Selling England By The Pound

Foto: Sargasso achtergrond wereldbol

Aanstaande vrijdag speelt in concertzaal De Doelen in hartje Rotterdam de Canadese band The Musical Box. Zij voeren een klassiek stuk uit, namelijk de een concert uit de tour Selling England By The Pound van de legendarische Britse band Genesis. Deze concerten vonden oorspronkelijk plaats in 1973/74. Het waren geen traditionele rock concerten, maar eerder een soort opera’s, met decors, maskers, kostuums, speciale belichting.

Eind jaren zestig, begin jaren zeventig waren er meer groepen die experimenteerden met concept-albums en rock opera’s: het begon met The Beatles en Sgt Pepper’s Lonely Hearts Club Band (helaas nooit integraal uitgevoerd). Daarna volgden onder meer The Who met Tommy, David Bowie met zijn personage Ziggy Stardust, Jethro Tull, Pink Floyd, Queen en vele anderen.

Op een gegeven moment was de fut eruit en werd de boel even flink opgeschud door enkele punkgroepen zoals The Sex Pistols en The Clash. Op zichzelf was dit heel verfrissend, maar het zorgde er wel voor dat alles van vóór God Save The Queen (and Her Fascist Machine) voor lange tijd ‘besmet’ werd verklaard. De eens zo bejubelde bands waren nu volledig uit de gratie bij de pers, die hen voortaan schamper bestempelde als lachwekkende dinosauriërs. Alles wat neigde naar een nummer van meer dan drie minuten was heel, héél erg fout. De muziekpers, als de dood om niet hip en vernieuwend te zijn, liep hierin voorop en het grote publiek volgde braaf. De oude groepen trokken nog steeds volle zalen, maar als je een beetje wilde meetellen kon je beter niet hardop zeggen dat je van dat soort muziek hield.

De tijden zijn veranderd. Misschien komt het wel doordat de verzuurde oude muziekjournalisten, met wier chagrijnige politiek-correcte stukjes hele generaties (de Oor-generatie) zijn opgegroeid, eindelijk met pensioen zijn. Wellicht komt het ook door het internet, waardoor muziekliefhebbers niet langer afhankelijk zijn van kranten en blaadjes als Oor. Hoe dan ook, de meer theatrale aspecten van pop en rock ‘mogen’ weer. Een artiest als Eminem heeft met zijn Slim Shady zijn eigen Ziggy Stardust gecreëerd. Er zijn zelfs moderne ‘symphonische’ rockgroepen, zoals Within Tempation.

Door deze ontwikkeling, die al weer een tijdje gaande is, is de weg geplaveid voor projecten zoals deze, van The Musical Box. In de populaire muziek is dit iets nieuws. Bij klassieke muziek is het heel gebruikelijk dat dat opera’s en concerten worden ingestudeerd en uitgevoerd. Sterker nog, dat is de norm. Er is niemand die roept dat Bernard Haitink een tweederangs artiest is omdat hij een stuk van Gustav Mahler uitvoert.

Hoe anders is dat nog in de pop- of rockmuziek! Het moet vooral oorspronkelijk zijn. Muzikanten dienen gekweld te zijn en jong te sterven. Hun muziek kan wel bij uitzondering eens door een ander worden uitgevoerd, maar dan moet deze er wel iets geheel ‘eigens’ van maken. Gewoon alles naspelen is iets voor coverbandjes, die laag op de ladder staan. Leuk voor bruiloften en partijen, maar in muzikaal opzicht niet serieus te nemen.

Het lijkt erop dat ook dit nu langzaam aan het veranderen is. The Musical Box voert Genesis uit alsof het een opera van Verdi is. Van de originele concerten bestaan geen films, maar aan de hand van foto’s, getuigenissen en gesprekken met de betrokkenen hebben de leden van The Musical Boxde theatrale show van toen minutieus gereconstrueerd. Dit project stijgt duidelijk uit boven het werk van de gemiddelde tribute band. Op deze manier is het dus mogelijk om alsnog (of opnieuw) kennis te nemen van een wel heel bijzondere periode uit de muziekgeschiedenis. Zowel de diehard fans als de oorspronkelijke leden van Genesis zijn enthousiast. Volgens Mike Rutherford is het beter dan het origineel. Peter Gabriel heeft zijn kinderen meegenomen naar een voorstelling om hen te laten zien wat pa deed in zijn jonge jaren.

