Post-atheïst | Schelden en terugschelden

Wat doe je, als christelijke auteurs je beschuldigen van zo’n beetje alle delicten uit het Wetboek van Strafrecht en speciaal voor jou zelfs nog een misdrijf verzinnen? Ga je rustig uitleggen dat het allemaal berust op een misverstand? Nee natuurlijk. Dat kost teveel tijd en zou bovendien de indruk wekken dat je iets te verdedigen hebt. Dus scheld je terug. Dat is nu zo. Dat was vroeger zo. De christelijke polemiek tegen de joden begint al in het Nieuwe Testament. De gemeenschap waarvoor Johannes zijn evangelie schrijft, had een pijnlijke breuk met een joodse gemeenschap achter de rug en de evangelist ziet er geen been in ‘de’ joden aan te duiden als duivelskinderen. In de loop van de tweede eeuw worden de verwijten nog grover. Bisschop Melito verwijt de joden – opnieuw: ‘de’ joden – het misdrijf der ‘theocide’, de godsmoord. Het is geen frisse lectuur.

Door: Foto: Post-Atheïst
Foto: jaycobs (cc)

Polemiek en ironie

OPINIE - Theo van Gogh, Gerard Reve, Gerrit Komrij – een béétje polemist gaat af en toe over de schreef. Bewust, om de tegenstander in onbalans te brengen, zoals een bokser die een onverwachte pas opzij doet. Ineens iets onverwachts zeggen, en op een onverwacht moment. De tegenstander hapt naar adem en belt in het mooiste geval zijn advocaat. Dat zijn de momenten waarop de polemist schittert. Maar zoals met alle kunst is herhaling de dood in de pot van de polemiek. Als Van Gogh elke week een grapje had gemaakt over Joden die verbrand worden, dan had hij nu nog geleefd – als volstrekt uitgekotste paria, niet als schrijver en filmmaker. Een Nederlandse rechtbank zou korte metten maken met een schrijver die elke week weer zulke grofheden over hetzelfde onderwerp zou opdissen – zeker als het onderwerp de concentratiekampen is. Dat zou geen polemiek zijn, geen stapje opzij, maar een artilleriebarrage. Het doel daarvan zou niet zijn om de tegenstander in onbalans te brengen, maar om de tegenstander te vernietigen.

Dus bespaar me wijdlopige bespiegelingen over de Reviaanse ironie van GeenStijl, en bespaar me vergelijkingen tussen de incidentele uitvallen van Reve over katholieken of migranten en het permanente spervuur van grofheden dat nu al minstens tien jaar over (vooral) de moslims in Nederland wordt uitgestort. Er is geen vergelijking te maken – niet op artistiek niveau en al helemaal niet op maatschappelijk niveau.

Lezen: Venus in het gras, door Christian Jongeneel

Op een vroege zomerochtend loopt de negentienjarige Simone naakt weg van haar vaders boerderij. Ze overtuigt een passerende automobiliste ervan om haar mee te nemen naar een afgelegen vakantiehuis in het zuiden van Frankrijk. Daar ontwikkelt zich een fragiele verstandhouding tussen de twee vrouwen.

Wat een fijne roman is Venus in het gras! Nog nooit kon ik zoveel scènes tijdens het lezen bijna ruiken: de Franse tuin vol kruiden, de schapen in de stal, het versgemaaide gras. – Ionica Smeets, voorzitter Libris Literatuurprijs 2020.

Lezen: Het wereldrijk van het Tweestromenland, door Daan Nijssen

In Het wereldrijk van het Tweestromenland beschrijft Daan Nijssen, die op Sargasso de reeks ‘Verloren Oudheid‘ verzorgde, de geschiedenis van Mesopotamië. Rond 670 v.Chr. hadden de Assyriërs een groot deel van wat we nu het Midden-Oosten noemen verenigd in een wereldrijk, met Mesopotamië als kernland. In 612 v.Chr. brachten de Babyloniërs en de Meden deze grootmacht ten val en kwam onder illustere koningen als Nebukadnessar en Nabonidus het Babylonische Rijk tot bloei.

Foto: copyright ok. Gecheckt 08-09-2022

De polemiek en het schelden: hufters!

Wanneer gaat polemiek over in schelden, vraagt Hufter Hunter zich af in deze gastbijdrage.

Als je kritiek levert op hufters, moet je ontzettend op je woorden passen. Want de minste of geringste belediging van je opponent leidt al tot de jijbak: “Dat verwacht je niet, van iemand die zich fatsoenlijk noemt.” Schrijf je bijvoorbeeld dat een bepaalde hufter een omhooggevallen kneus is en dat diens populariteit slechts het bewijs is dat schuim altijd boven komt drijven, dan kan de hufter in kwestie direct een link of screenshot van die uitspraak bloggen met een opmerking als “zo rolt ‘fatsoenlijk’ GroenLinks” of “VN heeft heel ‘fatsoenlijke’ columnisten in dienst” of iets van die strekking. Zelfs als je alle metaforen en andere mogelijk incriminerende sound bytes weglaat, en gewoon unverfroren schrijft: “Ik vind de kwaliteit van de artikelen van deze hufter niet passen bij dit medium”, dan krijg je nóg de wind van voren. “Hij wil mij de mond snoeren, hij is jaloers, hij maakt me zwart, rechtse meningen mogen niet van ‘fatsoenlijk’ links. Stalker! CENSUUR!” Je kunt als fatsoensridder dus eigenlijk helemaal geen kritiek uiten. Of toch wel?

