G. Drios onthult in zijn 41e column een gedachte-experiment. Wat als menselijke processen geautomatiseerd zouden worden? Als we zaken als kunst of journalistiek gewoon door algoritmen zouden laten bepalen?
Ik wilde lange tijd niets meer met automatisering van doen hebben, maar onlangs kwam ik er toch weer mee in aanraking. En het vreemde was dat er een wereld voor me open ging… Euh… of dicht? Ik merk het al, ik moet bij het begin te beginnen.
Het begon allemaal toen ik die ene film zag. Ik weet niet meer hoe hij heet, maar jullie kennen hem vast. De held moet samen met een groep mensen ergens heel snel weg en dan blijkt dat een klein kind z’n hondje of knuffeltje is vergeten en dan moet de held ondanks groot gevaar toch nog een keer terug. Later kan de held ternauwernood aan een explosie ontsnappen door een gedurfde sprong richting camera. Uiteindelijk is alle gevaar dan toch weer geweken omdat de vijand dood is, tot die ineens toch nog blijkt te leven, waarna hij nog een keer wordt gedood. Toen ik die film zag, dacht ik ineens: dat kan je automatiseren.
Sindsdien ga ik alles wat ik zie, onderverdelen in automatiseerbaar en niet-automatiseerbaar. Vaak blijkt daarbij wat als geheel nog niet automatiseerbaar lijkt, bij nader inzien uit een combinatie van een beperkt aantal kleine modules te bestaan, die op zich zelf wel makkelijk te automatiseren zijn. Door het samenspel van deze modules doet het geheel zich ingewikkelder voor dan het in werkelijkheid is.
Ik zie nu bijvoorbeeld mogelijkheden voor de automatisering van stand-up comedy, ook al lijkt dat misschien op het eerste gezicht niet zo. Stand-up comedians vind ik doorgaans heel geestig, maar het gaat vaak over dezelfde mensen die graag TV kijken of blowen, die nadenken over het verschil tussen mannen en vrouwen of die dromen van seks met twee vrouwen tegelijk. Het lijkt alsof zij op de kleinkunstacademie een beperkt aantal modules voor hun acts krijgen aangereikt, die zij dan alleen nog maar op wisselende manieren met elkaar combineren. Misschien is de kleinkunstacademie voor de comedian slechts de eerste stap richting automatisering van zijn werk. Waarom daar stoppen?
Het werk van presentatoren lijkt mij eveneens automatiseerbaar. Kan een presentator niet zo langzamerhand ook door een virtuele medewerker worden vervangen? Door een soort Astrid, de virtuele medewerker van pensioenfonds ABP? Velen zullen denken dat dat niet kan, omdat een presentator over een bijzondere uitstraling moet beschikken die voor het succes van het programma heel belangrijk is en dat hij daarom niet door zomaar een animatie vervangen kan worden en inderdaad, dat kan ook niet. Niet door zomaar een animatie tenminste, maar door een bijzondere animatie wel. De ene animatie is de andere niet. De ene zal de kijkers weten te boeien en de andere niet, dus ook na de automatisering zal het probleem een goede presentator te vinden blijven bestaan, maar dat is geen argument om niet te automatiseren, dat probleem bestaat nu ook al. Bovendien worden presentatoren nu ook al voor het grootste deel op afstand bestuurd door een heel support team van mediatrainers en mensen die de onderwerpen uitwerken en de autocue schrijven en dat maakt de automatisering van de presentator alleen maar makkelijker.
Daarnaast kan ook het werk van het supportteam verder worden geautomatiseerd, net zoals dat nu al in het zakenleven steeds meer gebeurt. Daar wordt het schrijven van brieven, offertes, aktes en zelfs van hele rapporten steeds vaker volledig geautomatiseerd. Waar vroeger een advocaat of notaris lang op moest broeden hoeft hij nu alleen nog maar een korte menulijst in te vullen – klaar. De rest gaat automatisch. De expertise van bijvoorbeeld de advocaat zit daarbij volledig in het computerprogramma, zorgvuldig opgedeeld in een beperkt aantal kleine modules. Dergelijke automatisering zou dus ook het werk van het support team sterk kunnen vereenvoudigen.
En ja, misschien kunnen ook blogbijdragen worden geautomatiseerd of de reacties daarop. Maar waar het eigenlijk om gaat is dat wat in het zakenleven nog voor efficiëntieverhoging door kan gaan, in kunst en entertainment alleen de rommel betreft. Alleen de act van een slechte stand-up comedian kan worden geautomatiseerd, maar niet die van een goede. De vraag is dan ook: Waarom stoppen bij de automatisering? Waarom niet gewoon weglaten? Rommel kan je weglaten is dan weer op zich geen nieuw inzicht, maar wat mij nu opvalt, is dat het zo veel is.
In die zin ging er voor mij dus een wereld niet open maar dicht.
Foto: Flickr cc Sciascia
Reacties (9)
Automatiseren kun je leren.
Hubert both voor redaxilid!
Het is onvermijdelijk dat al het werk in de toekomst door robots gedaan zal worden. Er is niks dat de mens kan doen, die niet door machine gedaan kan worden. En zelfs als het zou zijn, het meeste werk zal door machines gedaan worden. Nou is de vraag wat er gaat gebeuren als mensen geen werk hebben?
