Hanedop

38 Artikelen
4 Reacties
Achtergrond: Jay Huang (cc)
Foto: Sargasso achtergrond wereldbol

De elite in de Tweede Kamer 2

In zijn post van voor de vakantie (8 juli) over het opleidingsniveau van de Tweede Kamer, vraagt Steeph zich af of dat een beetje representatief is voor de samenleving? In de reacties wordt niet alleen ingegaan op de representativiteit van het opleidingsniveau, maar ook op de vraag in hoeverre die representativiteit belangrijk is.
Willen we bijvoorbeeld een kamer die voor de helft uit mannen en voor de helft uit vrouwen bestaat? En vinden we het belangrijk dat nieuwe Nederlanders in de TK zitting hebben? Het antwoord op die vragen luidt ja, gezien de huidige samenstelling van de Tweede Kamer.
leeftijd_kamerleden_200Maar bijvoorbeeld leeftijd, vinden we dat een belangrijk criterium? En lokale spreiding, doet die er toe?

Om met de leeftijd te beginnen: De gemiddelde leeftijd van Kamerleden is 46,6 jaar, met 43 en 44 jaar als modus, 21 jaar als laagste leeftijd en 72 jaar als hoogste. Zes leden zijn dertig of jonger, vijf 65 of ouder. Van alle stemgerechtigden lijken vooral de dertig-minners en vijfenzestig-plussers ondervertegenwoordigd. Niet zo raar als je rekent dat de TK ook gewoon een baan is, een kantooromgeving. Van de grotere partijen (minimaal 5 zetels) is de VVD de oudste partij met een gemiddelde van 48,8 jaar en de PVV de jongste met 42,7 jaar.

kamerleden_geb_plaats_470

Foto: Sargasso achtergrond wereldbol

Oost versus West: Doe Maar Donetsk

donetskmapDe Koude Oorlog is voorbij, het IJzeren Gordijn een vage herinnering en de NATO houdt oefeningen in wat ooit ver vijandelijk gebied was. Toch staat er voor vanavond een ouderwets treffen van Oost en West op de agenda. In de finale van de Uefa Cup staan de voetballende havenarbeiders van Werder Bremen tegenover de mijnwerkers van Shakhtar, de club uit het obscure Donetsk (spreek uit: Danjetsk), diep in de Oekraïne. De Oranjerevolutie maakte van de Oekraïne de grootste vriend van het Westen, maar aan Donetsk ging dat feest goeddeels voorbij.

Donetsk werd in 1869 gesticht door een John Hughes, een ondernemer uit Wales op zoek naar kolen en staal. Naar hem vernoemd heette de stad aanvankelijk Yuzovka. Later werd dat nog een tijd Stalino, naar Stalin. De stad was inmiddels uitgegroeid tot een belangrijke industrieel knooppunt in de Sovjetunie. Vervallen flats met op iedere binnenplaats verveloze klimrekken en speeltoestellen in de vorm van de ruimteschepen waarmee Sovjethelden de ruimte veroverden herinneren aan die gloriedagen.Tien foto’s uit een stad waar de Sovjetunie nog bestaat.

Zoals dat in een goede Sovjetstad hoort, wordt het straatbeeld bepaald door oorlogsmonumenten en standbeelden van proletarische helden, in het geval van Donetsk de polsstokhoogvlieger Sergei Boebka en operazanger Anatoly Solovianenko, die een ongewoon frivool gouden beeld kreeg. Op het centrale plein van de stad kan er natuurlijk maar één staan: Lenin zelf, met achter hem de vlag van de Communistische Partij.

Foto: Sargasso achtergrond wereldbol

Saaie Che, de Argentijn

Een oud gezegde luidt: Wil je geliefd worden, ga dan dood of op reis. Ernesto Guevara deed allebei en is mateloos populair. Er zijn liedjes aan hem gewijd en boeken, duizenden mensen lopen met tatoeages van zijn portret rond en miljoenen met diezelfde kop op een t-shirt. En dan zijn er ook nog films, zoals the Motorcycle Diaries. Binnenkort gaat het eerste deel van een tweeluik in première: Che, the Argentine, van regisseur Steven Soderbergh, met Benicio del Toro als hoofdrolspeler.

