Een snelle oplossing voor het conflict in Syrië kan niet worden gerealiseerd zonder medewerking van Assad en zijn regime.
Ik heb lang niet over Syrië geschreven. De laatste analyse die ik schreef dateert van 2 juni 2012, bijna twee jaar geleden dus. Daarin schreef ik dat Syrië afstevende op een volledige burgeroorlog, daarbij flink geholpen door het Westen, namelijk door te eisen dat dat president Bashar al-Assad moet aftreden voordat er kan worden onderhandeld. En door wapenleveranties te faciliteren aan een oppositie die volstrekt verdeeld was en totaal niet in staat om een realistisch plan van actie op tafel te leggen voor de periode-na-Assad.
Meer dan anderhalf jaar had ik daar helaas niet veel aan toe te voegen. Een van de belangrijkste redenen daarvoor was de notoire onbetrouwbaarheid van al het nieuws. Dodenaantallen, slachtpartijen, wie verantwoordelijk was voor wat, werden steeds minder controleerbaar. Youtube-filmpjes met beelden van gruwelen konden meestal niet worden geverifieerd. Een van de - aanvankelijk - betere nieuwsbronnen, de zender Al Jazeera, was zozeer bevooroordeeld (de zender is gevestigd in Qatar en Qatar steunt bepaalde fracties in de Syrische Nationale Coalitie SNC) dat een aantal van zijn eigen mensen protesteerde en opstapte. De cijfers van het Syrian Observatory for Human Rights, dat steeds door alle persbureaus werd geciteerd, is eveneens zwaar op de hand van de NSC. En over de officiële lezingen van de regering, van het Syrische persbureau Sana of de tv, hoeven we het al helemaal niet te hebben.