Paul Teule

120 Artikelen
11 Waanlinks
229 Reacties
Achtergrond: Jay Huang (cc)
Paul Teule (Amsterdam, 1981) studeerde economie en filosofie. Deed van alles en nog wat. Werkt nu als docent aan de UvA en EUR en als (freelance) onderzoeker.
Foto: Sargasso achtergrond wereldbol

Geluk. Een schat aan wijsheid voor op de wc

De afgelopen decennia is er een zee aan geluksonderzoek geproduceerd, maar deze wil maar niet aanspoelen bij het grote publiek. Dat is de stelling van de Vlaamse auteur Leo Bormans, die kilometers psychologisch onderzoek doorspitte en tot zijn verbazing merkte dat niemand in zijn omgeving van de resultaten op de hoogte was. Daar moest hij verandering in brengen. Hij vroeg honderd ‘geluksprofessoren’ uit vijftig landen – van België tot Bhutan, van Australië tot Mexico – hun bevindingen over geluk op één A4-tje samen te vatten. Het resultaat is Geluk. The World Book of Happiness, een lijvig boek vol conclusies en aanbevelingen, opgetekend in gewone mensentaal, zonder esoterisch gewauwel, zonder moeilijke cijfertjes.

Wat indruk maakt is de enorme impliciete consensus die uit alle bijdragen spreekt. Voor geluk heb je nodig: (1) voldoende geld voor de basisbehoeften, (2) voldoende beweging en slaap, (3)  één (!) intieme liefdesrelatie, (4) enkele betrouwbare vrienden, (5) persoonlijke vrijheid en controle, (6) zinvol, creatief, uitdagend en leerzaam werk, (7) een spirituele/ religieuze praxis en (8) een betrouwbare overheid en medemens. Geld alleen maakt dus niet gelukkig ­– een open deur, maar wel met ongekend vereende kracht ingetrapt.

Maar het allerbelangrijkste ingrediënt is natuurlijk je houding, de manier waarop je in het leven staat, en er tegenaan kijkt. Optimistische, extraverte, vergevingsgezinde, eerlijke en humorvolle mensen zijn gelukkiger. En die houding kun je aanleren, aldus Miriam Akhtar, een van de pioniers van de positieve psychologie. ‘Geluk is een spier die je kunt trainen. Als je eraan werkt, wordt die sterker’.

Foto: Sargasso achtergrond wereldbol

IMF machtswissel: tijd voor een Indiër, of vrouw

Vlak nadat Strauss-Kahn werk opgepakt, stelde het IMF de tweede man John Lipsky aan als tijdelijke plaatsvervanger. Maar er gaan stemmen op om de gelegenheid te baat te nemen om de top van het IMF eens echt te vernieuwen. Lipsky gaat sowieso bijna met pensioen.

De Wereldbank heeft traditiegetrouw een Amerikaan aan het roer, het IMF een Europeaan (en weer een Amerikaan als onderbaas). Waarom eigenlijk? Opkomende economieën dringen al een tijd aan op een politieke doorbraak. De wereld verandert en het IMF moet meeveranderen. Nu kan het. Kandidaten genoeg.

De Turkse topper Kemal Dervis bijvoorbeeld. Dervis werkte al bij de Wereldbank, en leidde het VN ontwikkelingsprogramma. Maar je kunt ook denken aan Agustin Carstens, de gouverneur van de Banco de México. Hij heeft veel ervaring en goodwill binnen het IMF, maar is wel een ‘Chicago’-type. Namens India is er Montek Singh Ahluwalia, namens Zuid-Afrika de toppoliticus Trevor Manuel – die leidde zelfs een commissie over de toekomst van het IMF. Waarom niet de Braziliaanse minister van Financiën Guido Mantega? Gek genoeg circuleert er nog geen Chinees in het benoemingencircuit. En dat terwijl China na de VS en Japan eigenlijk het 3e belangrijkste IMF-lid is. Misschien Zhu Min?

Foto: Sargasso achtergrond wereldbol

Proefballonnetje van Barnier

Ik behoorde bij die groep naïevelingen die dacht dat met het Lissabon-verdrag de EU één president zou krijgen.  Het bleek er één extra te zijn. Want naast president Van Rompuy die de europese toppen voorzit, hebben we nog steeds elk half jaar een nieuwe ‘presidency’ verzorgd door een EU lidstaat (nu Hongarije) en niet te vergeten president Barroso van de Europese Commissie. Dat is voor ons Europeanen al niet te doen, voor het buitenland is het al helemaal een potpourri, zeker als je op internationale fora, zoals de G20, zowel Van Rompuy, Barroso als een handvol Europese regeringsleiders ziet lopen. (En dan laat ik voor de ‘Hoge Vertegenwoordiger’ en de president van de eurolanden maar even buiten beschouwing.) Is dit nu het antwoord op Henry Kissingers beroemde vraag wie je moet bellen als je Europa aan de lijn wilt hebben?

