Dimitri Tokmetzis

1.273 Artikelen
1.248 Waanlinks
534 Reacties
Achtergrond: Jay Huang (cc)
Foto: Sargasso achtergrond wereldbol

Nederland bleekjes in ‘uitbundigheidsindex’

DATA - Hoewel de economische crisis Nederland niet ongemerkt voorbij gaat, lijkt ons land nog altijd goed te presteren, op basis van verschillende ranglijsten over bijvoorbeeld globalisering en werkloosheidsniveau. Op de internationale economische uitbundigheidsindex, ontwikkeld door het Uruguayaanse economisch onderzoeksbureau CERES, behoort ons land echter tot de verliezers. Ze onderzochten Nederland op verzoek van het ANP en het weblog Sargasso.

De onderzoekers in Uruguay legden 43 landen onder de loep. Daarbij vergeleken ze de economische toestand van voor 2007 met nu. Wat zijn de verschillen met bijvoorbeeld de export, werkloosheid, inflatie en de kredieten bij banken? De ‘Global Index of Economic Exuberance’, waarin deze indicatoren werden samengevat, is uiteindelijk onderverdeeld in ‘uitbundige’ landen en ‘bleke’ landen, of landen die floreren en landen die economische problemen kennen.

Het Westerse krachtblok, de Verenigde Staten en de eurozone, behoort tot de verliezers en wordt omschreven als bleek. Het bleekste land is Hongarije, concludeerden de onderzoekers en scoort een negatieve 48,8 op de index. De Verenigde Staten (min 42,1) staat op de tweede plek. Nederland is op de twaalfde plaats van onder te vinden (min 15,9) en staat daarmee tussen Guatemala en Turkije.

De uitbundige landen worden gedomineerd door opkomende economieën. Argentinië weet zich de trotse lijstaanvoerder en is het uitbundigste land ter wereld. De Zuidamerikanen scoren 53,9 op de index. Ook buurland Brazilië staat in de top-3, met een indexcijfer van 48,5. De economische toestand in Peru, Polen, Egypte en Saudi-Arabië is ook duidelijk verbeterd ten opzichte van voor 2007.

Foto: Sargasso achtergrond wereldbol

Reclassering: regelvrij of vogelvrij?

Door efficiëntere bedrijfsvoering leek de reclassering bijna een productiebedrijf. In een pilotproject mocht het keurslijf van regels worden afgelegd, en kregen reclasserings-werkers weer de kans om te doen wat nodig is voor een cliënt. Maar dat verliep anders dan verwacht, vertellen Corine von Grumbkow, werkzaam bij Stichting Verslavingsreclassering GGZ en Jaap van Vliet van het Leger des Heils, Jeugdzorg & Reclassering.

Reclasseringswerkers hebben vaak voor hun vak gekozen om ex-bajesklanten te kunnen helpen met ‘reclasseren’, ofwel terug te laten keren in de samenleving. Maar in de praktijk is de reclassering heel anders geworden dan we denken, namelijk veel meer een uitvoerder van de opdrachten van de Officier van Justitie of de rechter.

Daarnaast is er een andere gedaantewisseling, eentje die meerdere professionals op verwante werkterreinen ook hebben ondergaan: de werkzaamheden zijn in afzonderlijke deeltaken opgeknipt. De indicatiestelling, advisering en het toezichthouden door de reclassering zijn van elkaar losgekoppeld, en de cliënt ziet dus steeds andere begeleiders. De basis voor deze ontwikkelingen is te vinden in het New Public Management (NPM) en de wetenschappelijke stroming ‘What Works?’. Dit eind jaren tachtig opgekomen NPM bereikte met enige jaren vertraging ook het reclasseringsveld. De achterliggende gedachte was dat de overheid met instrumenten als prestatiemeting en prestatiebeloning efficiënter en effectiever zou gaan werken.

Vorige Volgende