Sexy Syrië-expert blijkt academisch fraudeur
Denktanks zijn inmiddels een vast onderdeel van het politieke landschap in de VS. Tussen alle lobbygroepen vormen denktanks de ideologische stoottroepen, die opiniemakers en beleidsbepalers moeten overtuigen of de intellectuele munitie verschaffen om een beslissing door te voeren.
Onderzoekers van denktanks stellen rapporten samen, organiseren bijeenkomsten voor journalisten en beleidsmakers, schrijven opinie-artikelen, verschijnen als ‘deskundigen’ op TV en voor senaatscommissies, en verdienen zo hun geld als mondstuk voor de belangengroepen die hen betalen. Mooi voorbeeld daarvan is deze dame van het Hudson Institute, die door senator Al Franken intellectueel geheel uitgekleed wordt als de propagandapapegaai die ze is.
Een fraai inkijkje in de verstrengeling van de Amerikaanse politiek met dit soort denktanks en de belangengroepen daarachter werd de afgelopen weken gegeven in de beleidsvorming en ideeënvorming over eventueel militair ingrijpen in Syrië.
Kort nadat Assad met een dosis chemische wapens op meerdere pauperwijken van Damascus Obama’s rode lijn overschreed, zodat het Witte Huis zich genoodzaakt zag de tanden bloot te leggen, verschenen er in de Wall Street Journal en op Fox News commentaren van Syrië-analist Elizabeth O’Bagy.
In die commentaren spreekt O’Bagy de consensus onder inlichtingenexperts en journalisten tegen dat het voornaamste aandeel van het verzet tegen Assad inmiddels gevoerd wordt door jihadisten. Verder betoogde ze dat er prima zaken valt te doen met het Vrije Syrische Leger, dat het meeste deel van de gevechten op zich neemt en bovendien uit gematigde, pro-Westerse moslims bestaat.