‘Dat hadden we nooit moeten doen’

PvdA-prominenten kijken terug op hun tragische keuzes in de jaren negentig. In zijn nieuwste, monumentale boek Kapitaal en ideologie laat Thomas Piketty aan de hand van overvloedig statistisch materiaal zien hoe de aanhang van centrum-linkse, sociaaldemocratische partijen in de loop der jaren ingrijpend is gewijzigd. Cijfers over partijvoorkeur van kiezers op basis van opleiding in zowel Europa als de Verenigde Staten wijzen uit dat deze partijen vlak na de oorlog bovenmatig in trek waren bij de laagstopgeleiden, de werkende klasse. Hoger opgeleiden gaven in meerderheid de voorkeur aan conservatieve partijen. Vijftig jaar later zien we een omkering van de verhoudingen qua politieke voorkeur bij verschillende opleidingsgroepen, centrum links is uit de gratie bij lager opgeleiden maar favoriet bij de hogere, goed opgeleide middenklasse. Het Nederlandse verhaal achter deze trend is onlangs door Duco Hellema en Margriet van Lith opgeschreven in Dat hadden we nooit moeten doen. De PvdA en de neoliberale revolutie van de jaren negentig (zowel de titel als het paarse omslag spreken voor zich). Hellema en van Lith hadden Piketty waarschijnlijk nog niet gelezen, toen ze hun boek schreven. Maar wat ze aan de hand van gesprekken met voormalige PvdA-prominenten, stapels oude beleidsnota's en verslagen uit de Tweede Kamer hebben opgetekend is een perfecte illustratie van zijn stelling: hoger opgeleiden hebben aan het einde van de vorige eeuw de sociaaldemocratische partijen overgenomen en de traditionele aanhang van laagstbetaalden en minder hoog opgeleiden volledig van zich vervreemd,  'in de steek gelaten', zoals voormalig minister van VROM Margreet de Boer nu erkent.

Door: Foto: Foto via Wikimedia copyright ok. Gecheckt 06-10-2022
Foto: NiederlandeNet (cc)

Deals buiten de Kamer om: de parallellen tussen de ministers Opstelten, Korthals en Van Aardenne

ACHTERGROND - De situatie rondom het aftreden van minister van Veiligheid en Justitie Ivo Opstelten (VVD) en staatssecretaris Fred Teeven (VVD) over de berichtgeving inzake de deal met Cees H. vertoont opmerkelijk veel overeenkomsten met twee situaties uit de recente parlementaire geschiedenis. De eerste leidde tot het vertrek van minister van Defensie Benk Korthals (VVD) in 2002, de tweede tot een discutabel aanblijven van minister van Economische Zaken Gijs van Aardenne (VVD) in 1984/85.

Alle drie de ministers raakten in opspraak vanwege het verwijt de Kamer onjuist en/of onvolledig te hebben geïnformeerd en alle drie vanwege een gebeurtenis uit een eerdere kabinetsperiode. Alle drie ook behoorden tot de voorste gelederen van de liberale partijelite: Van Aardenne was vicepremier in het eerste kabinet-Lubbers, Korthals speelde een vooraanstaande rol in de VVD-fractie, Opstelten stond aan de wieg van het kabinet-Rutte en wordt beschouwd als godfather van de premier. En tot slot zijn alle drie qua opleiding (studie in Leiden) en voorkomen (type: vaderlijke bestuurder) duidelijk van de klassiek-liberale snit.

Aftreden Benk Korthals

Tussen Korthals en Van Aardenne zit een belangrijk verschil: de een vertrok, de ander bleef aan. Korthals bood op 12 december 2002 de koningin zijn ontslag aan. Hij was demissionair minister van Defensie, daarvoor was hij minister van Justitie in het tweede kabinet-Kok.

Lezen: Bedrieglijk echt, door Jona Lendering

Bedrieglijk echt gaat over papyrologie en dan vooral over de wedloop tussen wetenschappers en vervalsers. De aanleiding tot het schrijven van het boekje is het Evangelie van de Vrouw van Jezus, dat opdook in het najaar van 2012 en waarvan al na drie weken vaststond dat het een vervalsing was. Ik heb toen aangegeven dat het vreemd was dat de onderzoekster, toen eenmaal duidelijk was dat deze tekst met geen mogelijkheid antiek kon zijn, beweerde dat het lab uitsluitsel kon geven.

Lezen: De BVD in de politiek, door Jos van Dijk

Tot het eind van de Koude Oorlog heeft de BVD de CPN in de gaten gehouden. Maar de dienst deed veel meer dan spioneren. Op basis van nieuw archiefmateriaal van de AIVD laat dit boek zien hoe de geheime dienst in de jaren vijftig en zestig het communisme in Nederland probeerde te ondermijnen. De BVD zette tot tweemaal toe personeel en financiële middelen in voor een concurrerende communistische partij. BVD-agenten hielpen actief mee met geld inzamelen voor de verkiezingscampagne. De regering liet deze operaties oogluikend toe. Het parlement wist van niets.

Lezen: De wereld vóór God, door Kees Alders

De wereld vóór God – Filosofie van de oudheid, geschreven door Kees Alders, op Sargasso beter bekend als Klokwerk, biedt een levendig en compleet overzicht van de filosofie van de oudheid, de filosofen van vóór het christendom. Geschikt voor de reeds gevorderde filosoof, maar ook zeker voor de ‘absolute beginner’.

In deze levendige en buitengewoon toegankelijke introductie in de filosofie ligt de nadruk op Griekse en Romeinse denkers. Bekende filosofen als Plato en Cicero passeren de revue, maar ook meer onbekende namen als Aristippos en Carneades komen uitgebreid aan bod.

Lezen: Venus in het gras, door Christian Jongeneel

Op een vroege zomerochtend loopt de negentienjarige Simone naakt weg van haar vaders boerderij. Ze overtuigt een passerende automobiliste ervan om haar mee te nemen naar een afgelegen vakantiehuis in het zuiden van Frankrijk. Daar ontwikkelt zich een fragiele verstandhouding tussen de twee vrouwen.

Wat een fijne roman is Venus in het gras! Nog nooit kon ik zoveel scènes tijdens het lezen bijna ruiken: de Franse tuin vol kruiden, de schapen in de stal, het versgemaaide gras. – Ionica Smeets, voorzitter Libris Literatuurprijs 2020.