Zonnecellen prachtig, maar vergeet windenergie niet
OPINIE - Windenergie is nog lang niet uitontwikkeld, maar er moet wel een markt voor zijn. Die kan er alleen komen, als er stabiel beleid gevoerd wordt.
Stop geld in zonnecellen, niet in windenergie, bepleitte journalist Joost van Kasteren in de Volkskrant van 24 juni. En besteed het geld vooral aan innovatie, niet aan uitrol in de markt, schrijft hij. Windenergie zou ‘uitontwikkeld’ zijn, terwijl zonnecellen zich nog sterk verbeteren. Vergelijkbare uitspraken deden de voormalig staatssecretarissen Rick van der Ploeg en Willem Vermeend eerder in De Telegraaf. Wind-bashing is in, kennelijk en dat zal misschien te maken hebben met het feit dat windenergie bijna mainstream is. Mag, maar de argumenten moeten wel deugen. En dat is niet zo. Niet alleen de zonneceltechnologie maar ook windenergie verbetert zich in hoog tempo, door onder meer nieuwe materialen, ontwerpen, bouwwijzen en logistiek. Dat geldt ter land zowel als ter zee. De financieel analisten van Bloomberg hebben uitgerekend dat elke verdubbeling van de capaciteit van windenergie tot een kostendaling van 7 procent leidt, door technologische verbeteringen en opschaling.
Het einde van deze leercurve is nog lang niet in beeld.
Maar om verdere innovaties uit te lokken moet wel zicht blijven bestaan op een markt die zich gestaag ontwikkelt. Dat kan door het Nederlandse zwabberende subsidiesysteem te vervangen door een eenduidige prikkel. Idealiter geldt gewoon: de vervuiler betaalt. Met een CO2-prijs van minimaal €50/ton wordt schone energie vanzelf concurrerend. Als dat politiek (nog steeds) onhaalbaar blijkt, is een vaste prijs voor de levering van duurzame energie aan het net een goed alternatief: door opcenten op vuile energie kan de meerprijs van schone energie worden betaald. Het belangrijkste is dat de regeling jarenlang constant blijft, en niet om de haverklap wisselt.