Jona Lendering

628 Artikelen
15 Waanlinks
322 Reacties
Achtergrond: Jay Huang (cc)
Studeerde geschiedenis en vertelt er graag over. Scepticus, recensent, fietser, webmaster (LiviusOrg), Don Quichot, blogger (Mainzer Beobachter) en beheerder van GrondslagenNet. Reist regelmatig in het Midden-Oosten, schreef een paar boeken, gruwt van de zelfmoord van de geesteswetenschappen en droomt van een eigen huis in Downtown Beiroet.
Foto: copyright ok. Gecheckt 29-09-2022

Lawrence in Jordanië (3)

COLUMN - De Arabische inname van Akaba, waarover ik gisteren schreef, zal de Turken niet echt hebben verrast. Ze wisten dat de stad bedreigd was en hadden geprobeerd haar te versterken. De Britten, die de haven zelf hadden willen overnemen, hadden gemengde gevoelens over de Arabische verovering, maar begrepen dat het in hun belang was te verhinderen dat de stad weer in Ottomaanse handen viel. Enkele uren nadat kapitein Lawrence was komen melden dat de Arabieren de haven in handen hadden, was een bevoorradingsschip naar Akaba op weg.

Voorlopig waren de Britten ook degenen die er het meeste baat van hadden. De legers van de opstandelingen trokken nu van het Arabische Schiereiland naar het noorden en dekten de flank van het Britse leger, dat vanuit Gaza Palestina wilde veroveren. Dat generaal Allenby kort voor kerstmis 1917 Jeruzalem kon innemen, was voor een deel te danken aan de parallelle bewegingen van de Arabische legers, die via Akaba werden bevoorraad.

Voor de Arabieren was de verovering van Akaba aanvankelijk eerder een probleem dan een oplossing. Zo zaten ze ineens met zeshonderd Turkse krijgsgevangenen: iets waarop ze niet waren voorbereid. Audeh abu Tayeh zette ze in als dwangarbeiders en liet ze een paleis bouwen in Ma’an, niet ver ten noordoosten van Akaba.

Foto: copyright ok. Gecheckt 10-03-2022

Lawrence in Jordanië (2)

COLUMN - Dit stukje is een vervolg op Lawrence in Jordanië (1).

De Arabische aanval op Akaba in de film Lawrence of Arabia is een van de spectaculairste scènes die ooit is gefilmd. Ik zou zo gauw geen tweede film kunnen noemen waarin een charge met dromedarissen wordt getoond. Graag had ik in dit stukje een videoclipje van de Youtube opgenomen, maar de rechthebbenden lijken de scène voor Nederland te hebben geblokkeerd.

Misschien maar beter ook, want het is bepaald geen realistische weergave. Sterker nog, de bestorming van Akaba is eigenlijk geen historische gebeurtenis.

Wat wel klopt is dat kapitein Lawrence en enkele soldaten van Hussein van Mekka zich voegden bij Audeh abu Tayeh in zuidelijk Jordanië en hem ervan overtuigden zijn Ottomaanse alliantie op te geven ten gunste van het Arabische nationalisme. Wat ook klopt is dat Lawrence in feite meer de Arabische dan de Britse belangen diende, aangezien zijn landgenoten Akaba graag zelf hadden willen innemen. Wat weer niet klopt, is dat Lawrence het commando van de aanval had: dat was in handen van Sharif Nasir.

De aanval kwam ook niet onverwacht. Natuurlijk wisten de commandanten van het Ottomaanse leger dat Audeh was gedeserteerd en dat hun flank onbeschermd was. Sinds de Britten in maart 1917 Gaza innamen, hielden de Turken rekening met een aanval op Akaba, aangezien de Britten nooit vanuit Gaza naar het noorden konden trekken zolang hun rechterflank vanuit Akaba kon worden aangevallen. Constantinopel stuurde versterkingen.

Foto: Post-Atheïst

Post-atheïst | Religie en wetenschap

COLUMN - Het is jammer dat we niet wonen in Amerika of Australië, want daar is dinsdagavond een maansverduistering te zien en dat is toch altijd indrukwekkend. Als er veel stof in de atmosfeer zit, kleurt de maan bloedrood. Geen wonder dat de oude volken er een akelig voorteken in zagen.

De Mesopotamiërs dachten dat het aangaf dat binnen honderd dagen een vorst zou sterven. Het aardige is dat dit klopt. Er zijn namelijk nogal wat staatshoofden en het zou vreemd zijn als er binnen honderd dagen niet ergens een regeringswisseling was.

Kleitablet (British Museum) met een lijst van verduisteringen tussen 518 en 465 v.Chr. Vermeld is onder de dood van de Perzische koning Xerxes.

