De koningin, de hoofddoek en de ministeriele verantwoordelijkheid
De contouren van het eerste staatsrechtelijke akkefietje van 2012 zijn inmiddels zichtbaar. De Koningin gaat op staatsbezoek naar een islamitisch land, stekkert daar op blote voeten, maar met hoofddoekdeksel door een gebedsruimte en haalt vervolgens ongemeen fel uit naar de kopvoddenvreters in eigen land. “Echt onzin” schijnt Beatrix de door de PVV georkestreerde commotie te hebben genoemd. Waarna Maxima nog een exposé heeft gehouden over de arbeidsparticipatie van vrouwen in de regio. Nu is het gebruikelijk dat uit dit soort slotgesprekken met de pers na een staatsbezoek niet letterlijk geciteerd wordt. De majesteit hoort niet sprekend uit te worden opgevoerd. Dat dit nu wel gebeurt, zonder dat de Rijksvoorlichtingsdienst uit de Mediacode begint voor te lezen, is opvallend. Dat Maxima zo nadrukkelijk intervenieert ook.
Volgens ons staatsrecht zijn ’de ministers’ verantwoordelijk. Hoewel ik er voorstander van ben om de Oranjes ruimte te geven te zeggen wat ze vinden zonder dat de Minister-President een gelijkluidend standpunt in de Tweede Kamer hoeft te verdedigen, zal die gelukzaligheid pas aanbreken als Kamerleden niet onmiddellijk op de haverkist springen. Die gewoonte is echter hardnekkig, al kan men zich bij Ineke van Gent afvragen of ze ook wel eens van die haverkist afspringt. In ieder geval begonnen GroenLinks en de PvdA enthousiast in de veronderstelde vlek te wrijven. De majesteit zou zich wel in de steek gelaten hebben gevoeld, wat werd er nu eigenlijk bedoeld en vooral: waar was Rutte?