Marcel Hulspas las een apologetisch boek, dat tracht uit te leggen hoe de islam in werkelijkheid een verlichte, maar vaak misbegrepen godsdienst is. Hij raakte nog niet echt overtuigd.
De Ahmadiyya beweging, die momenteel rond de half miljoen leden telt, begon ooit als een gevaarlijke ketterse sekte binnen de islam. De stichter, de Indiër Mirza Ghoelam Ahmad (1835-1908), beweerde namelijk dat hij de mahdi was, dat wil zeggen de door de sjiitische islam voorspelde messias. Bovendien beweerde hij de reïncarnatie van Jezus, Mohammed én Krishna te zijn.
Het mag duidelijk zijn dat deze boodschap niet met gejuich werd ontvangen. Maar gelukkig voor hem en zijn eerste volgelingen kwam Mirza na een aantal jaren terug op deze claim. Sindsdien vereren zijn volgelingen hem ófwel als een nieuwe profeet, óf (want ook die laatste bewering ging een deel van zijn latere volgelingen te ver) als een zeer belangrijk geestelijk leider.
De Ahmadiyya beweging groeide daarna langzaam maar gestaag, en missioneert nog steeds actief onder moslims in Groot-Brittannië en de Verenigde Staten. Elders, met name in de islamitische wereld, zijn de Ahmadiyya het slachtoffer van gewelddadige aanvallen.