Het lijkt me dat er twee mogelijkheden zijn:
Mogelijkheid 1
Iedereen wordt kapitalist. De mensen zonder robots sterven uit, van honger of worden uitgeroeid door de eigenaren van robots. Er blijven slechts de eigenaren over. Maar dit is een virtueel communisme, als je naar Karl Marx’s formule voor communisme kijkt: “van ieder naar zijn mogelijkheden, aan ieder naar zijn behoeften!”
Mogelijkheid 2
Iedereen wordt communist. Het is mogelijk dat de bezitlozen de eigenaren uitroeien. Er is immers niemand dom om vrijwillig te sterven. Of de eigenaren gaan genoeg gratis overlevingsmiddelen aan de bezitlozen geven. Of de robots worden publiek bezit en iedereen krijgt wat hij nodig heeft.
Gevolgen
Het debat kapitalisme-socialisme is dus allang beslecht. Onze taak is om te bedenken hoe we de transitie maken van de huidige wereld, naar de wereld waar de robots het werk uitvoeren. Voor de mensen die weten dat hun kinderen weinig kans hebben om in de bezitersklasse te komen, is het slim om vanaf nu maatregelen te nemen om te voorkomen dat de bezitters wapens verzamelen en privé-legers inhuren. Want slechts met privé-legers kunnen de bezitters de bezitlozen uitroeien.
Voor deze transitie moeten we een mentaliteitsverandering ondergaan. We moeten anders denken, niet meer in termen van kapitalisme of communisme/socialisme. Deze termen zijn dood.
Exact deze twee opties zijn redelijk goed uitgewerkt in onderstaand verhaal (heet zoiets een parabel?):
http://marshallbrain.com/manna1.htm
Hier en daar even doorbijten omdat het verhaal iets te slecht wordt, maar verder een buitengewoon vermakelijke analyse.
Zijstap, maar dit doet me denken aan een interessant artikel in de NewYorker over organisatieverbetering in de zorg. De crux is dat dit meer als een franchise georganiseerd moet worden: vaste protocollen, centraal afgesproken behandelingswijze, op een standaard manier gedrilde dokters, en dus weinig persoonlijke invulling van de arts.
Het aardige van het artikel is dat de auteur (een arts) er duidelijk over is dat dit tot kwaliteitsverbetering en een betere efficiëntie leidt, maar natuurlijk ook een natuurlijke huivering voelt. En uiteraard is hij ook bang voor zijn arbeidsgenot en over de inbreng van zijn persoonlijke vakmanschap.
Onze maatschappij heeft een naar mijn smaak te grote neiging om originaliteit te belonen. Uiteraard in de kunst, maar in veel vakgebieden ligt vakmanschap dicht tegen kunst aan en heb je dezelfde tendensen. In veel kunst is dit ver doorgeslagen, want originaliteit kun je alleen beoordelen als je de volledige geschiedenis kent, en dus wordt het voor een buitenstaander totaal ontoegankelijk en meestal ook oninteressant. Maar als je met alleen vakmanschap de gebaande paden betreedt haken insiders natuurlijk af, iets waar dit stukje over lijkt te gaan. Ook gewoon een gevolg van meer gezien hebben natuurlijk, gewoon ouder wordend heb je de neiging patronen sneller te zien.
Overigens is automatiseren in de zin van het echt door apparaten laten uitvoeren nog best wel ver weg. Programmeren is gewoon duur en inflexibel. Mensen zijn veel goedkoper, en mits goed gedrild is het resultaat niet veel anders.
“Programmeren is gewoon duur en inflexibel.”
Dan moeten we ook dat automatiseren! :D
“Als we zaken als kunst of journalistiek gewoon door logaritmen zouden laten bepalen”
Ik wil niet zeuren, maar volgens mij bedoel je algoritmen. Kunst en journalistiek door logaritmen laten bepalen lijkt me lastig. Wat als je negatieve input krijgt? Zit je dan met je logaritme en zijn positieve domein.
Viel mij ook al op. Beetje ongeloofwaardig als je over automatisering schrijft en je dan zo’n knoepert van een fout maakt in de eerste zinnen.
Leuk stuk! De dingen die je beschrijft ontwikkel ik eigenlijk in mijn werk, alhoewel mijn toepassingsgebied nu de zorg is.
Ik ontwikkel software systemen die mensen simuleren. Dit kan ingebouwd worden in computer agents (zoals astrid), maar dus ook in zorgrobots.
Tijdens mijn promotie-traject, waarin ik me richtte op emotionele intelligentie, was ‘virtual storytelling’ (waarin meerdere agents met menselijke beslissingsmechanismen een soort automatisch gegenereerde soapserie vormen) een expliciet toepassingsgebied. Nog steeds trouwens, maar dan meer in de vorm van entertainment voor / interactie met patienten die langdurig in een zorginstelling verblijven.
Mijn collega’s werken verder ook nog aan computational creativity, waarin een machine automatisch nieuwe verbanden legt tussen bestaande concepten (dit is in principe de basis-bouwsteen van creativiteit).
Meer informatie hierover (en mijn papers) kun je hier vinden:
http://camera-vu.nl/matthijs/
http://crispplatform.nl/projects/selemca