De film roept de vraag op of je een boeiende vertoning kunt maken van een verhaal dat iedereen al kent? Wie bijvoorbeeld aan de 9/11 film United 93 denkt zal zeggen: ja, dat kan. Wie Soderbergh’s verhaal van Che Guevarra en de Cubaanse revolutie bekijkt komt tot de conclusie dat, hoewel die revolutie slaagt, de film jammerlijk faalt.

Het ligt niet aan de vormgeving. Steven Soderbergh maakte eerder de pakkende driekleurenthriller Traffic, waarin Del Toro ook speelde (in de perkament getinte Mexico scènes). In ‘Che’ grijpt Soderbergh weer naar kleurcodering, met gevechts- en junglescenes in natuurlijke kleuren, grofkorrelige “historische” zwart-wit beelden van Che op bezoek bij de VN in New York en ouderwets aandoende kleurenmateriaal als Che en Fidel Castro elkaar ontmoeten.

De zwakte zit in het script. Soderbergh heeft de fout gemaakt een boek van Che Guevara als uitgangspunt te nemen. Che wordt zelfs als een van de schrijvers van de film opgevoerd. Hoewel een groot revolutionair, was hij bepaald geen spannend verteller. Zijn boeken lepelen rechtlijnig op wat er gebeurt en vervelen na de eerste drie bladzijden.

Foto: Sargasso achtergrond wereldbol

Het gele gevaar

Wat global warming is voor de milieubewusten van nu, was biodiversiteit in de jaren tachtig. Als lid van de rangers, de jeugdstorm van het WNF, hield je je bezig met wilgen knotten of percelen bos ontdoen van gedumpt afval. Je meest trotste bezit was het rangers handboek, een groengekaft werkje van 276 pagina’s met het logo van de reuzenpanda voorop. Erin stonden prachtige zwart/wit tekeningen van tragisch uitgestorven diersoorten als de trekduif, de reuzenalk, Stellers zeekoe en de Kaapse quagga. Ook bedreigde soorten stonden erin (vrijwel alle walvissoorten, de reuzenpanda, de knoflookpad) en daar deed je het allemaal voor: natuurbehoud is zelfbehoud, zo leerden wij. En er verdwenen dagelijks soorten!

Bij het verdwijnen van soorten dachten we aan het kappen van het regenwoud en het doodknuppelen van zeehondjes, maar op een dag werden we geconfronteerd met bedreigingen van een geheel andere orde: invasieve soorten. Het ging concreet om de wasbeer, die op de Veluwe niks te zoeken had, maar er via import toch terecht was gekomen en zich vervolgens, als vreemdeling zelf geheel onbedreigd, ongans vrat aan de broedsels van bedreigde roof- en weidevogels, bijzondere hagedissen of zeldzame salamanders.

Een reis naar het beeldschone merengebied van Argentinië, tussen de plaatsen Bariloche en San Martin de los Andes, schudde de world wildlife ranger weer even wakker. De bergen stonden in een hardgele bloei die het prachtig deed op foto’s met blauwe lucht en groene bomen. Bedrieglijk mooi, want die gele plant was zonder twijfel brem, de kanker onder de planten, die overal ongeremd woekert. Als invasieve soort is brem berucht in bijvoorbeeld Nieuw-Zeeland en zijn er programma’s om de plant te bestrijden. Brem werd in de negentiende eeuw naar het land gehaald omdat het zo’n mooie en makkelijke plant was.

