Re-integratie van werkzoekenden kan en moet beter

Vele tientallen miljoenen zijn eraan besteed, maar te weinig langdurig werkzoekenden zijn in de afgelopen jaren aan een baan geholpen. Een betere, efficiëntere re-integratie is mogelijk, maar kan er alleen komen als het uitgangspunt van methoden en professionals verandert.  Het verliezen van een baan heeft vergaande economische, lichamelijke en psychische consequenties, niet alleen voor de persoon zelf, maar ook voor familie en andere betrokkenen. Vooral in de huidige crisis is het vinden van een andere baan een moeilijke, en voor veel mensen nieuwe taak waarbij ze moeten omgaan met kritiek, teleurstellende ervaringen en afwijzingen. Dit geldt voornamelijk voor degenen die al jaren werkloos zijn en aangewezen zijn op een bijstandsuitkering. Van deze langdurig werkzoekenden verwacht de politiek dat ze weer gaan participeren in de maatschappij, bijvoorbeeld door vrijwilligerswerk te verrichten en actief op zoek gaan naar een betaalde baan.

Limburg kampt met zeer langdurig werklozen

Limburg kampt met grote groepen zeer langdurig werklozen, mensen die al minimaal 5 jaar zonder werk zitten. In de top 10 van gemeenten waar deze groep procentueel het grootst is, staan vijf Limburgse gemeentes. Dit blijkt uit een analyse van gegevens van de uitkeringsinstantie UWV van afgelopen december door het ANP en Sargasso.nl

Maastricht staat met afstand op de eerste plaats. Van het totaal aantal ingeschreven personen bij het UWV in deze stad in december (4255 mensen), zat 27,3 procent (1161 mensen) langer dan 5 jaar zonder baan. De provinciehoofdstad kondigt een onderzoek aan naar het grote verschil met de rest van Nederland.

Andere Limburgse gemeenten die hoog in de ranglijst eindigen zijn Kerkrade, Landgraaf, Valkenburg aan de Geul en Roerdalen, met percentages van bijna 20 tot 23,5. Andere gemeenten in de top 10 zijn Groningen (op nummer 8 met ruim 20,2 procent) en Amsterdam (9, 19,7 procent).

De Maastrichtse wethouder André Willems (onder meer arbeidsmarktbeleid, sociale zekerheid en re-integratie) kent de oorzaak niet. ,,We hadden het zelf ook niet op ons netvlies staan. De maakindustrie is hier relatief snel afgebouwd, zonder dat daar vervangende werkgelegenheid voor in de plaats kwam. We moeten kijken of het de moeite loont om hier beleid op te zetten, om het re-integratiebeleid te intensiveren. Daarvoor stellen we een onderzoek in.’’

Lezen: Venus in het gras, door Christian Jongeneel

Op een vroege zomerochtend loopt de negentienjarige Simone naakt weg van haar vaders boerderij. Ze overtuigt een passerende automobiliste ervan om haar mee te nemen naar een afgelegen vakantiehuis in het zuiden van Frankrijk. Daar ontwikkelt zich een fragiele verstandhouding tussen de twee vrouwen.

Wat een fijne roman is Venus in het gras! Nog nooit kon ik zoveel scènes tijdens het lezen bijna ruiken: de Franse tuin vol kruiden, de schapen in de stal, het versgemaaide gras. – Ionica Smeets, voorzitter Libris Literatuurprijs 2020.

Lezen: Het wereldrijk van het Tweestromenland, door Daan Nijssen

In Het wereldrijk van het Tweestromenland beschrijft Daan Nijssen, die op Sargasso de reeks ‘Verloren Oudheid‘ verzorgde, de geschiedenis van Mesopotamië. Rond 670 v.Chr. hadden de Assyriërs een groot deel van wat we nu het Midden-Oosten noemen verenigd in een wereldrijk, met Mesopotamië als kernland. In 612 v.Chr. brachten de Babyloniërs en de Meden deze grootmacht ten val en kwam onder illustere koningen als Nebukadnessar en Nabonidus het Babylonische Rijk tot bloei.

Steun ons!

De redactie van Sargasso bestaat uit een club vrijwilligers. Naast zelf artikelen schrijven struinen we het internet af om interessante artikelen en nieuwswaardige inhoud met lezers te delen. We onderhouden zelf de site en houden als moderator een oogje op de discussies. Je kunt op Sargasso terecht voor artikelen over privacy, klimaat, biodiversiteit, duurzaamheid, politiek, buitenland, religie, economie, wetenschap en het leven van alle dag.

Om Sargasso in stand te houden hebben we wel wat geld nodig. Zodat we de site in de lucht kunnen houden, we af en toe kunnen vergaderen (en borrelen) en om nieuwe dingen te kunnen proberen.