De woensdagmiddag is op GeenCommentaar Wondere Woensdagmiddag. Met extra aandacht voor de nieuwste ontwikkelingen in Wetenschap- en Techniekland.
Langzaam aan, beetje bij beetje maar gestaag wordt er door astronomen gewerkt aan een antwoord op één van de Grote Vragen: zijn we alleen in het universum of hebben we buren? Alle speculaties en berekeningen ten spijt is er eigenlijk maar één manier waarop we zeker weten hoe de zaken ervoor staan, we zullen het met onze eigen ogen moeten zien. Empirisch bewijs van buitenaards leven dus. Geen gemakkelijke opgave, gesteld dat het voorlopig nog wel even buiten ons bereik zal blijven om zelfs maar naar de meest dichtstbijzijnde sterren te reizen. De aanpak die astronomen nu voor handen hebben gaat dan ook niet uit van dichtbij zijn maar van heel goed kijken. Om precies en ver te kunnen kijken bouwen de heren en dames sterrenkundigen aan de ene kant steeds grotere telescopen en lanceren ze aan de andere kant steeds betere telescopen de ruimte in, waar ze geen last hebben van lichtvervuiling en dampkringen.
In mei 2009 werd de Kepler sonde gelanceerd door NASA. Deze satelliet bestaat uit een hele grote telescoop die gebruikt wordt om exoplaneten te ontdekken. Exoplaneten zijn planeten die horen bij andere sterren dan onze zon en aangezien al het bekende leven zich tot nu toe op planeten bevindt is het een zinnige eerste stap om naar nieuw leven te zoeken (hoewel het volgens sommigen waarschijnlijker is dat buitenaardsen op de manen van die exoplaneten zullen leven).
Tot op heden werden exoplaneten ontdekt door te zoeken naar zogenaamde ‘wobbelende’ sterren. Door de aantrekkingskracht van hun planeten draaien deze sterren niet geheel rond hun eigen as maar wiebelen ze een beetje heen en weer (zoals een kogelslingeraar ook niet geheel rond zijn as draait). Dit is alleen merkbaar het geval als de exoplaneet erg groot is. De planeten die tot nu toe gevonden zijn (bijvoorbeeld door de Hubble telescoop) zijn dan ook van het formaat Jupiter en dus niet bewoonbaar voor Aarde-achtig leven. De zoektocht naar exoplaneten is tot nu toe erg succesvol. Er zijn inmiddels al meer dan 400 (grote) exoplaneten ontdekt.
Maar met de lancering van Kepler gaan de astronomen voor de volgende stap, de ontdekking van kleinere planeten. Kepler zoekt niet naar wobbles, maar is in staat de minidipjes in lichtintensiteit te meten die veroorzaakt worden doordat een planeet voor een ster langsschuift. Deze ‘zonsverduistering’ is dusdanig klein dat je heel erg goede apparaten nodig hebt om ze te detecteren. Kepler heeft deze apparaten en is daarnaast ook nog eens exclusief gereserveerd voor de zoektocht naar exoplaneten.
En Kepler werkt! Naar nu bekend is, heeft Kepler in de eerste paar maanden inderdaad een vijftal nieuwe exoplaneten gevonden. Helaas zijn deze nog steeds een paar maatjes te groot om echt interessant te zijn voor de Grote Vraag, maar de komende maanden en jaren zullen zonder twijfel Aarde-achtige planeten gevonden worden. Met een beetje geluk en doorzettingsvermogen kunnen we dan in de jaren die daarop volgen zoveel te weten komen van onze buren dat we één van de Grote Vragen van ons lijstje kunnen schrappen.