Foto: Sargasso achtergrond wereldbol

De kerstman en andere onzin

Sinterklaas is in het land. Winkels liggen ongetwijfeld vol chocoladeletters, marsepeinen spaarvarkens, zakken pepernoten en cadeauboekjes over het al dan niet politiek correct zijn van zwarte piet. In Zuid-Amerika kennen ze de Sint niet, maar Papa Noel, ofwel de kerstman, is een bekend figuur. En kerst is een leuk excuus om de omzet van de middenstand op te krikken.
Een afbeelding van Father Christmas uit 1686 toont al de witte baard en de warme kleding. Kerst valt immers midden in de winter en is terug te voeren op de geboorte van de religieuze hoofdrolspeler Jezus en op allerhande heidense midwinterfeesten. Licht in donkere dagen.
Sinds 1931 hebben we dankzij Coca Cola een duidelijker beeld van de kerstman, als de dikke baardmans in rood met wit bont afgezet. Lekker warm.
Kerst op het Zuidelijk halfrond blijft een paradox. De Argentijnse supermarktketen Disco (ja, voorheen van Appie Happie) heeft al gezellige warme mutsen over hun logo’s gerold. Het is nu 27 graden….met kerst 35! Vorig jaar in Brazilië liepen de bunnies in hun kerstpakjes rood aan van de hitte en een paar jaar terug zag ik een kerstman flauwvallen naast een barbecue in een park in Adelaide, Australië.
Kerst op het Zuidelijk halfrond…onwaarschijnlijk. Ik zie uw zuidelijke kerstverhalen en foto’s tegemoet.

Foto: Sargasso achtergrond wereldbol

Trots op …………?

Ieren kunnen Trots op Ierland zijn. Er is bijna geen land ter wereld waar geen Ierse pub te vinden is. In landen waar zich nooit een kroegencultuur heeft ontwikkeld is de Ierse pub met zijn houtwerk, koperbeslag, jerseys en traagtappend Guinness bovendien de uitkomst voor wie snakt naar iets dat lijkt op gezelligheid.

Amerikanen zijn op een andere manier Trots op. Ze brengen hun cultuur aan de man door Hollywood en talloze fastfood-, koffie-, donuts- en andere concepten. Of natuurlijk door gewoon een grote legerbasis te beginnen.

Veel Europese culturen zijn niet alleen maar trots, maar dragen die trots ook uit. De Alliance Francaise is Trots op Frankrijk in bijkans 1100 instituten over de hele wereld. Italië is trots met de societa Dante Alighieri (500 vestigingen), de Britten met de British Council (233 stuks in 107 landen), de Spanjaarden met Instituto Cervantes (66 maal, in 41 landen) en zelfs Duitsland is Trots. Het Goethe-instituut telt 178 vestigingen in 90 landen. Moet je groot zijn voor Trots op? Nee hoor, Portugal heeft Instituto Camoes, met 31 taalscholen in 23 landen, plus nog 18 culturele centra.

De instituten draaien op subsidies, giften en eigen inkomsten. Zo steken de Britten jaarlijks bijna tweehonderd miljoen van hun ponden in de council en wordt er met cursussen en examen nog eens ruim dat bedrag bijverdiend.

Foto: Sargasso achtergrond wereldbol

McCain, Obama en de narco’s

Skyline MedellinIn de strijd om het presidentschap van de Verenigde Staten mag het dan gaan om economie, loodgieters en eervolle aftochten uit Irak en Afghanistan, voor Midden- en Zuid-Amerika is een heel ander thema relevant. De kranten staan er hier dagelijks vol mee: de georganiseerde drugscriminaliteit. Het Mexicaanse Tijuana is momenteel de hotspot, maar voor het hele subcontinent is het van belang hoe de ‘war on drugs’ een vervolg gaat krijgen.

In de relatieve rust tussen de Koude Oorlog en de Internationale Strijd tegen Het Terrorisme ontbeerde de Verenigde Staten een vijand om zich tegen te verenigen en verveelden de Amerikaanse strijdkrachten zich kapot. De oplossing was gauw gevonden, de ‘war on drugs’ werd met hernieuwd enthousiasme aangegaan.

