Negatieve inkomstenbelasting is beter dan het onvoorwaardelijke basisinkomen (2)

In deel 1 van dit artikel schreef Hein Vrolijk dat de invoering van een onvoorwaardelijk basisinkomen (OBI) tot grotere inkomensongelijkheid leidt. ‘Want iedereen krijgt een extra bedrag bovenop wat hij of zij al verdient, behalve – vreemd genoeg – diegenen voor wie dat basisinkomen eigenlijk is bedoeld: de mensen met een uitkering. (….). Op deze manier krijgen zij ‘evenveel wijn in nieuwe zakken’, terwijl de midden- en hogere inkomens van een extra fles wijn kunnen genieten.’ ‘Via de progressieve inkomstenbelasting is dit wel weer recht te trekken’, zo luidt meestal de reactie van OBI-aanhangers. Ik vind het altijd weer verbluffend hoeveel mensen – meestal van linkse signatuur – menen dat je met een progressief marginaal belastingtarief de veelverdieners kunt afromen. Een vergelijkbaar naïef optimisme zien we als het gaat om de invloed van nieuwe wetgeving, zoals ik straks laat zien bij de Wet Werk en Zekerheid (WWZ). Inkomensongelijkheid Laat ik beginnen met de inkomensongelijkheid. Zelfs als het mogelijk is de grotere inkomensongelijkheid bij invoering van de OBI te ‘repareren’, scoort de OBI ook daarna een stuk slechter dan de negatieve inkomstenbelasting (NIB), door mij aangeduid als garantie-inkomen. Net als in deel 1 ga ik uit van Bea en Gea die beiden een uitkering van duizend euro per maand netto krijgen als zij hun studie hebben afgerond en nog geen werk kunnen vinden (periode 1). Na enige tijd hebben zij een baan gevonden met een bruto-inkomen van duizend euro per maand (periode 2). Beiden maken voortdurend promotie, zodat hun maandelijkse bruto-inkomen uiteindelijk stijgt naar 4000 euro (periode 5, de laatste jaren van hun werkzame leven). Voor beiden is het marginale belastingtarief 50 procent en netto verdienen ze evenveel, opklimmend van duizend naar 3000 euro per maand. Uitgaande van de inkomstenbelasting (IB) die Bea en Gea moeten betalen (zie de tabel in deel 1), is het mogelijk voor beiden de belastingdruk uit te rekenen. Bij de eerste maatstaf wordt de IB uitgedrukt in een percentage van het bruto-inkomen, dus zonder het netto basis- of garantie-inkomen. Bea met haar Basisinkomen (BB) betaalt 50 procent in iedere periode, en gemiddeld over haar hele werkzame leven. Gea met haar Garantie-inkomen (GG) betaalt in totaal een stuk minder (15 procent) en in periode 5 een veel hoger percentage dan in de voorgaande perioden toen zij minder verdiende (zie de tabel hierna)

Door: Foto: MD5050 (cc)

Lezen: Het wereldrijk van het Tweestromenland, door Daan Nijssen

In Het wereldrijk van het Tweestromenland beschrijft Daan Nijssen, die op Sargasso de reeks ‘Verloren Oudheid‘ verzorgde, de geschiedenis van Mesopotamië. Rond 670 v.Chr. hadden de Assyriërs een groot deel van wat we nu het Midden-Oosten noemen verenigd in een wereldrijk, met Mesopotamië als kernland. In 612 v.Chr. brachten de Babyloniërs en de Meden deze grootmacht ten val en kwam onder illustere koningen als Nebukadnessar en Nabonidus het Babylonische Rijk tot bloei.

Steun ons!

De redactie van Sargasso bestaat uit een club vrijwilligers. Naast zelf artikelen schrijven struinen we het internet af om interessante artikelen en nieuwswaardige inhoud met lezers te delen. We onderhouden zelf de site en houden als moderator een oogje op de discussies. Je kunt op Sargasso terecht voor artikelen over privacy, klimaat, biodiversiteit, duurzaamheid, politiek, buitenland, religie, economie, wetenschap en het leven van alle dag.

Om Sargasso in stand te houden hebben we wel wat geld nodig. Zodat we de site in de lucht kunnen houden, we af en toe kunnen vergaderen (en borrelen) en om nieuwe dingen te kunnen proberen.