Wat de hufters met hun heilige verontwaardiging proberen te maskeren is dat er wel degelijk verschil is tussen hufterig gescheld en scherp verwoorde kritiek. Schelden vindt plaats in het luchtledige. Het is niet bedoeld om een punt te maken en iemand tot een reactie te prikkelen, maar als stomp voorwerp om iemand knock-out te slaan. Tegen schelden is weinig verweer. Als Wilders zou zeggen: “De minister is onverstandig want haar plannen zijn financieel niet haalbaar” dan kan de minster daar iets tegenin brengen. Er ontstaat een debat. Maar Wilders zegt: “De minister is knettergek.” En de minister weet niet wat ze terug moet zeggen. Zo behaalt Wilders optisch voordeel, zeker tegenover een minder begaafd publiek. Domme toehoorders zullen denken dat de hufter een punt heeft gescoord met het scheldwoord. In het geval van Wilders is dat extra jammer, want ook domme mensen mogen wel gewoon stemmen.

Foto: Sargasso achtergrond wereldbol

Richard Overy en het Derde Rijk

Op 14 mei 2011 besprak ik hier de kroniek van het Derde Rijk van de Britse historicus Richard Overy. Nu weet ik redelijk veel van de Tweede Wereldoorlog en ik vond het niet zo spannend. Ik las weinig nieuws, weinig prikkelends, maar zag wel een mooi boek over een bekende materie.

Dan kun je denken dat de professor wat uit vorm is, of dat het boek een fout concept was, of dat je zelf wat knorrig was in je oordeel. Ik besloot, omdat geen der verklaringen viel uit te sluiten, mijn aarzelingen aan de professor te presenteren. Via de uitgever (de Bezige Bij) lukte dat.

Ik vroeg: ‘ De Kroniek van het Derde Rijk’ is een groots werkstuk, in de Nederlandse vertaling leest het als een trein en het is prachtig uitgegeven. Maar toen ik het uit had, voelde ik me toch wat teleurgesteld. Misschien komt het door mijn bekendheid met de loop der gebeurtenissen. De feiten blijven immers gelijk, maar onze uitleg en waardering ervan verandert. U schreef voor de jonge generatie, zo meldt ons het titelblad. Maar waarom? Wat ontbreekt er in andere verhalen over de oorlog of Hitler?

Overy zegt:  “De redenen waarom U het boek een beetje onbevredigend vindt zijn gemakkelijk te beantwoorden. Ik kreeg de opdracht om een strakke kroniek te schrijven, een verhaal over wat er gebeurd is. Dat is niet mijn gebruikelijke manier van geschiedschrijven, maar het voordeel leek me dat het een volledige en informatieve vertelling over de periode zou opleveren, met alle gegevens die studenten, scholieren, etc. nodig zouden hebben. Onderweg komen wel elementen van verklaring aan de orde, maar dit is geen argumenterend maar een informerend boek. (Ik moet wel zeggen dat de claim dat ik schrijf voor de jongere generatie niet van mij afkomstig is!)

Doe het veilig met NordVPN

Sargasso heeft privacy hoog in het vaandel staan. Nu we allemaal meer dingen online doen is een goede VPN-service belangrijk om je privacy te beschermen. Volgens techsite CNET is NordVPN de meest betrouwbare en veilige VPN-service. De app is makkelijk in gebruik en je kunt tot zes verbindingen tegelijk tot stand brengen. NordVPN kwam bij een speedtest als pijlsnel uit de bus en is dus ook geschikt als je wil gamen, Netflixen of downloaden.

Foto: Sargasso achtergrond wereldbol

Ideale bruggenbouwer?

tariq-ramadanDe meningen over het gedwongen vertrek van bruggenbouwer Tariq Ramadan zijn in twee kampen te verdelen. Het ‘pro-Ramadan’ kamp roemt zijn ‘bruggenbouwers kwaliteiten’. De contra’s vinden hem een wolf in schaapskleren. Volgens de contra’s zou Ramadan voor een Westers publiek een liberale Islam voorstaan, maar voor eigen (Arabische) parochie heel anders preken. Zo zou hij antivrouw, antihomo en antidemocratisch zijn. De pro’s denken hier uiteraard heel anders over: Ramadan zou moslims willen helpen samen te leven in een Westerse democratie. Directe aanleiding om Ramadan te ontslaan is zijn bijdrage aan de door het Iraanse regime gesteunde en gefinancierde Press TV. Ramadan zou volgens de contra’s met geen woord over de demonstraties hebben gerept, de pro’s, u raadt het al, denken daar anders over. Wie heeft er nu gelijk in deze verbale moddergooiwedstrijd? Is Ramadan nu wel of niet terecht ontslagen?