Kunst of kitsch? Het gevaar dat het een kitscherig soort karaoke wordt is aanwezig. Het moet geen karikatuur worden. Kan je een concert uit 1973 uit zijn context halen en het anno 2004 uitvoeren als een op zichzelf staand kunstwerk? Ik oordeel pas als ik het zelf gezien heb. Wordt vervolgd, zei Han Peekel.

Vrijdag, 21 mei in De Doelen, Rotterdam

0

Reacties (9)

#1 niemsz

Geen nep-opera: gewoon dat oude materiaal in je speler trappen en genieten van genesis’ enige stem: Peter Gabriel

  • Volgende discussie
#2 peter

Ik dacht altijd dat het (And her fascist regime) was. Niet dat het uitmaakt. De boodschap is helder.

  • Volgende discussie
  • Vorige discussie
#3 Gert Jan

Ah, de tijden dat de London Symphonic Orchestra concerten gaf met het integrale werk van The Police, en The Moody Blues het groot symphonieorkest inzette voor A Question of Balance…

Toch is het nooit echt weg geweest: er ligt volgens mij een lijntje met het succes van de grote rock-musicals die de rock-opera’s vervingen (Chess bijvoorbeeld). En het succes van Mamma Mia de laatste jaren staat volgens ook niet op zich.

Overigens, Johnny Rotten zong inderdaad “God save the queen / her fascist regime / It made you a moron / a potential H-bomb!”

  • Volgende discussie
  • Vorige discussie
#4 J.N. Bosboom

Jullie hebben volledig gelijk wat de tekst van God Save the Queen betreft. Ik wilde het gisteren al zeggen, maar toen kon ik op de een of andere manier niet reageren.

Wat betreft het in een klassieke versie spelen van populaire nummers: dat vind ik iets heel anders. De man die dat overigens deed, David Palmer, was laatst nog in het nieuws vanwege zijn ‘sex change’.

  • Volgende discussie
  • Vorige discussie
#5 Walter

“Ik oordeel pas als ik het zelf gezien heb”
Tjeetje, begrijp ik het goed dat u ook het origineel destijds zelf gezien heeft? En dat u dus kunt vergelijken? Lijkt me cool wel.

  • Volgende discussie
  • Vorige discussie
#6 koen

maar eh euh… gaat er eigenlijk iemand kijken?

  • Volgende discussie
  • Vorige discussie
#7 J.N. Bosboom

Ja, Walter. Ik woonde in die tijd grotendeels in Londen, en ik zag ze in de Rainbow. Believe it or not, maar ik ben toen zelfs uitgenodigd voor de afterparty. Steve Hackett, de gitarist had een groot huis in Kensington. Daarna ben ik naar een ander feest geweest met Bill Wymann en David Bowie. Prachtige tijden. Don’t get me started… ik kan daar uren over vertellen.

  • Volgende discussie
  • Vorige discussie
#8 J.N. Bosboom

Na afloop van een rockconcert kom je meestal buiten: bezweet, schor, met suizende oren, adrenaline in je lijf. Een stroom mensen: lachende gezichten om je heen. Trek in bier… Hoe anders was dit afgelopen vrijdag, na afloop van The Musical Box performs Genesis: Selling England By The Pound. We liepen De Doelen uit als na een uitvoering van Satie. Van zweet of tutende oren was geen sprake.

Selling England was dan ook geen rockconcert, maar de uitvoering van een muziekstuk. Beter gezegd: een theaterstuk. De belichting en het wisselende decor ondersteunde de muziek. De spotlight stond op de zanger, die het er maar druk mee had: vreemde danspasjes, een geschminkt gezicht, diverse kostuums en maskers.

Als de rest van de band in de orkestbak was gaan zitten, had Peter Gabriel wat meer ruimte gehad. Mike Rutherford had het als manusje-van-alles erg druk. Met zijn double-neck moest hij telkens razendsnel overschakelen van bas naar slaggitaar. Toetsenist Tony Banks werd volledig in beslag genomen door de vele klavieren om hem heen. Tussendoor tokkelde hij ook nog wat mee op de gitaar. Logisch dat hij verder geen tijd had om op zijn omgeving te letten.

