Bezuinigen? Zet in op medische thuistechnologie
Deze gastbijdrage is geschreven door Lotte Asveld, senior onderzoeker/projectmedewerker Technology Assessment werkzaam bij het Rathenau Instituut. De bijdrage is ook op het blog van het instituut te lezen.
Adviesbureau Boer en Croon becijferde in augustus 2010 dat er 5 tot wel 7 miljard euro bespaard kan worden door het overhevelen van medische technologie van ziekenhuizen naar huisartsen.
Gek genoeg wordt een àndere belangrijke technologische trend stelselmatig over het hoofd gezien: de opkomst van de medische thuistechnologie. Thuisgebruik van medische apparatuur geeft patiënten meer controle over de eigen gezondheid en levert besparingen op. Maar dan moet de overheid daar wel op sturen.
Er komt steeds meer medische technologie op de markt die door mensen zelf thuis kan worden gebruikt. Denk aan medische zelftests op bijvoorbeeld cholesterol en geslachtsziekten, genetische tests met bijbehorend levensstijladvies die via internet besteld kunnen worden, stappentellers, Wii Fit, digitale health coaches en monitoringapparatuur die je waarschuwt bij tekenen van ziekte. In de toekomst kunnen mensen waarschijnlijk ook steeds vaker zichzelf monitoren en behandelen dankzij minuscule testlaboratoria en scanapparatuur voor thuis. Voorbeelden zijn de medimate, waarmee manisch depressieve patiënten zelf het lithiumgehalte in hun bloed kunnen controleren, of de H’andy Sana, een telefoon waarmee mensen zelf een hartfilmpje kunnen maken en via internet kunnen versturen.


In rechts Nederland doen allerlei mythes over migratie de ronde, die over het algemeen niet op waarheid berusten maar wel een eigen leven leiden. Denk aan 