De blik richtte zich al snel op Colombia, grootproducent en exporteur van cocaïne en hofleverancier van de VS. Plan Colombia kwam van de grond. Hoewel het begon als een sociaal plan, gericht op herstel van veiligheid en democratie, werd de nadruk meteen gelegd op bestrijding van drugs, waarbij het besproeien van cocavelden een beproefde aanpak werd. Het is bijna komisch, hoe een militaire grootmacht zich steeds aan dezelfde steen lijkt te stoten. In de jaren zeventig mislukte de jungleoorlog in Vietnam, waarbij het besproeien en ontbladeren van de jungle als strategie niet bijster succesvol bleek. Op dit moment levert het besproeien van de cocavelden discutabele resultaten op. Het oppervlak aan coke-planten daalt niet doorslaggevend, terwijl de ‘collateral damage’ voor rekening komt van de kwetsbare jungle en haar menselijke en dierlijke bewoners…

Foto: Sargasso achtergrond wereldbol

Heden: Dag van het Ras

Vandaag is het in Latijns-Amerika feest. Het is Dia de la Raza, ofwel Dag van het Ras. Hoewel het woord ‘ras’ in Zuid-Amerika lang niet zo beladen is als bij ons, is de dag toch omstreden.
Officieel viert men op het feit dat Columbus in 1492 de Amerika’s ontdekte. Dat dat aanleiding kon zijn voor een feest werd in 1913 door een Spanjaard bedacht in het kader van de warme Ibero-amerikaanse banden en de gedeelde geschiedenis.

In 1917 was de toenmalige Argentijnse president Hipolito Yrigoyen een van de eerste leiders die de dag omarmde en er een officiële nationale feestdag van maakte. In de decennia daarna volgden velen anderen. Rasdag was de dag dat twee culturen elkaar ‘ontmoeten’ (ras en cultuur…verbinden sommige politici in Nederland die woorden ook niet stiekem aan elkaar?).

Hoewel Argentinië nog steeds vasthoud aan de naam ‘rasdag’ is men in veel landen al lang door de bocht. In de VS heet de dag heel correct Columbus day en wordt hij lang niet overal gevierd. In Hawaii kan Columbus de boom in en heeft men het over ontdekkersdag, nog neutraler. Chili praat over de dag van twee werelden en Uruquay heeft dag van de Amerika’s.

Foto: Sargasso achtergrond wereldbol

Zand in de machinerie

Rituelen: orthodoxe priester, ethiopieIn de psychologie wordt de reductie van onzekerheid, ofwel het krijgen en houden van controle over de omgeving vaak genoemd als belangrijke motivatie voor menselijk gedrag. Om controle te krijgen kun je rituelen uitvoeren, zoals regendansen, bezweringen of het brengen van offers. De Westerse samenlevingen hebben gekozen voor een andere aanpak: controle is hier het resultaat van de tweepoot technologie en organisatie. Nederland is bij uitstek een land dat technologie omarmt (deltawerken) en organisatie tot in de puntjes beheerst (poldermodel).
Het is dan ook een unieke ervaring om zoveel zand in die soepel lopende machinerie te zien als nu…

Op organisatorisch vlak blijkt een van de meest stabiele instituties, het bankwezen, opeens tragisch kwetsbaar. Een paar jaar terug keken we zorgeloos toe hoe het bankensysteem in bijvoorbeeld Argentinië omviel (2001), of dat in Letland (1995). Zelf toen veel dichterbij in Engeland Northern Rock in een duikvlucht raakte gingen er geen alarmbellen af. Nu 2008 over de helft is zien we een van de vier grootste bankinstellingen in ons land in de touwen hangen.

Op technologisch vlak gaat het Nederland ook al niet voor de wind. Pogingen om een metrolijn in de blubber onder een van de belangrijkste historische stadscentra van Europa aan te leggen lopen uit op een nachtmerrie. Ooit zal de lijn wel rijden, maar met jaren vertraging en absurde budgetoverschrijdingen. En de vraag is dan of de reizigers gebruik maken van een ouderwetse strippenkaart of van een handige, veilige magneetkaart, want ook dat technologisch innovatieve project staat op springen.

