ACHTERGROND - Moet een rechter nog langer beslissen of er gestaakt mag worden? Ik heb al eerder betoogd wat er mis is met het stakingsrecht in Nederland. Ik zie o.m. naar aanleiding van mijn eerdere blogs veel reacties van mensen die het niet helemaal snappen. Een discussie met oud-studiegenoot en uitzendbaas Sipke Meindertsma deed mij besluiten om nog één keer te bloggen over het stakingsrecht.
Nu wil ik wat dieper ingaan op de procedure, die weinig mensen lijken te begrijpen. Daarom is het ook een lang stuk geworden. Ik ben geen jurist, ik begrijp en leg uit met een lekenverstand en daag elke gespecialiseerde jurist uit om het beter uit te leggen.
Wil je deze discussie zindelijk voeren dan moet je een oordeel over KLM-staking uitstellen. Of het slim is en of de FNV-ers kunnen winnen is voor de discussie niet relevant. Of de FNV een kutclub van oude mannen is (wat natuurlijk niet zo is), hoeveel stakers er zijn en of het een verloren strijd is, is allemaal evenmin relevant.
Het recht op collectieve actie is een grondrecht en ooit bedoeld om de onevenwichtigheid in de machtsbalans tussen werknemer en werkgever te herstellen. In de vele onderhandelingen die ik heb gevoerd heb ik vaak aan den lijve ondervonden dat die machtsbalans nog steeds onevenwichtig is. Sterker nog, in de 25 jaar als vakbondsbestuurder heb ik de machtsbalans verder zien hellen ten gunste van werkgevers. Het feit dat FNV tientallen CAO’s niet rond kan krijgen zegt genoeg. Op enig moment is het enige tegengewicht collectieve actie.
Europese afspraken
Het stakingsrecht is vastgelegd in het Europees Sociaal Handvest (ESH) en in veel beschaafde landen in nationale wetgeving of soms zelfs de grondwet. In Nederland helaas niet, wij leunen op het ESH. Het ESH is geen EU regelgeving, het is een verdrag binnen de raad van Europa, waarbij 47 landen waar onder Rusland en Turkije zijn aangesloten. Ik noem deze landen met opzet omdat daar, ondanks de ondertekening van het ESH, stakingen nogal eens naar aflopen. Het illustreert de zwakte van het ESH. Het is niet afdwingbaar.
Een suggestie die ik meerdere malen op sociale media zag: sleep KLM of de Nederlandse staat voor het Europese Hof van Justitie (EHvJ). Het EHvJ is echter een EU orgaan en gaat niet over het ESH. Het Europees Comité voor Sociale Rechten ECSR in Straatsburg gaat er over.
Je zou naar het EHvJ kunnen gaan op grond van artikel 28 van het Europese handvest grondrechten van de EU. Let op: dat is niet het Europese Verdrag voor de Rechten van de Mens (EVRM) of ESH maar die EU “grondwet” die wij niet wilden.
Die grondwet is tekstueel zwakker dan het ESH en tot nu toe neemt de Hoge Raad der Nederlanden niet de EU grondwet maar het ESH als uitgangspunt. Bovendien is er niet heel veel EHvJ-jurisprudentie over stakingsrecht en wat er is, is niet gunstig. De beroemde Viking- en Laval-arresten – duidelijke beperkingen van het stakingsrecht – zijn EHvJ interpretaties van het EU handvest. Genoeg redenen om niet bij het EHvJ aan te kloppen.
Dus vallen we terug op het ECSR, een comité van 15 internationaal gerenommeerde rechtsgeleerden. Het ECSR heeft al veel vaker kritiek geuit op beperkingen van het stakingsrecht door Nederlandse rechters. Die kritiek wordt in rapporten doorgegeven aan de Nederlandse regering op wie dan de taak rust de rechterlijke macht te informeren. Die rechterlijke macht is -zoals het een democratie betaamd- onafhankelijk. Het is uiteindelijk aan de Hoge Raad om te kijken naar het ESH als rechtsbasis en de uitleg van het ECSR, – als een soort van memorie van toelichting van de wetgevende macht – in overweging te nemen. Dat doen ze ook.
Hoge Raad
In een arrest in 2015 heeft de Hoge Raad geoordeeld dat de Nederlandse rechtspraak in overeenstemming moet komen met het ESH en dat het stakingsrecht alleen beperkt kan worden op grond van de beperkingen die zijn neergelegd in artikel G. Artikel G zegt dat een staking…
“…alleen kan worden verboden wanneer dit in een democratische samenleving noodzakelijk is voor de bescherming van de rechten en vrijheden van anderen en voor de bescherming van de openbare orde, de nationale veiligheid, de volksgezondheid of de goede zeden.”
In dit zgn Amsta-arrest heeft de Hoge Raad het ultimum remedium-criterium (zie eerdere blog) geherdefinieerd.