Beeldspraak

Zowel de pro’s als de contra’s gebruiken voor de hand liggende beeldspraak om hun betoog kracht bij te zetten. Eerst maar de pro’s. In een artikel van de Volkskrant van gisteren, met als kop “Alle bruggen van Ramadan verpulverd”, roemen Mohammed Benzakour en een trits hoogleraren de kwaliteiten van Ramadan. Dat Ramadan met dubbele tong zou spreken is volgens hen pure laster: er zou geen enkel bewijs voor zijn. Ramadan is dé perfecte bruggenbouwer en staat een democratische, gematigde islam voor. Het artikel heeft iets weg van een eigentijdse hagiografie. Men eindigt de lofzang als volgt: “Hoe het lot van een briljante, prikkelende en originele Nietzschekenner en debater (in twee jaar tijd nam Ramadan deel aan 74 lezingen en debatten) werd bezegeld door een paar lokale brekebeentjes”. Bij het lezen van zoveel loftuitingen bekruipt mij een sceptisch onderbuikgevoel. Is Ramadan werkelijk deze geniale heilige? Is hij werkelijk ontslagen, na een racistische lastercampagne?

Foto: Sargasso achtergrond wereldbol

Knallen of vallen: Nederlandse literatuur heeft geen alternatief

zwaagJoost Zwagerman schrijft het boekenweekgeschenk 2010. Het thema van de boekenweek in 2010 is ‘Het kind, de jeugd, de jongere’. De auteur mag de jeugdigheid bezingen van het CPNB. Volgende week is er overigens een speciale viering van Zwagermans generatieroman Gimmick! in Paradiso, met gastoptreden van Katja Schuurman. De afterparty wordt verzorgd door Joost van Bellen en de presentatie ligt in handen van Matthijs van Nieuwkerk. De werkelijkheid is dat Zwagerman zijn agenda weer mag vullen om in de polder de peroxidekapsels, bodywarmers en pittige brilletjes te aanschouwen. Literatuur en jeugdigheid is immers een zondige combinatie in dit land.

Tot op zekere hoogte kan ik me scharen achter Jeroen Brouwers’ pamflet Sysiphus’ Bakens dat onlangs verscheen, al zou ik mezelf niet in de positie brengen om zelfs de politiek (Brouwers over Plasterk: ‘Een ijdele flapdrol, die zich opblaast als een feestcondoom’) verantwoordelijk te stellen voor de literaire armoede. Het ligt niet alleen aan de markt en haar lezers. De schrijvers zelf zijn laf. En zelden jeugdig, overigens.

Misschien is jeugdigheid niet het juiste woord en moet ik mijn heil zoeken bij de termen frisheid, experiment, verrassing. Het heeft immers niets te maken met leeftijd om een lans te breken voor een ander geluid in de letteren. Het mooiste voorbeeld hiervan is de 79-jarige Britse schrijver J.G. Ballard (het begint zo’n beetje mijn stokpaardje te worden). Ballard schreef in de jaren 90 over de keerzijde van technologische superparken aan de Franse zuidkust in Super-Cannes, en bijna twintig jaar eerder maakte hij de onnavolgbare ‘roman’ The Atrocity Exhibition (1969), een wrede collage van dictaten en flarden over Hiroshima, de moord op Kennedy en andere uitwassen van de moderne tijd (Zoals het verhaal Why I want to fuck Ronald Reagan). De zuiderburen hebben de verrassende toon van Paul Mennes, die bovendien niet onverdienstelijk voor het theater schrijft; Ook heeft België Peter Verhelst die met Zwerm (2005) een modern epos schreef vol regeringsgeheimen en conspiracy. Spanje heeft de boze Ray Loriga. De Duitsers hebben popliteratoren als Christian Kracht en de Fransen hebben als toppunt de dwarse Michel Houellebecq wiens houding en voorkomen je misschien kan haten, maar aan eigenzinnigheid ontbreekt het hem niet.

Lezen: De BVD in de politiek, door Jos van Dijk

Tot het eind van de Koude Oorlog heeft de BVD de CPN in de gaten gehouden. Maar de dienst deed veel meer dan spioneren. Op basis van nieuw archiefmateriaal van de AIVD laat dit boek zien hoe de geheime dienst in de jaren vijftig en zestig het communisme in Nederland probeerde te ondermijnen. De BVD zette tot tweemaal toe personeel en financiële middelen in voor een concurrerende communistische partij. BVD-agenten hielpen actief mee met geld inzamelen voor de verkiezingscampagne. De regering liet deze operaties oogluikend toe. Het parlement wist van niets.