Uit hun voortekencatalogus kennen we de betekenis die de Mesopotamiërs gaven aan allerlei hemelse verschijnselen. Als de hemelgoden bijvoorbeeld het sterrenbeeld Maagd hoog aan de hemel plaatsten, waarschuwden ze de mensen voor de naderende overstroming van de Eufraat en Tigris. Wij beschouwen dat niet als een wonder omdat wij weten dat de seizoenwisseling, smeltende sneeuw en de plaats van de sterrenbeelden allemaal samenhangen met dezelfde scheve baan van de aarde om de zon, maar dat wisten de Mesopotamiërs niet. Zij waren vooral de goden dankbaar voor het hulpmiddel om toekomstige waterstanden te voorspellen.

Foto: copyright ok. Gecheckt 06-11-2022

Lawrence in Jordanië (1)

COLUMN - Gistermorgen heb ik in alle vroegte minutenlang gekeken naar het stille spektakel van de zon die van achter de bergen oprees over de Wadi Rum, een woestijngebied in het zuiden van Jordanië. Het was niet heel anders dan in de film Lawrence of Arabia en dat is ook niet zo vreemd, want die film is hier opgenomen.

De Britse officier T.E. Lawrence valt in het Midden-Oosten niet te vermijden. Als jonge geleerde schreef hij een boek over Kruisvaarderskastelen en later was hij betrokken bij de opgravingen van Karchemish. Foto’s die hij maakte in Beiroet documenteren hoe die stad er een eeuw geleden uitzag. Hij dankt zijn bijnaam aan zijn rol in de Arabische Opstand: de campagne uit de Eerste Wereldoorlog waarin de Arabieren hun onafhankelijkheid afdwongen. Daarover schreef hij een prachtig boek, Seven Pillars of Wisdom, waarmee hij zijn eigen legende schiep en bereikte dat hij in het Midden-Oosten onvermijdelijk steeds weer opduikt.

De oorlog was al zo’n twee jaar oud toen de Britten erin slaagden de emir van Mekka, Hussein, ervan te overtuigen in opstand te komen tegen de Ottomaanse sultan. Ondanks enige aarzelingen stemde Hussein in en zond zijn zonen Faysal en Ali ten strijde. De Ottomanen trachtten de orde te herstellen maar slaagden er niet in Jambu te heroveren, de havenstad waarlangs de Britten de Arabieren bevoorraadden.

Foto: copyright ok. Gecheckt 06-11-2022

In Petra

COLUMN - Over de in de rotsen uitgehouwen stad Petra, waar ik momenteel ben, valt verschrikkelijk veel te vertellen en dat ga ik dus mooi niet doen, want ik zit hier veel te fijn met een biertje op mijn hotelkamer. Maar over de foto hierboven valt wel iets te zeggen.

Deze reliëfs van Sabinos Alexandros (klik op de foto voor een grotere versie) bevinden zich in de anderhalve kilometer lange kloof die naar Petra leidt. Het gat bovenaan is niet belangrijk, al proberen vrouwen er steentjes in te gooien. Als dat lukt, zullen ze een mooie man vinden. (Gek genoeg gingen ze ermee door, hoewel ik er toch was.) Het gaat me om de vier vensters onderaan, die ons iets vertellen over de voor-christelijke en voor-islamitische religie in het Midden-Oosten.

In de rechtse nis is een halfronde steen afgebeeld. Het is een zogeheten baetyl, een steen die destijds goddelijke verering genoot. Het Semitische beth-el betekent ‘huis van een god’. Voorbeelden zijn bekend uit – vanzelfsprekend – Mekka, Emesa, Byblos, Tyrus, Pessinos, Pafos, Efesos en Delfi. Deze kwam uit Adraa in Syrië, het huidige Dar’a, en stelt de godin Dushara voor.

Iets naar links is een verweerd vlak, en daarnaast zien we, opnieuw in een nis, een beeld van Atargatis, staand tussen twee leeuwen. Atargatis was een bekende Syrische godin, die op verschillende plaatsen werd vereerd. Onder de nis is een inscriptie, waarin valt te lezen dat de reliëfs zijn aangebracht door Sabinos Alexandros, panegyrarch te Adraa. ’s Mans curieuze titel wil zeggen dat hij directeur was van een festival.

Foto: Sargasso achtergrond wereldbol

Historische accuratesse

COLUMN - Dit stukje zou in mijn reeks ‘museumstukken‘ kunnen, maar ik plaats het daarin niet, want het is te weerzinwekkend.

nebo_la_storia_07_john_the_baptist

De foto hiernaast toont de executie van Johannes de Doper: u herkent, van rechts naar links, koning Herodes Antipas, de profeet, de Romeinse beul en achteraan Salome, die het hoofd van Johannes had gevraagd als beloning nadat ze voor de gasten van de koning had gedanst.

