Waarom in Brussel alles verandert
ANALYSE - In Brussel gaat een en ander veranderen. Niettemin blijft kanselier Angela Merkel Europa regeren.
Commissievoorzitter Jean-Claude Juncker verrast intussen iedereen met een totaal nieuwe organisatie en een origineel ambitieuze aanpak. Slechts twintig commissarissen krijgen een eigen portefeuille (zoals concurrentiebeleid). Daarboven komt een nieuw kernkabinet van vicevoorzitters, zonder portefeuille. Onze minister Frans Timmermans wordt de rechterhand van voorzitter Juncker, dat is een functie die niet eerder bestond.
De EU-landen wijzen elk een commissaris aan, maar de Commissievoorzitter bepaalt wie de zware en minder belangrijke functies krijgen. Er is werk voor twaalf, hooguit veertien Commissieleden. Alle 28 landen staan echter op een ‘eigen’ commissaris. Voorheen knipte en plakte voorzitter Barroso net zo lang tot hij 27 posten had geschapen. Vervolgens creëerde hij afgelopen tien jaar een presidentieel systeem rond zichzelf. Kiest Juncker nu voor verregaande decentralisatie?
Revolutionaire aanpak
De Commissie heeft het imago van een bureaucratisch bolwerk. Zij bestaat uit teveel elkaar beconcurrerende commissarissen en dik betaalde inventieve ijverige bureaucraten die de natiestaat alsmaar verder willen uithollen. Kortom een obsessie om te reguleren. Dat beeld is niet bezijden de werkelijkheid. Zelfs haar meest befaamde voorzitter, Jacques Delors (1985-1995) durfde het nooit aan daar te hervormen. Intussen wonnen afgelopen jaren in Europa alom de eurosceptici, daalde de opkomst voor de Europese verkiezingen naar een dieptepunt en blijft de toekomst van de euro als prestigieus project ongewis.