Geen bal op tv | Poule des doods
COLUMN - Waarin tv-detective Max Molovich naar Poule des doods kijkt, over een troepje dichters die eenzame doden naar hun graf begeleiden.
F. Starik. Dichter. Begraafplaats de Nieuwe Ooster. Hendrikus Willem wordt begraven. Hendrikus Willem had geen familie en geen vrienden om hem een laatste groet te brengen voordat hij ter aarde werd besteld. In dat soort gevallen komt F. Starik opdraven. Om een gedicht voor te dragen. De begrafenisondernemer vraagt zich af hoe hij F. Starik moet aankondigen.
‘Wat zeg je dan?’
‘Mag ik het woord geven aan F. Starik.’
‘F. Starik.’
‘Die een gedicht geschreven heeft.’
‘Mag ik daarbij zeggen dat je een gedicht geschreven heeft over het leven van… of is dat te?’
‘Bij het overlijden van.’
‘Naar aanleiding van het overlijden. U bent niet bij het overlijden geweest.’
‘Dat is waar.’
‘Ja, naar aanleiding van ja.’
Begrafenisondernemers. Vreemde snuiters. De dood is hun leven. Hun plechtstatige medeleven is vaak puur beroepsmatig. De dichter leeft ook van de dood. De dood is de brandstof voor hun kunst. Elk gedicht gaat erover. Elk gedicht is een poging de dood een loer te draaien. Of te bezweren. Of in kaart te brengen.
In de documentaire Poule des Doods volgen wij een groep rond dichter F. Starik die het op zich heeft genomen eenzame doden een waardig afscheid te geven. Als er een eenzame is overleden, gaan ze naar diens huis. Ze zoeken informatie over het leven van de dode en vervolgens maakt F. Starik, Menno Wigman of Maria Barnas een gedicht dat wordt voorgelezen tijdens de uitvaart.