Ik maakte de foto in een museumpje dat ‘La Storia’ heet en zich bevindt op de berg Nebo, waarvandaan Mozes het Beloofde Land zag liggen. Al sinds Late Oudheid, toen hier een kerk werd gebouwd met mooie mozaïeken, trekt deze plaats christelijke pelgrims. Aan het einde van de vierde eeuw bezocht de pelgrim Egeria deze plek terwijl aan het bezoek van paus Johannes Paulus II, vijftien eeuwen later, een monument herinnert met een inscriptie in potjeslatijn.

Ik belandde in La Storia omdat het museumcafé de beste koffie van Jordanië zou schenken. Het museum zelf bestaat uit een reeks tableaus van scènes uit de Bijbelse geschiedenis, de geschiedenis van het koninkrijk Jordanië en een reeks oude ambachten. Met die laatste afdelingen heb ik niet zo’n moeite en moeite heb ik ook niet met het bijbehorende atelier, waar mensen met een handicap mozaïeken maken. Die worden ook verkocht; de opbrengst gaat naar een school voor gehandicapten. Niets mis mee.

Foto: Raj (cc)

De dwaas van Gerasa

COLUMN - Als iemand me zou vragen wat het mooiste verhaal uit de oude wereld is, dan zou ik niet weten welk dat is, maar het verhaal van de dwaas van Gerasa uit Evangelie van Marcus scoort in elk geval hoog. Hier is het, in de Nieuwe Bijbelvertaling:

Ze kwamen aan de overkant van het meer, in het gebied van de Gerasenen. Toen Jezus uit de boot gestapt was, kwam hem meteen vanuit de grafspelonken een man tegemoet die door een onreine geest bezeten was en in de spelonken woonde. Zelfs als hij vastgebonden was met een ketting kon niemand hem in bedwang houden. Hij was al dikwijls aan handen en voeten geketend geweest, maar dan trok hij de kettingen los en sloeg hij de boeien stuk, en niemand was sterk genoeg om hem te bedwingen. En altijd, dag en nacht, liep hij schreeuwend tussen de rotsgraven en door de bergen en sloeg hij zichzelf met stenen.

Ik vind dit een aangrijpend portret en ik denk dat menigeen die werkzaam is in de geestelijke gezondheidszorg, weet dat zulke mensen echt bestaan. Het verhaal geeft ook een ontluisterend beeld van de wijze waarop men destijds in het Midden-Oosten omging met geesteszieken.

Ik zal zo meteen uitleggen dat het verhaal zich eigenlijk afspeelt in Gadara. Daar zijn de grafspelonken ook opgegraven. Ik schreef er al eens over.

Foto: Post-Atheïst

Post-atheïst | De god van de gaten

COLUMN - In de achttiende eeuw stelden geleerden voor het eerst de vraag waar religie vandaan kwam. Ze opperden dat het iets te maken had met angst voor onbegrepen natuurkrachten. Voor die theorie konden ze teruggrijpen op het oude Griekenland, waar Zeus de dondergod was, Demeter de kiemkracht vertegenwoordigde en Poseidon werd geacht aardbevingen te veroorzaken. Wetenschappers hebben sindsdien uiteraard ontdekt dat bliksem, vruchtbaarheid en aardbevingen natuurlijke oorzaken hadden.

Er bleven echter voldoende onverklaarde zaken over en menig gelovige greep die aan als argument dat God toch bestond. De negentiende eeuw zag zo een leuk debat tussen enerzijds conservatieve gelovigen, die de aandacht vestigden op zaken die de wetenschap niet kon verklaren – zoals de genezingen in Lourdes – en die dan het bestaan van een welwillende godheid moesten bewijzen, en anderzijds wetenschappers die deze mysteriën een voor een toch verklaarden. Zeker nadat Darwin de evolutieleer had geformuleerd, was Gods bestaan een hypothese waaraan men weinig behoefte meer had.

Rond 1900 wezen sommige theologen op het schrale Godsbeeld achter deze discussie. Wie werkelijk meende dat God de wereld stuurde met een wonder links of een natuurkracht rechts, reduceerde Hem naar de laatste gaten in de wetenschappelijke kennis. Met hun waarschuwing tegen de ‘God van de gaten’ spoorden de theologen de mensen aan de moderne wetenschap te aanvaarden en religie te gebruiken als basis voor een humane ethiek.

