Hulspas weet het | Een vis in je hoofd

Stress! Het is weer terug! U en ik dachten natuurlijk dat stress verdwenen was. Eerst opgevolgd door het fenomeen burnout en dat is, ten tijde van de kredietcrisis, in de vergetelheid geraakt. We hadden er geen tijd meer voor. Duizenden raakten hun baan kwijt, duizenden moesten in het onzekere bootje van de ZZP stappen – kut allemaal, maar klagen over stress? En nu is daar Van Big Bang tot burnout, van Wilma de Rek en Witte Hoogendijk. De stress is nooit weggeweest, zeggen de auteurs. Het is zelfs erger geworden. Door de sociale media, bijvoorbeeld. Dat is echt héél erg, als ik Hoogendijk mag geloven (in de NRC van afgelopen zaterdag): 'Vroeger moest je voor een shellshock naar het slagveld. Nu wordt dat slagveld door de techniek aan huis beziorgd.' Zelden zal een groep oorlogsslachtoffers postuum zó diep vernederd zijn. Maar het niet alleen aan de techniek, het ligt ook aan de biologie, beweren de auteurs. Ons brein heeft zich namelijk evolutionair niet aangepast. Diep in het brein is ooit iets stil blijven staan. Ik citeer weer uit de NRC van afgelopen zaterdag. Hoogendijk legt uit dat hij gepromoveerd is op een minuscuul stukje brein dat met de fight or flight respons te maken heeft. De angst-schrik-reactie dus. Dat onderzoek gaat vér terug, zo maak ik op uit de eerste zin: 'Honderden miljoenen jaren geleden bleek het bij vissen al aanwezig. Daar huist de flight or fight respons die ervoor zorgde dat de vis op scherp stonden bij een tegenstander of op de vlucht sloeg als er een roofvis naderde. Datzelfde archaïsche stress-respons systeem is ook bij mensen actief. En daar kun je behoorlijk last van hebben. We zijn oude opgelapte auto's, met een alarmsysteem dat veel te vaak en te snel afgaat. Want wij worden allang niet meer bedreigd door roofdieren. De meeste stressoren zij bovendien ingebeeld. Aan de meeste dingen waar we ons druk over maken, kunnen we niets doen. Het is goed om je te realiseren: “Ik voel stress omdat ik me zorgen maak om de atoomoorlog. Maar nu gaat er in mijn hoofd dus een vissenalarm af.”' Het is goed om u te realiseren dat dit grote kolder is. Ten eerste haalt Hoogendijk hier de flight-or-fight respons en chronische stress door elkaar. De eerste is een aciute reactie op een acuut opdoemende dreiging. Stress is een gevoel van onlust veroorzaakt door onaangename cognitieve processen. Dat kan zijn: honger, pijn, angst voor baanverlies, gejaagd zijn, angst voor ziekte – angst voor de atoomoorlog als je wilt. En wellicht kun je een deel van die processen 'ingebeeld' noemen, al is dat begrip natuurlijk nutteloos want ook al vindt de dokter je stress flauwekul, ze is nog steeds even reëel. Die chronische stressoren zijn heel iets anders dan plots in de zintuiglijke wereld opdoemende gevaren (die om een fysieke flight or fight reactie vragen). De afwikkeling daarvan verloopt via heel andere neurologische wegen. Hoogendijk weet vast veel van het flight-or-fight systeem, maar echt relevant lijkt me dat niet. En dan die merkwaardige stelligheid over dat stukje brein. Het zou archaïsch zijn, want het reageert te snel. En dat komt omdat we ooit een voorouder hadden die een vis was. Waarom een vis? Had hij geen andere verre voorouder de schuld kunnen geven? Hoe weet Hoogendijk dat dat stukje brein bij vissen veel vaker alarm sloeg dan bij alle andere voorlopers van wat de mens zou worden? Bij welke vis heeft hij dat honderden miljoenen jaren geleden geconstateerd? En wat gebeurde er daarna? kan hij uitleggen hoe het komt dat dat stukje brein in de loop van honderden miljoenen jaren, van soort naar soort, nooit tot rust is gekomen? Zat er nou écht geen enkele relaxte missing link tussen? In die honderden miljoenen jaren is het brein op alle mogelijke manieren geëvolueerd. Onherkenbaar veranderd. Het heeft allerlei vaardigheden ontwikkeld en verloren. Want ook in het opruimen van nutteloze onderdelen is de evolutie sterk. Stress is lastig en schadelijk. Me dunkt dat de evolutie, als het de kans kreeg, korte metten maakt met een niet-functionerend 'vissig' alarmsysteem. Maar nee, Hoogendijk weet het zeker. Het komt door de vis. Nu zult u de hier zo onheus bejegende hoogleraar wellicht willen verdedigen met de opmerking dat ál onze evolutionaire voorlopers wél behoefte hadden aan dat overgevoelig alarmsysteem – maar wij niet want we hebben geen natuurlijke vijanden. Maar dan keer ik ten eerste even terug naar mijn eerste opmerking. Stress is geen gevolg van het plotseling opdoemen van een tijger of een slag. Stres ontstaat zoals gezegd door chronische onaangename cognitieve toestanden. Voor opdoemende vijanden hebben we een ander neuraal systeem. En wat die natuurlijke vijanden betreft, die zijn we al enkele tienduizenden jaren de baas. In die tienduizenden jaren zijn de cognitieve systemen van het geslacht Homo flink veranderd. Grote fysieke veranderingen, maar zeker ook sociale én (dus) ook cognitieve. Ten gevolge van ordinaire natuurlijke selectie. Een natuurlijke selectie die ook met gemak een einde had kunnen maken aan een overspannen, schadelijk systeempje. Maar als we Hoogendijk mogen geloven heeft de evolutie ook de afgelopen tienduizenden jaren een stukje vis over het hoofd gezien. Ach, ik moet niet zo moeilijk doen. Het is een metafoor natuurlijk. Een therapeutisch sprookje om duidelijk te maken dat het niet jóuw schuld is als je last hebt van stress. Je faalt niet. Je wilt je graag aanpassen aan de moderne jachtige tijd, maar je brein, dat is zo ver nog niet. Geef de evolutie maar de schuld.

Door: Foto: copyright ok. Gecheckt 09-02-2022

Lezen: Het wereldrijk van het Tweestromenland, door Daan Nijssen

In Het wereldrijk van het Tweestromenland beschrijft Daan Nijssen, die op Sargasso de reeks ‘Verloren Oudheid‘ verzorgde, de geschiedenis van Mesopotamië. Rond 670 v.Chr. hadden de Assyriërs een groot deel van wat we nu het Midden-Oosten noemen verenigd in een wereldrijk, met Mesopotamië als kernland. In 612 v.Chr. brachten de Babyloniërs en de Meden deze grootmacht ten val en kwam onder illustere koningen als Nebukadnessar en Nabonidus het Babylonische Rijk tot bloei.

Lezen: De BVD in de politiek, door Jos van Dijk

Tot het eind van de Koude Oorlog heeft de BVD de CPN in de gaten gehouden. Maar de dienst deed veel meer dan spioneren. Op basis van nieuw archiefmateriaal van de AIVD laat dit boek zien hoe de geheime dienst in de jaren vijftig en zestig het communisme in Nederland probeerde te ondermijnen. De BVD zette tot tweemaal toe personeel en financiële middelen in voor een concurrerende communistische partij. BVD-agenten hielpen actief mee met geld inzamelen voor de verkiezingscampagne. De regering liet deze operaties oogluikend toe. Het parlement wist van niets.