Thuis bij de vijand

'Durf je dat wel?', hadden vrienden gevraagd. Natascha van Weezel durfde wel. Alhoewel, zo schrijft ze, ze nog 'koude rillingen' voelde als ze er aan terugdacht. Op 4 mei 2003 hadden Marokkaanse jongeren op het Sierplein in Amsterdam-West gevoetbald met de kransen van de dodenherdenking. En nu, twaalf jaar later, had men haar gevraagd om daar, op diezelfde dag, te spreken. Ze kwam en vertelde het verhaal van haar familie, over de Holocaust, over haar documentaire over kleinkinderen van de Holocaust. En over dat voetballen, en dat ze inzag dat dat wangedrag toen waarschijnlijk voortgekomen was uit woede over de Tweede Intifada. Ze besloot haar toespraak met een oproep aan ieder die gelooft om nooit de nieuwsgierigheid naar de ander te verliezen. Daarna was er applaus. 'Het was een mooie bijeenkomst.'

Foto: Annemee Siersma (cc)

Me rug op

OPINIE - Chanson comique!*

Afshin Ellian (wie anders) probeert via een verhaal van de biograaf van Mohammed ongeveer te bewijzen dat islam Jodenhaat is. En roept links en rechts op om gezamenlijk op te trekken tegen deze Jodenhaat.

Ik zal het maar ronduit zeggen: je kan me rug op, Afshin (ja, hier stond eerst iets anders, nog ‘ronduiter’). En je hele rechtse kliek erbij. Al meer dan tien jaar probeert een deel van links Nederland de alsmaar groeiende en door jullie aangewakkerde moslimhaat te bestrijden en wat doe jij? Je gooit nog een paar liter benzine op datzelfde vuur en vraagt tegelijkertijd of we gezamenlijk de Jodenhaat kunnen gaan bestrijden.

Ik lust jouw soort ‘bestrijden’ niet, Ellian. Jouw kliek bestrijdt geen Jodenhaat maar islamieten, met wetsvoorstellen om het begrip ‘allochtonen’ op te rekken, met wetsvoorstellen om de godsdienstvrijheid – een fundament van ons mooie land – te beperken, met niet aflatende propagandabombardementen om groepen Nederlanders zwart te maken, met poging na poging om een klasse tweederangsburgers te doen ontstaan. Minderwaardigen die in een woestijngeloof geloven zoals ooit, in de jaren dertig, de Joden in Duitsland als woestijnvolk werden weggezet.

Ik ben links. Zoals de eerste gevangenen van het eerste Nazi-Duitse concentratiekamp Dachau links waren. Zoals verzetsstrijders als Hannie Schaft en Jan Haken links waren. Ik voel mij deel van die trotse traditie van mensen die pal stonden voor de overtuiging dat er plaats was voor iedereen in hun land, en die ervoor bereid waren te sterven.

Lezen: Venus in het gras, door Christian Jongeneel

Op een vroege zomerochtend loopt de negentienjarige Simone naakt weg van haar vaders boerderij. Ze overtuigt een passerende automobiliste ervan om haar mee te nemen naar een afgelegen vakantiehuis in het zuiden van Frankrijk. Daar ontwikkelt zich een fragiele verstandhouding tussen de twee vrouwen.

Wat een fijne roman is Venus in het gras! Nog nooit kon ik zoveel scènes tijdens het lezen bijna ruiken: de Franse tuin vol kruiden, de schapen in de stal, het versgemaaide gras. – Ionica Smeets, voorzitter Libris Literatuurprijs 2020.

Foto: donaldjenkins (cc)

Jodenhaat en islam (2)

OPINIE - In mijn vorige stukje betoogde ik dat het opiniestuk van David Suurland in de NRC van zaterdag 19 juli niet tot bedroevend slecht is beargumenteerd. Hij probeerde aan te tonen dat jodenhaat onder moslims voortkomt uit de islam en niets te maken heeft met het conflict tussen Israël en de Palestijnen. Op zichzelf is een ondeugdelijke argumentatie nauwelijks reden om erop te reageren. In deze blogpost wil ik laten zien dat Suurlands stuk die reactie wel waard is: omdat het gevaarlijk is.

Suurland betoogde in zijn opiniestuk dat moslims die zich opwinden over de behandeling van Palestijnen door Israël, niet geloofwaardig zijn omdat ze zich helemaal niet druk maken over de minstens even erge behandeling die ‘andere moslims’ (hij negeert de niet geringe minderheid christelijke Palestijnen) elders op de wereld ten deel valt, soms zelfs door geloofsgenoten. Ik vond dat niet relevant. Alleen het antwoord op de vraag of protesterende moslims menen wat ze zeggen is in dit verband relevant, niet of hun standpunten consequent worden toegepast of geloofwaardig zijn.

