Men in Black
Sinds de aanslag in Madrid voelde men zich in de eerste dagen erna in Nederland erg onveilig. Programmamakers doken de straat op om mensen aan de tand te voelen met vragen als ‘waar let u op na de aanslag in Madrid?’. Antwoorden als ‘ik kijk om mij heen of ik iets verdachts zie’. Op de vraag ‘wat vindt u dan verdacht?’ konden velen geen antwoord geven. Ook de Nederlandse overheid komt niet verder dan de oproep tot waakzaamheid.
Op de site van de AIVD is te lezen dat ‘het internationale terrorisme van radicaal-islamitische signatuur hoog op de agenda van de AIVD staat.’ of zoals zij het verder noemen: de zogenaamde aandachtsgebieden. Interessant dat wel, maar helaas wordt er geen letter verspild aan instructies waar op te letten of hoe om te gaan met ‘verdachte zaken’ in het kader van het zo gevreesde terrorisme.
Maar als onze
vrienden van de AIVD nu even de moeite nemen te kijken op de site van de Britse Inlichtingendienst, hoeven ze in ieder geval dat wiel niet opnieuw uit te vinden. Ik verwijs ze dan graag even naar ‘The Threat’ (De Dreiging) en ‘What you can do’ (Wat u kunt doen), zowel ‘at home’ (thuis) als ‘at work’ (op het werk) als tijdens ’travelling’ (het reizen).
Zo schoppen we elkaar op straat elkaar – schijnbaar – met gemak dood, kijken we met argusogen naar elke voorbij lopende allochtoon, zeg je nooit gedag tegen je buurman/-vrouw en laten we de buurt waar wij in wonen verslonzen. Als reactie daarop krijg je dure campagnes als die van ‘ik ben tegen zinloos geweld’, worden programma’s in elkaar gedraaid om samen de buurt weer veilig te maken en wordt getracht ‘het wij-gevoel’ in de wijk (terug) te brengen, maar … is dit nog wel nodig? Het internet brengt blijkbaar ondertussen de mensen op een geheel vrijwillige en natuurlijke wijze


‘Waarom zijn het hoofdzakelijk mannen die oorlog voeren?