Bij de beoordeling óf een beperking of uitsluiting van de uitoefening van het recht op collectieve actie in het concrete geval, maatschappelijk gezien, dringend noodzakelijk is, dient de rechter alle omstandigheden mee te wegen (…) Daarbij kunnen onder meer van belang zijn de aard en duur van de actie, de verhouding tussen de actie en het daarmee nagestreefde doel, de daardoor veroorzaakte schade aan de belangen van de werkgever of derden, en de aard van die belangen en die schade. Zoals volgt uit hetgeen hiervoor in 3.3.3 is overwogen, kan in dit verband ook (onder omstandigheden zelfs beslissende) betekenis toekomen aan het antwoord op de vraag of de spelregels zijn nageleefd.
Dat is veel meer tekst dan artikel G van het ESH en – alhoewel het niet uitblinkt in duidelijkheid – lijkt het een verruiming van het stakingsrecht. Maar door het ultimum remedium-principe onderdeel te laten zijn van een bredere afweging zijn er feitelijk meer mogelijkheden ontstaan om een staking te verbieden. “Vakantiedrukte en een mogelijk terroristische dreiging” zouden vóór het arrest minder haalbare gronden zijn geweest. Vakantiedrukte is immers inherent aan het vliegbedrijf en mogelijk terroristische dreiging is niet te objectiveren. Er is altijd een mogelijke dreiging.
In het KLM-geding en -appèl valt de rechter terug op het Amsta-arrest en grijpt de wollige nuancering van de Hoge Raad aan om een verbod te motiveren. De rechter dient alle omstandigheden te wegen en doet dit ook. Maar het gerechtshof doet nog meer en zegt:
Het verbod van de door FNV voorgestane acties tot en met 4 september 2016 is in dat verband proportioneel.
Daar waar aanvankelijk werd getoetst of een staking proportioneel is, wordt nu ineens een proportionaliteitstoets op het verbod losgelaten. Is het redelijk om te staken wordt plotseling is het redelijk om te verbieden. Dat is wat mij betreft een Erdogannetje: een verbod op het uitoefenen van een grondrecht legitimeren. Een uitglijder die laat zien dat een verbod afhankelijk is van wie wordt bestaakt en hoe de muts van de rechter staat.
En wat nu?
Voor wat in andere landen een fundamenteel recht is, zijn wij in Nederland overgeleverd aan de grillen van de rechter. FNV zou in cassatie kunnen gaan. Cassatie is echter geen inhoudelijke beoordeling van het geschil, maar een beoordeling van de rechtsgang. Cassatie heeft het risico in zich dat deze uitspraak staande jurisprudentie wordt: uitgangspunt bij andere stakingszaken. Het is een zeer gespecialiseerde niche van de rechtspraak: cassatie; stakingsverbod; ESH, dus ik zou niet durven voorspellen hoe dit zou kunnen aflopen.
De andere stap is een klacht bij het Sociaal Comité. Grote kans dat die gehakt maken van het KLM arrest. Maar het zal jaren duren voordat een uitspraak van het ECSR doorsijpelt in de jurisprudentie.
Dit alles leidt tot de vraag of we in dit land niet eens serieus moeten nadenken over één van onze grondrechten en kijken hoe andere landen het doen. Een van de aanbevelingen in het ESH en de EU grondrechten is dat er een tussenstap van bemiddeling wordt ingebouwd.
In Zweden is 70% lid van de vakbond. De arbeidsrust (stakingsdagen/werknemer) is bijna even laag als in Nederland. Als bonden een staking willen uitroepen, kijkt een comité van werkgevers en werknemers of het nog anders op te lossen is. Zo ja, wordt er verder onderhandeld, Zo neen, gaat of de werkgever akkoord of de bond in staking. Het leidt zelden of nooit tot rechtszaken (behalve dan de Laval-zaak). In andere landen is er een speciale kamer van arbeid van de rechtbank.
In Nederland gaan we naar een willekeurige rechter. Die kan bij wijze van spreken dezelfde dag een burenruzie over een overhangende tak beslechten. Of hij verstand heeft van stakingsrecht en de consequenties van zijn uitspraken in een historische ontwikkeling van grondrechten kan plaatsen, mogen we hopen.
Reacties (3)
Interessante conclusie. Ben benieuwd hoe dit in juristenkringen valt.
Maar wat in veel berichten en reacties onderbelicht blijft is dat het stakingsrecht, zoals je schrijft, nog steeds een grondrecht is, bedoeld om de onevenwichtigheid in de machtsbalans tussen werknemer en werkgever te herstellen. En je mag gerust stellen dat die onevenwichtigheid t.g.v. de globalisering en de neoliberale koers van veel regeringen steeds kwalijker vormen aanneemt. Er is dus alle reden voor de FNV om gesjoemel met het stakingsrecht te bestrijden.
Het is op zich al kwalijk dat staken of demonstreren aan rechterlijke toetsing is onderworpen. Beiden zijn per definitie zaken die niet bij de overheid of rechter thuis horen. Beiden zijn echter gecodificeerd geraakt en aan rechterlijke toetsing (staken) en gemeentelijk vergunningbeleid (demonstraties) onderworpen.
Het zijn beiden bewijzen van het feit dat de laatste decennia de samenleving steeds meer in een keurslijf is geperst waaruit iedere spontaniteit is verdwenen en zelfs verboten.
Tja, dat sociale handvest dat aan alle kanten onder druk staat tegenwoordig. Niet meer van deze tijd, wedden?