Het Marokkanendebat is fout, deal with it…

Laila Ezzeroili publiceerde gister een stuk waarin ze probeert uit te drukken wat het is om een stigma te dragen en hoe zij daar tegen in verzet wil komen. Maar velen, zo bleek, lazen haar stuk anders, zo ook Thomas van Aalten in zijn reactie. Waar ligt het misverstand? Een gastbijdrage van Rogier van Reekum. Ezzeroili beklaagt zich in haar stuk over de neiging die we allemaal hebben om te wijzen op ‘Marokkaanse Nederlanders’ die stigma's weerleggen: 'We riepen wel dat Marokkanen heus wel deugen, maar liever dan te hameren op artikel 1 van de grondwet, probeerden we het stereotype ijverig te weerleggen of hoogmoedig te negeren.' Dat is de paradox van stigma: wie het weerlegt, bevestigt het. Als uitweg bepleit Ezzeroili dan ook een principieel protest: 'Onze etniciteit gaat over ons wezen, onze ik, ons mens-zijn. Niet omdat onze etniciteit ons definieert, maar omdat we onze etniciteit altijd in de ogen van de ander weerspiegeld zullen zien. We mogen niet toestaan dat onze kinderen een negatief beeld van Marokkanen, van moslims en uiteindelijk van het zelf, verinnerlijken. Wat we ook vinden van de Marokkaanse opvoeding, de islam, hoofddoeken en vrouwen- en homo-emancipatie.' In die laatste zin speelt de paradox van stigmatisering zich af. Stigmatisering is alleen te adresseren wanneer we besluiten dat ze principieel – ongeacht mogelijke problemen – onrechtvaardig is. Dat is wat Ezzeroili zichtbaar wil maken: 'Maar bovenal wil ik mijn kinderen inprenten dat ze wel goed zijn als Marokkanen.' In reactie op Ezzeroili waarschuwt Thomas van Aalten voor chauvinisme.

Door: Foto: Pim Geerts (cc)
Foto: FaceMePLS (cc)

Mevrouw Ezzeroili, ik ben niet de Nederlander maar uw buurman

Thomas van Aalten voelt zich aangesproken door de klacht van een Marokkaanse vrouw.

Laila Ezzeroili publiceerde vandaag op de site van de Volkskrant een felle opinie naar aanleiding van het gewraakte ‘Marokkanendebat’ in de Tweede Kamer. ‘Ik erger me,’ schrijft ze. ‘Steeds meer. Aan de Nederlanders. En aan de Marokkanen. Inderdaad, aan de Marokkanen.’ Haar ergernis is tot op zekere hoogte begrijpelijk, maar in haar recente stuk vliegt zij juist uit de bocht als ze kritiek uit op de werkwijze van scholen en voorscholen in Amsterdam.

Ezzeroili begint haar stuk al mopperend met: ‘Mijn jongste dochter zit op een voorschool in een Amsterdamse probleemwijk. Ik vermijd het loze ‘krachtwijk’. Amsterdam Zuid, dat is een krachtwijk. Amsterdam Nieuw West is krachteloos. Niet door een gebrek aan integratie, maar door een teveel aan betuttelende instituties die de bewoners inprenten dat ze ‘onaf’ zijn en nog veel moeten leren om volwaardig burger te kunnen zijn.’

Ten eerste juich ik, toevallig ook bewoner van dat stadsdeel met schoolgaande kinderen, het aandachtige oog van een school juist toe; een ouderavond waar een ander familielid bij aanwezig moet zijn omdat moeder of vader de taal niet kent, vind ik eerlijk gezegd inderdaad ‘onaf’. Ik heb het zien gebeuren dat een kind moest tolken. Mij lijkt dat als ouder zeer onprettig.

Lezen: De BVD in de politiek, door Jos van Dijk

Tot het eind van de Koude Oorlog heeft de BVD de CPN in de gaten gehouden. Maar de dienst deed veel meer dan spioneren. Op basis van nieuw archiefmateriaal van de AIVD laat dit boek zien hoe de geheime dienst in de jaren vijftig en zestig het communisme in Nederland probeerde te ondermijnen. De BVD zette tot tweemaal toe personeel en financiële middelen in voor een concurrerende communistische partij. BVD-agenten hielpen actief mee met geld inzamelen voor de verkiezingscampagne. De regering liet deze operaties oogluikend toe. Het parlement wist van niets.

Lezen: Bedrieglijk echt, door Jona Lendering

Bedrieglijk echt gaat over papyrologie en dan vooral over de wedloop tussen wetenschappers en vervalsers. De aanleiding tot het schrijven van het boekje is het Evangelie van de Vrouw van Jezus, dat opdook in het najaar van 2012 en waarvan al na drie weken vaststond dat het een vervalsing was. Ik heb toen aangegeven dat het vreemd was dat de onderzoekster, toen eenmaal duidelijk was dat deze tekst met geen mogelijkheid antiek kon zijn, beweerde dat het lab uitsluitsel kon geven.

Lezen: De wereld vóór God, door Kees Alders

De wereld vóór God – Filosofie van de oudheid, geschreven door Kees Alders, op Sargasso beter bekend als Klokwerk, biedt een levendig en compleet overzicht van de filosofie van de oudheid, de filosofen van vóór het christendom. Geschikt voor de reeds gevorderde filosoof, maar ook zeker voor de ‘absolute beginner’.

In deze levendige en buitengewoon toegankelijke introductie in de filosofie ligt de nadruk op Griekse en Romeinse denkers. Bekende filosofen als Plato en Cicero passeren de revue, maar ook meer onbekende namen als Aristippos en Carneades komen uitgebreid aan bod.

Lezen: Venus in het gras, door Christian Jongeneel

Op een vroege zomerochtend loopt de negentienjarige Simone naakt weg van haar vaders boerderij. Ze overtuigt een passerende automobiliste ervan om haar mee te nemen naar een afgelegen vakantiehuis in het zuiden van Frankrijk. Daar ontwikkelt zich een fragiele verstandhouding tussen de twee vrouwen.

Wat een fijne roman is Venus in het gras! Nog nooit kon ik zoveel scènes tijdens het lezen bijna ruiken: de Franse tuin vol kruiden, de schapen in de stal, het versgemaaide gras. – Ionica Smeets, voorzitter Libris Literatuurprijs 2020.