Op een ander aspect ging ik niet in: de bewering dat de standpunten van de tegenstander niet geloofwaardig zijn, omdat ze niet voldoen aan de eigen randvoorwaarden voor geloofwaardigheid. Dat biedt de spreker de mogelijkheid om wat zijn tegenstander zegt, zonder meer naast zich neer te leggen. Ik weet niet wat een mens woedender maakt: iemand zijn huis uit gebombardeerd zien worden of niet serieus genomen worden als hij daar wat van wil zeggen.

Volgens Suurland gold de kritiek die moslims hebben op zionisten eigenlijk joden en was het gebruik van het woord ‘zionisten’ slechts een semantische truc om aperte jodenhaat te verhullen. Ook hier is weer sprake van het niet serieus nemen van de tegenstander: wat die zegt, wordt direct aangezien voor een poging tot misleiding. Ik weet niet wat frustrerender is: met argumenten te worden tegengesproken of te horen krijgen dat je de boel alleen maar aan het belazeren bent.

Foto: donaldjenkins (cc)

Jodenhaat en islam (1)

OPINIE - Stomtoevallig stuitte ik in de trein op een achtergebleven opiniebijlage van het NRC van afgelopen zaterdag met daarin een stuk van David Suurland: ‘Jodenhaat hoort bij de islam’. Of die kop van de redacteur is of van Suurland zelf, weet ik niet, maar het is een uitstekende samenvatting: jodenhaat onder moslims is een direct gevolg van de islam. Suurland heeft het over ‘eeuwenlang zorgvuldig gekweekte Jodenhaat’.

Zijn stuk barst van de ondersteunende feiten: aanslagen in Toulouse en Brussel, Facebookpagina’s waar moslims massaal steun aan daders betuigden, Mein Kampf op bestsellerlijsten in het Midden Oosten, middeleeuwse theologische verhandelingen van islamitische geestelijken, de enthousiaste ontvangst van holocaustontkenners in de islamitische wereld, Iraanse steun voor de omstreden Franse cabaretier Dieudonné M’bala M’bala, geschiedenisleraren die moeilijkheden krijgen bij lessen over de holocaust en wetenschappelijke onderzoeken onder moslims met schokkende uitkomsten.

Zoals elk betoog dat een stelling poneert en vervolgens faits diverts opsomt ter ondersteuning, is Suurlands verhaal buitengewoon overtuigend, maar het blijft cherry picking galore. Suurland poneert alleen maar stellingen: over bestsellerlijsten (welke?) over Iraanse steun (hoeveel?), over islamitische theologische tractaten (citaatje?). Niets wordt onderbouwd en nergens lijkt Suurland te beseffen dat zijn weergave wel heel simplistisch is. Dat holocaustontkenners warm werden ontvangen door Mahmoud – de holocaust is een mythe – Ahmadinejad is een feit. Het is óók een feit dat rond diezelfde tijd in Iran de (staats!)televisieserie Madar-e sefr darage werd uitgezonden over een Iraanse diplomaat die tijdens de Tweede Wereldoorlog joden heeft gered. Daarin is de holocaust beslist geen mythe.

Doneer!

Sargasso is een laagdrempelig platform waarop mensen kunnen publiceren, reageren en discussiëren, vanuit de overtuiging dat bloggers en lezers elkaar aanvullen en versterken. Sargasso heeft een progressieve signatuur, maar is niet dogmatisch. We zijn onbeschaamd intellectueel en kosmopolitisch, maar tegelijkertijd hopeloos genuanceerd. Dat betekent dat we de wereld vanuit een bepaald perspectief bezien, maar openstaan voor andere zienswijzen.

In de rijke historie van Sargasso – een van de oudste blogs van Nederland – vind je onder meer de introductie van het liveblog in Nederland, het munten van de term reaguurder, het op de kaart zetten van datajournalistiek, de strijd voor meer transparantie in het openbaar bestuur (getuige de vele Wob-procedures die Sargasso gevoerd heeft) en de jaarlijkse uitreiking van de Gouden Hockeystick voor de klimaatontkenner van het jaar.

Lezen: De BVD in de politiek, door Jos van Dijk

Tot het eind van de Koude Oorlog heeft de BVD de CPN in de gaten gehouden. Maar de dienst deed veel meer dan spioneren. Op basis van nieuw archiefmateriaal van de AIVD laat dit boek zien hoe de geheime dienst in de jaren vijftig en zestig het communisme in Nederland probeerde te ondermijnen. De BVD zette tot tweemaal toe personeel en financiële middelen in voor een concurrerende communistische partij. BVD-agenten hielpen actief mee met geld inzamelen voor de verkiezingscampagne. De regering liet deze operaties oogluikend toe. Het parlement wist van niets.

