De Amerikaanse interventie in Mexico
Rick Perry is gouverneur van Texas, wil president van Amerika worden en doet daarom mee aan de strijd om de nominatie binnen de Republikeinse Partij. Daarvoor moet hij stemmen winnen en stemmen win je door standpunten in te nemen. Tijdens een bijeenkomst riep Perry daarom op militair te interveniëren in Mexico. Gekkenhuis, gilde commentatoren. Oorlogsretoriek om zijn verlies in de peilingen te compenseren, schreeuwden anderen. Mexico is geen failing state en zal dat ook niet worden, repliceerde tegenstanders. Kortom: Perry is in de war met zijn war on drugs. Maar klopt die ‘verwarring’?
Het ‘Mexicaanse probleem’ is bekend. Sinds 2006 zijn er meer dan 36.000 doden gevallen in de voortdurende oorlog tussen drugsbenden. En het probleem breidt zich langzaam uit. Hoewel het aantal misdrijven in de grensregio lijkt te dalen, neemt The Small Wars Journal wel een versteviging van de greep door Mexicaanse drugkartels (Transnational Criminal Networks – TNC’s) op het Amerikaanse openbaar bestuur waar. De Inspector General of the Department of Homeland Security bericht dat
… since 2003, 129 U.S. Customs and Border Protection officials have been arrested on corruption charges and, during 2009, 576 investigations were opened on allegations of improper conduct by U.S. Customs and Border Protection officials.

De relatie tussen Libië en Groot Brittannië is lang en uiterst problematisch. Kadaffi sponsorde de Provisional IRA met geld en wapens, zijn geheim agenten joegen op Brits bodem in de jaren tachtig op Libiërs in exil en tijdens een demonstratie tegen de kolonel, op 17 april 1984, schoten Libische ‘diplomaten’ vanuit de ambassade (In Libische termen: Volkskwartier) de Britse agente Yvonne Fletcher dood. Sindsdien is, officieel dan, geen diplomatiek contact tussen beide landen. Het duurde tot 7 juli 1999 tot de diplomatieke banden werden hersteld.