Foto: Sargasso achtergrond wereldbol

Rotterdam CS

COLUMN - Ik zou zo verschrikkelijk graag eens iets aardigs willen schrijven over het – zoals ik me werkelijk kan herinneren – ooit prachtige voormalige rijksspoorwegbedrijf. Soms gaan op de rails de zaken namelijk nog altijd gewoon goed en ik heb ook wel eens iets aardigs kunnen vertellen. Als zich een gelegenheid voordoet, zal ik dat zeker nog eens doen, bijvoorbeeld als in de nieuwe dubbeldektreinstellen inderdaad een duidelijk onderscheid komt tussen werkplekken en gezelligheidsplekken.

Even leek het erop dat ik vandaag al iets leuks zou kunnen melden. Ik moest gisteren namelijk in Rotterdam zijn en verheugde me op het nieuwe station, dat ik in de afgelopen jaren heb zien veranderen. Het leek mooi te worden.

Het bleek ook mooi te zijn. Het gebouw is licht en ruim. De natuursteen op de grond heeft een zachte kleur en lijkt nauwelijks geluid te weerkaatsen. Er hangt een echt fijne sfeer. Ik liep er met een goed humeur doorheen, drentelde nog wat rond en constateerde met een glimlach dat op het eerste perron niet minder dan vier conducteurs zich verdrongen om een opvallend mooie vrouw te helpen: die kerels voelden zich op hun gemak en de dame leek het niet erg te vinden. Er is een ‘stationshuiskamer’ die weliswaar is bedoeld om je laptop neer te zetten en te werken, maar die me herinnerde aan de oude stationsrestauraties.

Foto: Mickey_Liaw (cc)

Peuter

COLUMN - Ik heb wel eens eerder geblogd over een tweejarig meisje in mijn omgeving, de dochter van een goede vriendin. Ik zal ze eens in de maand zien en zo zie ik hoe het kind met sprongen vooruitgaat. Het blijft me verbazen dat zo’n kleine uk al een volledig mens is, iemand die kan denken, communiceren, vragen kan stellen, zelfs als ze die nog niet zo snel kan uitspreken als een volwassene.

Zondag kreeg ik een sms’je van haar moeder, die even was neergestreken in de Brakke Grond, waar ik regelmatig zit. Toen ze na de lunch weer verder was gegaan, had het meisje gevraagd “Jona is weg hè”. Ze heeft me daar één of twee keer gezien, niet vaker, maar had dus onthouden dat ik daar wel eens kom.

Ik ging zondagavond nog even op IJburg bij de dames langs. Het meisje was wat verlegen, zoals ze steeds is als er gasten in haar huis komen, maar al snel lagen we op de grond om van plaatjes van auto’s de kleuren aan te wijzen en vervolgens de kleuren van de koplampen te identificeren. Daarna deden we een puzzel en toen de moeder en ik even kletsten, haalde ze een gigantisch knuffeldier tevoorschijn.

Foto: Post-Atheïst

Post-atheïst | Verouderde informatie

COLUMN - De opvattingen van Jezus van Nazaret waren niet die van de kerk die in zijn naam werd gesticht: dat is het vertrekpunt van de speurtocht naar de historische Jezus. Die speurtocht is nogal frustrerend. Al een eeuw geleden concludeerde Albert Schweitzer dat we alleen zeker wisten dat de Joodse wijsheidsleraar had verwacht dat het einde der tijden nabij was. De Duitse theoloog wees er verder op dat wetenschappers, doordat er zo weinig zekerheid bestond, konden wegredeneren wat ze niet beviel en konden selecteren wat in hun straatje paste. Jezusportretten zeiden daarom meer over degene die ze schetste dan over de man uit Nazaret.

Dat was 1906. Een halve eeuw verkeerde het onderzoek in een impasse, maar het werd hernomen na de ontdekking van de Dode Zee-rollen, waardoor Jezus beter in zijn Joodse context kon worden geplaatst. Tegelijk werden criteria geformuleerd die moesten verhinderen dat onderzoekers selectief met hun informatie omgaan.

In Europa heeft niemand, christelijk of anders, hier veel moeite mee. Zelfs evangelische christenen, die de Bijbel wat letterlijker nemen dan gebruikelijk is, zullen niet snel insinueren dat dit onderzoek dient ter bestrijding van hun geloof. Dat ligt anders in de Verenigde Staten, waar menigeen geschokt reageerde toen Reza Aslan vorig jaar zijn boek Zealot. The Life and Times of Jesus of Nazareth publiceerde. Een academicus! Een moslim! Uit Iran! Axis of Evil!

Vorige Volgende