Zoekresultaten voor

'piketty'

Thomas Piketty pleit voor een nauwere politieke unie van de eurozone

Ziehier zijn manifest. Enkele hoogtepunten:

Het wordt tijd om het toe te geven: de huidige Europese instituties functioneren slecht en zijn aan herziening toe. De inzet is simpel: de democratie en de publieke overheid moeten weer de overhand krijgen zodat ze enerzijds op efficiënte wijze het financiële gemondialiseerde kapitalisme van de 21e eeuw kunnen reguleren en anderzijds een politiek van sociale vooruitgang kunnen voeren – politiek die op het moment ontbreekt. Een munteenheid met 18 verschillende publieke schulden waarop ze op de markt onbelemmerd kunnen speculeren, en met 18 verschillende belasting- en sociale systemen die met elkaar in een concurrentiestrijd zijn verwikkeld, werkt niet, en zal nooit kunnen werken.

Ons eerste concrete voorstel is dat de landen van de Eurozone, te beginnen met Frankrijk en Duitsland, gemeenschappelijk belasting heffen op de winsten van de maatschappijen. Wanneer een land alleen staat, wordt het bedrogen door de multinationals, die gebruik maken van de verschillen tussen nationale wetgevingen om nergens belasting te hoeven betalen. De nationale soevereiniteit is wat dit betreft een mythe geworden.

Ons tweede, belangrijkste voorstel vloeit voort uit het eerste. Om door stemming de schaal van de belasting op de maatschappijen te kunnen bepalen, en meer in het algemeen om na debat op democratische en soevereine wijze de besluiten op fiscaal, financieel en politiek terrein aan te kunnen nemen, is het nodig een parlementaire kamer van de Eurozone in het leven te roepen. […]

Ons derde voorstel heeft direct betrekking tot de schuldencrisis. Volgens onze overtuiging is de enige manier om er definitief uit te komen een samenvoeging van de schulden van de landen van de Eurozone. Gebeurt dit niet, dan zal aan het speculeren op rentestandaarden nooit een einde komen.

Foto: Pedro González Betancor (cc)

Piketty, ongelijkheid en domrechts

ACHTERGROND - Conservatief-rechts houdt zich graag van de domme. Zo ook in deze column in Elsevier over ‘nivelleringsgoeroe’ Thomas Piketty.

We moeten ons niet, in navolging van Piketty, druk maken over ongelijkheid, meent ‘filosoof’ Sebastien Valkenberg, maar over armoede. En de armoede neemt af: sinds 1990 is het percentage mensen dat van minder dan één dollar per dag moet rondkomen, gehalveerd!

Maar dat betekent natuurlijk niet dat ook de armoede in Nederland afneemt. Integendeel, zo valt op te maken uit dit nieuwsbericht van eind vorig jaar:

Vorig jaar leefden zo’n 1,2 miljoen mensen in Nederland in armoede. Dat waren er fors meer dan in 2011, blijkt uit het rapport Armoedesignalement 2013.

Mogen we ons daar dan niet druk over maken omdat het tegenwoordig beter gaat in de Derde Wereld? Bespeur ik hier een onverwacht gevalletje van oikofobie?

Verder bestaat er überhaupt nauwelijks ongelijkheid in Nederland, vindt Valkenberg. Uitgedrukt in de Gini-coëfficiënt (0 = maximale gelijkheid; 1 = maximale ongelijkheid) bedraagt de inkomensongelijkheid een heel bescheiden 0,274.

Het zal echter geen toeval zijn dat over de Nederlandse vermogensongelijkheid in alle talen wordt gezwegen, terwijl juist deze verrassend hoog, rond 0,8 ligt.

Foto: Truthout.org (cc)

Piketty voor dummies

ACHTERGROND - Onlangs verscheen in The New York Times een lang commentaar van David Leonhardt gewijd aan het boek van dit moment: Thomas Piketty’s Capital in the Twenty-First Century.

Piketty’s centrale thesis is dat groeiende economische ongelijkheid de historische norm is. De egalitaire, na-oorlogse samenleving (in de VS en West-Europa) is zodoende een historische anomalie. Inmiddels zijn we dan ook weer hard op weg een erfelijke, economische aristocratie te creëren.

Dit betekent tevens dat als we onze relatief egalitaire, ‘onnatuurlijke’ samenleving willen behouden, we daarvoor actief maatregelen moeten treffen. De ‘vrije markt’ gaat dit niet voor ons oplossen.

Het bovenstaande zal voor degenen die alle commentaren en discussie rondom Capital in the Twenty-First Century een beetje hebben bijgehouden niet als een verrassing komen.

Maar waarom neemt economische ongelijkheid onder normale omstandigheden voortdurend toe? Commentator David Leonhardt zocht het voor ons uit:

For all of the clarity of Piketty’s historical analysis, I emerged from the book not quite grasping the mechanics of rising inequality. What is it about market economies that typically cause the assets and incomes of the rich to rise more rapidly than those of everyone else? So I called Piketty at his office in Paris, and he agreed to walk me through it.