Foto: Sargasso achtergrond wereldbol

Arbeidsomstandigheden, lust u nog peultjes?

Kantoorbaan in Buenos Aires voor iemand die vloeiend Nederlands spreekt en Spaans op een behoorlijk niveau beheerst. Werktijden: maandag tot en met vrijdag, van half drie tot half twaalf (voor de goede verstaander: half drie ’s nachts tot half twaalf ’s middags). Vergoeding: 2400 pesos per maand, plus 200 pesos taxivergoeding om op het werk te kunnen komen.

Bovenstaande kantoorbaan werd mij onlangs aangeboden. Argentijnse vrienden vonden het lang geen gek aanbod. Vooral de verdiensten lagen op een behoorlijk niveau. De meesten van hen verdienen minder (een boekhouder: 1800 pesos per maand, een secretaresse: 1500 pesos). Bij de huidige koersen komt 2400 pesos neer op ongeveer 550 euro. Daarvoor werk je dan 40 uur per week, met iedere dag verplicht een uur pauze. Daglicht in kantoorruimtes is zeldzaam, net als werken in een ruimte met minder dan honderd man erin. Je salaris krijg je keurig uitbetaald op de allerlaatste dag van de maand, deels in geld, deels in bonnen die je vervolgens mag/moet uitgeven bij bepaalde supermarktketens en winkelgroepen.

Vakantie krijg je ook, namelijk twee weken per jaar. Twee weken per jaar betekent tien werkdagen. Wie vijf jaar trouw blijft aan een bedrijf wordt opgeschaald naar vijftien vakantiedagen en na tien jaar worden het er zomaar twintig. Luxe!
Ziek melden kan natuurlijk ook: je hoeft alleen maar een doktersattest te overleggen (soms twee) en keurig thuis te wachten tot de arts van het bedrijf op bezoek komt. Overigens krijgen de meeste kantoorwerkers een jaarlijkse verplichte medische check op het bedrijf. Er komt dan een grote truck met een mobiele spreekkamer/lab naast het kantoor te staan en alle medewerkers gaan door de scanner. Benieuwd wat er dan met je gebeurt als je HIV-positief blijkt….

Foto: Sargasso achtergrond wereldbol

Veilig Verkeer Argentinië

Ongeluk met bus, Buenos AiresWakker worden in Argentinië doe je met Cronica TV, een TV-zender die met bombastische koppen, sfeerversterkende muziek en dramatische inleidingen het dagelijkse nieuws afvuurt op Juan Modaal. Het belangrijkste bestanddeel van vrijwel iedere uitzending is het live-verslag van een verkeersongeval, vaak met doden, soms alleen met gewonden, maar altijd met veel autowrakken en bloed in beeld.

Cronica bevredigt de sensatiezucht van de kijker, maar confronteert hem ook met een van de grootste rampen die zich jaarlijks op de wereld afspeelt: het verkeer in Latijns-Amerika, dat volgens cijfers van tijdschrift The Lancet jaarlijks 200.000 levens eist. Men verwacht dat dit aantal rond 2020 verdubbeld zal zijn.

De cijfers voor Argentinië liegen er dan ook niet om: afgelopen jaar vielen er per dag 22 doden in het verkeer (meer dan 8000 in het hele jaar). In 2006 ging het om ruim 7500 dodelijke slachtoffers. Ter vergelijking, in Nederland waren er 791doden te betreuren in 2007 en 811 het jaar daarvoor. En de inzet voor 2020 is 500 slachtoffers. Omdat absolute cijfers niet veel zeggen: per 100.000 inwoners vallen in Nederland ongeveer 5 slachtoffers per jaar, in Chili zijn dat er 13, In Venezuela 19 en in Argentinie en Mexico rond de 28.

Vorige Volgende