Foto: Post-Atheïst

Post-atheïst | Erfzonde

COLUMN - Joden zijn rare mensen: één zevende deel van hun leven verdommen ze het stelselmatig om te werken en de rest van hun tijd spenderen ze het liefst afgezonderd van de wereld. Iemand zou die lieden eens mores moeten leren. Dat is vanzelfsprekend geen oproep tot geweld – zo lossen wij de dingen niet op in Alexandrië. Maar het vormt wel een maatschappelijk knelpunt als groepen mensen onvoldoende participeren in de samenleving. En dat probleem moet worden opgelost.

Het bovenstaande zou zomaar de mening van een weldenkend mens kunnen zijn geweest aan de vooravond van de oudst bekende pogrom, in het jaar Onzes Heren 38. Jodenhaat is dus geen christelijke uitvinding. Dat christendom importeerde reeds bestaande ideeën over Joden dankzij het besluit ook niet-Joden tot de eigen religieuze club toe te laten. Maar christenen konden lastig het bezwaar handhaven dat Joden een zevende deel van hun leven niets uitvoerden. Dat deden ze immers zelf ook. Gelukkig waren er andere argumenten voorhanden: ze hadden de Zoon Gods gekruisigd en daarvoor werd met enige regelmaat wraak genomen op de nazaten van de daders.

Wie de verslagen van die kruisiging echter goed doorleest, komt er al snel achter dat de daders Romeinen waren. In het begin van de dertiende eeuw speelt het verwijt van de godsmoordenaars dan ook lang zo’n grote rol niet meer. In plaats daarvan is de Talmoed gekomen: een boek dat bol stond van de beledigingen aan het adres van Christus, de Moeder Gods en christenen. Aan dergelijke moedwillige pogingen om het geloof van een bevolkingsgroep belachelijk te maken moest nodig wat gedaan worden. De Talmoedverbrandingen van 1242 in Frankrijk waren er een exponent van.

Foto: Sargasso achtergrond wereldbol

Het begrijpen van geweld

GeenCommentaar heeft ruimte voor gastloggers. Dit keer is dat Verbal Jam, die het onderstaande stuk aanbood via de mail.

Altijd klaar om zich te verdedigen (Foto: Flickr/alexdecarvalho)

Als je iets begrijpt, betekent dat nog niet dat je er begrip voor hebt. Want dat laatste houdt een zekere goedkeuring in. Ik begrijp bijvoorbeeld dat Israël extreem geweld toepast in Gaza, ik keur het ten stelligste af. Als je iets begrijpt, weet je waarom het gebeurt en kun je er rekening mee houden bij het zoeken naar een oplossing.

De joden lijden onder een lange historie van vervolging, discriminatie, racisme en massale uitmoording. Die beperkt zich niet tot de holocaust. In heel veel literaire boeken die we tegenwoordig lezen en die direct of zijdelings over joodse families gaan, worden we geconfronteerd met pogroms in allerlei uithoeken van de wereld, met racisme tegenover joden, met massamoord en vervolging. Zie bijvoorbeeld ‘Het lot van de familie Meyer’ van Charles Lewinsky en ‘De dagen van Lazarus’ van Aleksandar Hemon.

De jodenhaat bestaat tot op de dag van vandaag. Een ontluisterende bloemlezing komen we tegen in het artikel van historicus Bert de Bruin op zijn weblog, dat hij schreef naar aanleiding van de lezersreacties op een bericht in de Telegraaf. Het bericht ging over de verdwijning van Sonja Kohn, een belangrijke dame in de beleggingswereld. Ze wordt geassocieerd met de fraude van Madoff. Maar louter het feit dat mevrouw ultra-orthodox joods was, gaf menig Telegraaf-lezer de kans om weer eens ongeremd zijn anti-semitische gevoelens te spuien.

Lezen: De BVD in de politiek, door Jos van Dijk

Tot het eind van de Koude Oorlog heeft de BVD de CPN in de gaten gehouden. Maar de dienst deed veel meer dan spioneren. Op basis van nieuw archiefmateriaal van de AIVD laat dit boek zien hoe de geheime dienst in de jaren vijftig en zestig het communisme in Nederland probeerde te ondermijnen. De BVD zette tot tweemaal toe personeel en financiële middelen in voor een concurrerende communistische partij. BVD-agenten hielpen actief mee met geld inzamelen voor de verkiezingscampagne. De regering liet deze operaties oogluikend toe. Het parlement wist van niets.