He suggested imagining a hypothetical village from centuries ago in which neither the population nor the economy was growing. Every year, the village produced the same amount of goods for the same number of people to divide — a reality that was typical before the Enlightenment, when material living standards and human longevity barely rose. (The peasants of the 15th century were not better off than peasants in ancient Rome.) Even in a zero-growth society, however, assets that helped people produce goods — also known as capital — had value. Capital, Piketty told me, counts as anything “useful, any kind of equipment. Basic tools. Stones in prehistorical times.” Anything, in other words, that “makes people more productive.”

In our hypothetical village, a large farm might produce $10,000 worth of crops in a year and yield $1,000 in profit for its owner. A small farm might have the same 10 percent rate of return: $1,000 in annual crop sales, yielding $100 in profit. If the large farmer and small farmer each spent all of their money every year, the situation could continue ad infinitum, Piketty said, and the rate of inequality in the village would not change.

But one of capital’s great advantages is that its owners can make enough income to spend some of their money and sock the rest of it away. If the large farmer saved $500 of that $1,000 profit, he could buy more capital, which would bring more profit. Perhaps a few owners of smaller farms had debts to pay, and one of the large farmers bought them out. Eventually, the owner of the expanding farm might find himself owning land that yielded $1,500 or $2,000 in annual profit, allowing him to put aside more and more for future capital acquisitions. Less-stylized versions of this story have been playing out for centuries.

I have come to think of this idea as Piketty’s First Law of Inequality. The fact that the rich earn enough money to save money allows them to make investments that other people simply cannot afford. And investments — whether stones, land, corporate stock or education — tend to bring a positive return. Piketty describes the relationship formally as r > g: the rate of return on capital usually exceeds economic growth.

Thomas Piketty: ‘Ongelijkheid is gevaarlijk’

INTERVIEW - Krijgt het kapitaal krijgt (weer) de schuld? In zijn boek “Capital in the twenty-first century” over de toenemende financiële ongelijkheid, voorspelt de Franse econoom Thomas Piketty dat de gevolgen daarvan desastreus zijn, vooral voor arme landen. Maar in somberheid vervallen hoeft niet. ‘Mijn data laten juist zien dat ongelijkheid geen natuurwet van het kapitalisme is,’ zegt hij in een interview met OneWorld.

Foto: Gerard Stolk (cc)

Hoe links weer relevant kan worden

Wil links terrein terugveroveren, dan moet het allereerst ferm afstand nemen van het dominante xenofobische frame, betoogt hoogleraar Leo Lucassen. Met daarnaast de focus op grotere sociale gelijkheid, fatsoenlijke arbeidsvoorwaarden en betere collectieve voorzieningen voor iedereen ongeacht achtergrond.

Eén van de vaak gegeven antwoorden is dat de electorale achterban van partijen als GroenLinks-PvdA en zeker D66 vooral is gaan bestaan uit hoger opgeleiden, door de Franse econoom Thomas Piketty wel als ‘Brahmin left’ aangeduid, en dat de traditionele arbeidersklasse heeft gekozen voor populistisch en extreem rechts.

PVV, BBB en NSC zouden de zorgen van deze ‘normale’ Nederlanders wel serieus nemen

En dat zou zeker gelden voor de ‘normale’ (Van der Plas) kiezers op het platteland, die zich in de steek gelaten voelen door ‘de Randstedelijke elite’ en hun voorzieningenniveau aanzienlijk hebben zien slinken. Anders dan de stedelijke bakfietsende en havermelk drinkende elite zouden partijen als de PVV, BBB en NSC de zorgen van deze ‘normale’ Nederlanders over migratie en de uitholling van de verzorgingsstaat namelijk wel serieus nemen.

Klopt dit wel?

Het is echter de vraag of deze aannamen wel kloppen. Zo is het idee dat de traditionele arbeidersklasse is overgelopen naar populistisch rechts en dat links dus zijn best moet doen om die terug te winnen door kritischer te zijn op migratie een misvatting, zoals politicoloog Cas Mudde al jaren betoogt. Daarnaast is het aandeel van ‘links’, met name van de PvdA, al sinds de jaren negentig sterk afgenomen. En is het bovendien moeilijk vol te houden dat (extreem)rechts in hoofdzaak een vluchtheuvel is voor de ‘verliezers van de globalisering’.

Foto: SouthEastern Star ★ (cc)

Loskomen van TINA

RECENSIE - Margaret Thatcher suggereerde in de jaren tachtig met haar veel geciteerde slogan ‘There is no alternative’ dat er geen ander economisch systeem mogelijk is dan het kapitalisme. Alsof het een natuurwet betreft. Er is van begin af aan veel kritiek geweest op een dergelijke voorstelling die naast een kleine overheid ruim baan propageerde voor het geglobaliseerde bedrijfsleven. Toch is TINA, zoals de leuze doorgaans wordt afgekort, nog steeds een leidraad voor veel regeringen. Sinds de financieel-economische crisis die begin deze eeuw eerst de Verenigde Staten en later Europa trof krijgt de kritiek op het neoliberalisme en het vigerende financieel kapitalisme wel meer aandacht. Thomas Piketty, Kate Raworth, Mariana Mazzucato en Jason Hickel, om een paar auteurs te noemen, hebben laten zien dat het vigerende systeem rampzalige gevolgen heeft voor mens en natuur en dat we dringend moeten gaan nadenken over een andere inrichting van de economie. Want Er is wél een alternatief, schrijven de auteurs van een nieuwe bundel essays onder deze titel over ‘postkapitalisme – een einde aan de roofbouw op aarde en mens’.