Gelukkig hebben we eurocommissaris Michel Barnier (Interne Markt) nog. Gisteren (Europadag!) gunde hij de toehoorders van de Humboldt universiteit een kijkje in zijn Europese droom  waarin één president zowel de Raad als de Commissie voorzit. Deze man of vrouw zou door de EU regeringen worden voorgedragen, en door een ‘congres’ bestaande uit Europees Parlement en nationale parlementariërs worden gekozen. Het zal de Europese democratie ten goede komen: de EU krijgt één ‘gezicht’ en die mogen ‘we’ nog kiezen ook.

Foto: Sargasso achtergrond wereldbol

Kartels: een klusje voor Youp?

Honderd miljoen huishoudens betaalden 3 jaar lang teveel voor hun Persil, Omo, Witte Reus en Dash. Het Duitse Henkel, het Amerikaanse Procter&Gamble (P&G) en ons aller Unilever, zijn door de Europese Commissie schuldig bevonden aan prijsafspraken tussen 2002 en 2005 in Nederland, België, Frankrijk, Duitsland, Griekenland, Italië, Portugal en Spanje. Klokkenluider Henkel ging vrijuit, maar Unilever kreeg een boete van 104 miljoen euro en P&G van 211 miljoen.

Toch is er op de websites van de daders nog geen mea minima culpa te bekennen. En dat terwijl Unilever, Henkel en P&G de prijsafspraken officieel tegenover de Commissie hebben erkent, waar ze een riante strafkorting voor hebben gekregen. Het besluit van de Commissie is bovendien bindend bewijs dat illegale praktijken hebben plaatsgevonden. Ze erkennen dus enkel schuld waar het loont. De woordvoerder van Unilever zegt zelfs tegen het FD zegt dat ‘niemand’ schade heeft. Komen ze hiermee weg? Ja, en wel om twee redenen.

Ten eerste onze kartel-moeheid. Er zijn simpelweg teveel kartels. Grote zaken van de afgelopen jaren betroffen autoruiten (Saint Gobain, Ashai e.a.), energie (E.ON, GDF Suez), liften (ThyssenKrupp), vitamines (F. Hoffmann-La Roche e.a.), verkeersregelinstallaties (Siemens e.a.), en bier (Heineken, Bavaria, Grolsch en Inbev), maar de lijst is schier oneindig: van asfalt en bananen tot scharnieren en zwembadchloor. Kartels lijken zo een geaccepteerde vorm van economische ongehoorzaamheid – het kattekwaad van onze markteconomie.

Foto: Sargasso achtergrond wereldbol

Laat die G20 toch. Begin een eigen club

Vorige week werd duidelijk dat Nederland weer niet aanschuiven als de G20 regeringsleiders komende november in de badplaats Cannes bijeenkomen. Minister van Financiën Jan Kees de Jager reageerde teleurgesteld. De G20, de groep van twintig ‘belangrijkste’ economieën, zou uitgegroeid zijn tot hét politieke forum voor internationale economische afspraken. Nederland zou daar als zestiende economie ter wereld, handelsland, en grote financiële speler, bij moeten zijn. ‘Maar we gaan helaas niet over de uitnodigingen’, aldus de Jager.

Helaas voor Nederland is Europa al oververtegenwoordigd in de G20 met permanente zetels voor Duitsland, Frankrijk, Italië, het Verenigd Koninkrijk én een voor de EU als geheel. In de door Wikileaks gelekte ambtsberichten weten we dat Nederland ‘geen schijn van kans maakt’ op een vaste zetel. Nederland zou in Benelux-verband nog wat kunnen proberen, maar voorlopig zijn we veroordeeld tot gelobby en geleur voor de schaarse wildcards.

Maar heeft Nederland eigenlijk wel zoveel te zoeken bij de G20?

Natuurlijk is het nuttig om aan tafel te zitten als de regels van het financiële stelsel worden herzien (hoewel het maar de vraag is hoeveel de G20 nou echt zal bereiken), maar het forum heeft een aantal manco’s. Ten eerste heeft de G20 eigenlijk maar één doel: economische groei. Achter dit doel gaat de aanname schuil dat de wereldeconomie oneindig door kan groeien. Maar zelfs bij een voorzichtige schatting van 3% groei op jaarbasis zal de wereldeconomie de komende eeuw maar liefst vertwintigvoudigen(!). Dat is erg onwaarschijnlijk. Economische groei is zelf een schaars goed geworden en dat vraagt om een radicale omslag in ons denken.

Vorige Volgende