Os . Hij is duidelijk in zijn element. Hij praat rustig, hij maakt grapjes, is vol zelfspot en beantwoordt elke vraag uit het publiek met ‘that’s a great question’.
Ignatieff heeft vijf jaar politiek bedreven. Dat moge duidelijk zijn. Charmant en welbespraakt, maar ook zo glad als een aal. Zijn strijd om het leiderschap van Canada heeft hij grandioos verloren. In zijn boek Vuur en as vertelt hij hoe hij als cosmopolitische intellectueel vol ambities het politieke strijdtoneel betrad en werd meegezogen in een wereld vol hypocrysie, vijandigheid en achterkamertjespolitiek. ‘You start with the stupid idea that what you say matters. But politics is not a battle of ideas, but a battle of standing. It’s about who has the right to be heard.’ Deze ‘battle of standing’ zal Ignatieff hopeloos verliezen.