Er is wél een alternatief heeft als motto: ‘Alleen als we zien én geloven dat we iets te kiezen hebben, kunnen we samen bouwen aan een betere samenleving.’ Daarvoor moeten we dan wel eerst afscheid nemen van die oude TINA-propaganda. Geen geringe opgave gezien het feit dat het kapitalisme inmiddels zozeer verweven is in ons denken en doen dat we ons nauwelijks kunnen voorstellen dat er echt alternatieven zijn. Loskomen van TINA dus. Goed dat er een boek is dat daaraan kan bijdragen.

Foto: kiki99 (cc)

Van aandeelhoudersmodel naar gelijkwaardigheidsmodel (3)

Een gastbijdrage van Ries van der Vos.

Het aandeelhoudersmodel is niet meer van deze tijd. Vervang het door het gelijkwaardigheidsmodel, waarbij zeggenschap en ondernemingsrisico tussen kapitaal en arbeid wordt gedeeld. Een onderzoek in drie delen (lees ook deel 1 en deel 2). Vandaag het derde en laatste deel: de gevolgen wanneer het gelijkwaardigheidsmodel landelijk zou worden ingevoerd en hoe kan vervolg worden gegeven aan dit onderzoek.

Macro-economische effecten van het gelijkwaardigheidsmodel

Misschien wel de belangrijkste voordelen van het gelijkwaardigheidsmodel is dat er een andere economie ontstaat in de wereld, leidend tot een eerlijker inkomensverdeling en betere zorg voor het milieu. Wel moet dan iedereen willen meedoen met het gelijkwaardigheidsmodel. En dat is nog zeer onzeker. Het gelijkwaardigheidsmodel moet zich eerst maar eens op kleine schaal zich bewijzen.

Laten we veronderstellen dat alle Nederlandse ondernemingen gebruik maken van het gelijkwaardigheidsmodel. We beschouwen dan het effect voor de belastingen en de inflatie in vergelijking tot het bestaande aandeelhoudersmodel.

Effect voor de belastingen

Omdat het inkomen uit arbeid en kapitaal komen door een gelijkwaardige beloning, hoeft de inkomstenbelasting geen onderscheid meer te maken uit inkomsten uit vermogen (kapitaal) en inkomsten uit werk (arbeid). Dan kan het inkomen (uit arbeid + vermogen) worden belast in box1 en kan box3 verdwijnen. Hiermee wordt vermogen veel zwaarder belast dan in het huidige systeem. Geadviseerd wordt ook vermogenswinst (-verlies) als inkomsten mee te nemen bij de belastingheffing.

Foto: Andrew Newton (cc)

Waarom komt een alternatief voor het neoliberalisme niet van de grond?

ANALYSE - Het neoliberalisme is in de afgelopen jaren veelvuldig dood verklaard, maar lijkt ondertussen maar niet op te houden met bestaan. Dat is moeilijk los te zien van het gebrek aan een alternatief. Mensen willen best afscheid nemen van oude ideeën, maar dan moeten er wel nieuwe ideeën voor in de plaats komen. Waar zijn die nieuwe ideeën? Waar zijn de alternatieven?

Blijven hangen in het einde van de geschiedenis

Een deel van de verklaring ligt misschien in wat is blijven hangen van het befaamde artikel van Francis Fukuyama, The end of history or the last man. Het idee dat de liberale democratie een eindstadium is in de ontwikkeling van ons politieke systeem en ‘an unabashed victory of economic and political liberalism’. Hij zag een ‘total exhaustion of viable systematic alternatives to Western liberalism’.

Als alle alternatieven falen en je houdt het voor mogelijk dat er één systeem overblijft, als een eindstadium van een voltooide ontwikkeling, dan ligt nadenken over alternatieven niet voor de hand. In dat licht is het huidige besef dat er alternatieven nodig zijn vooruitgang. Een besef dat is geholpen door de antiglobalisten en Occupy. En door de econoom Piketty die aantoonde wat iedereen al dacht te zien, namelijk het probleem van toenemende verschillen tussen rijk en arm. In die zin komt het einde van de geschiedenis ten einde, maar dat betekent niet dat er al een nieuw begin is.

Closing Time | Not great men

Er is een theorie, de ‘Great Man Theory’, dat het uitmuntende intellect, of de heroïsche moed, of buitengewoon leiderschap of goddelijke inspiratie van enkele bijzondere individuen de geschiedenis hebben gevormd. In 1840 ontvouwde Historicus en filosoof Thomas Carlyle dit idee in een aantal lezingen over prominente historische figuren.

In Sargasso’s serie ‘Een ander kapitalisme’ werd minstens twee keer uitgelegd dat we die geschiedenis anders moeten gaan schrijven, wil er ook maar iets ten goede veranderen.

Vorige Volgende