Drummer Phil Collins was een uitzondering: hij stal de show met schitterend drumwerk. Als enige had hij af en toe contact met de zanger. Gitarist Steve Hackett zat ondertussen stilletjes aan de zijkant op een bankje, naast een rek gitaren. Doe maar of ik er niet ben. De gebruikelijke kijk-mij-eens-solo’s ontbraken volledig, alles stond in dienst van het totaal. Het paradoxale was dat het ondanks dat niet echt overkwam als één geheel, als een band. Los van elkaar, in zichzelf gekeerd, speelden ze hun partijtje. De toeschouwers zaten, onderuitgezakt, comfortabel weggezakt in het pluche, terwijl de band beneden in de verte aan het spelen was.

De strapatsen van de zanger, met zijn schmink en maskers, hielpen niet om het publiek er meer bij te betrekken. Van losjes bewegen op de muziek was geen sprake, het zag eruit alsof elke beweging was ingestudeerd, en erger: alsof elke beweging een bepaalde bedoeling had, die je als toeschouwer werd geacht te doorgronden.

De teksten schijnen te kunnen worden opgevat als een maatschappijkritiek met betrekking tot Engeland in de jaren zeventig. Maar dan uiteraard wel ‘kunstig’ verpakt in parabels. Voor een echte Brit zit de tekst misschien vol subtiele verwijzingen, naar de schandelijke maatregelen van de Tories in 1973, de tekortkomingen van Labour, de teloorgang van the British Empire en de roemruchte geschiedenis van rural England. Je weet het niet. De verhaaltjes tussen de nummers door, in plat Engels, vaudeville-stijl met zo’n rollende R, waren in elk geval maar moeilijk te volgen voor deze domme Hollander.

Ondertussen waren de gitaristen langdurig (en luidruchtig) bezig met het stemmen van hun instrumenten. Dat waren we bijna al weer vergeten, dat een concert vroeger voor de helft bestond uit stemmen. Met zo’n twaalfsnarige gitaar ben je dan wel even zoet.

Alles goed en wel, maar je verwacht toch dat het op een gegeven moment los komt. Zeker weten dat het dak eraf gaat als na een tijdje heel even de moeilijke structuren, de ingewikkelde toonsoorten en de aparte maatvoering opzij worden geschoven, de gitarist zijn bankje omschopt, de zanger zijn masker afgooit, en we gaan rocken met z’n allen. Maar op dat moment kon je in 1973 tevergeefs wachten bij Genesis. De blues hebben ze uitgebannen, solo’s zijn not done, geen spontane interactie met het publiek: zitten, luisteren en thuis goed nadenken over de diepere betekenis. Af en toe leek het even heftig te worden, maar not too much. Het bleef een beetje stiff upperlip allemaal.

Aan The Musical Box ligt het niet. Dat het inderdaad een exacte replica was van de show uit 1973/74, daar twijfel ik niet aan. Precies dezelfde decors, kostuums, belichting, authentieke instrumenten. Op zichzelf heel knap gedaan. Ze spelen foutloos. De zanger ís gewoon Peter Gabriel. Hetzelfde geldt voor de man die drummer Phil Collins speelt: je vraagt je af of het niet een kloon is, want hij heeft dezelfde kop, dezelfde motoriek, kan net zo goed drummen en heeft zelfs precies dezelfde stem als ‘de echte’. Ongelofelijk ook hoe deze Canadezen zo Brits Engels kunnen praten. Niet van echt te onderscheiden. Toch blijft het raar. Als ze tussendoor even een grapje maken, weet je niet of ze nu als mens een grapje maken, of dat dit erbij hoort. Misschien is het grapje ook een exacte replica van het grapje dat Phil in 1973 maakte?

Conclusie: knap gedaan, interessant als verschijnsel, goede muziek, maar ik werd er niet door gegrepen. Een zes.

  • Volgende discussie
  • Vorige discussie
#9 michael

Eergisteren Foxtrot-show en gisteren Selling England in Brussel.
Voor de sceptici, zij hebben ongelijk.Dit is gewoon ongelofelijk fantastisch.
Het is echt alsof Phil daar zit te drummen en later More fool me zingt.Zelfs de stem lijkt er erg op.
Diegene die Peter cloned, wel wat kan ik zeggen….het is em gewoon.
Dus stap gewoon die teletijdmachine binnen en neem deze kans want deze shows gaan in de vriezer tot tenminste 2006.
michael

  • Vorige discussie