Er heeft zich een zoon gemeld

Foto: copyright ok. Gecheckt 17-03-2022

Erik Greveling zaliger (over wie deze stukjes gaan) blijkt een zoon te hebben: Dawid Brzinsky. Zijn moeder, Agnesz Brzinsky, is 55 jaar, ze woont in Amsterdam, ze werkt als bibliothecaresse aan de bibliotheek van de UvA. Aan dezelfde universiteit studeert de 21-jarige Dawid medicijnen. Hij wil huisarts worden. Ik had de twee wel gezien tijdens de crematie van Erik, maar had verder niet nagedacht over hun aanwezigheid.

Gisteren kwam Dawid op bezoek bij me. Zijn moeder had 22 jaar geleden een korte affaire gehad met Erik, ‘want ze wilde een kind, and here I am’ zoals Dawid me zei. Ten bewijze van een en ander liet hij me een stel foto’s uit 1990 zien van Agnesz en Erik, romantisch samen op een Amsterdamse kermis, lopend op het Damplein, elkaar kussend op het Rokin etc. Hoe hadden ze elkaar ontmoet? Er was nog geen internet, dus Agnesz had een advertentie gezet in de Volkskrant (‘Gezocht: man voor even’) en daarop had Erik haar geschreven. Dat ‘even’ heeft ruim twee maanden geduurd, in die twee maanden was Dawid verwekt en Agnesz zei bedankt en ga nu maar weg. Hij had haar nog wel geregeld brieven geschreven en zij hem ook, maar ontmoeten zouden ze elkaar niet meer.
Op 2 juni, de dag van zijn zelfmoord, had hij nog wel een laatste brief verstuurd, die Dawid me ook liet lezen. Er stond in te lezen: ‘Op de avond van deze dag maak ik er een einde aan. Ik ga in de zee staan, raak onderkoeld (ik heb hartklachten) en ben dan binnen 15 minuten dood. Vaarwel!’ Toen Agnesz die brief op 3 juni ontving, heeft ze onmiddellijk de politie van Egmond aan Zee gebeld en die heeft Eriks lijk uit zee gehaald.
Ik pakte het nummer van Maatstaf tevoorschijn, waarin Erik in 1972 zijn verhaal Het sociale leven van de muilezel had gepubliceerd. Dawid kende het nog niet en las het, bijna met tranen in de ogen. ‘Hij was een allenige man, maar hij was ook een van de vriendelijkste mensen die ik heb gekend,’ zei ik hem. ‘Als iedereen zo was als hij, dan was er nooit oorlog.’
Daarna gingen we naar Eriks huisje in de duinen, want dat wou Dawid zien. Ik legde uit wat ik had gedaan met de spullen die er in hadden gestaan en dat ik had gezocht naar verdere manuscripten, maar er niet één had gevonden. ‘Ik denk dat ik weet waar ze moeten zijn: in zijn keverboeken!’ zei Dawid. We gingen dus naar de Oud-Katholieke mevrouw van het boekenstalletje, we legden het haar uit en mochten haar opslagplaats in, waar stapels boeken stonden, van de vloer totaan het plafond. Er stond ook een stapeltje schaakboeken, die  hadden toebehoord aan een oude Egmonder die kortelings was overleden. Ik heb gelukkig altijd wat geld op zak, en ik kocht dus twintig van die boekjes voor maar 10 euro.
In de keverboeken bleek geen enkel verhaal te zitten, Dawid was even teleurgesteld als ik, maar hij mocht tien of vijftien van die keverboeken gratis meenemen. ‘Dan blijft mijn vader toch een beetje leven.’

Reacties (8)

#1 Sil

Mooi, bedankt.
Betreft het hier kevers met wielen of met pootjes?

  • Volgende discussie
#1.1 Ben Hoogeboom - Reactie op #1

Pootjes.
Ik ga nog op zoek naar meer figuren die Eriks bestaan enigszins gecompliceerd hebben, en natuurlijk naar die manuscripten.

#1.2 Sil - Reactie op #1.1

De kans bestaat dat Erik slechts eenmaal de pen ter hand nam.
Zo heb ik zelf ooit een één liedje geschreven.

#1.3 Ben Hoogeboom - Reactie op #1.2

Nee, hij heeft meer geschreven dan dat ene verhaal. Dat weet ik, want ik heb het hele verhaal verzonnen.

#1.4 Yevgeny Podorkin - Reactie op #1.3

Godfried Bomans Ben. Zie je nou wel dat je helemaal niet literair onderlegd hoeft te zijn om zelf de pen ter hand te nemen…

#2 Ben Hoogeboom

Je snijdt een interessant punt aan. Overigens: Godfried Bomans was een goed columnist in de Volkskrant, toen die nog katholiek was. Ik las die columns elke zaterdag zeer graag. Verder stelt hij als schrijver weinig voor, volgens mij.
Dat je literair helemaal niet onderlegd hoeft te zijn. Dat roep ik al jaren. Als je iets wilt schrijven, zei Karel van het Reve (een van de grootste stylisten in ons taalgebied), dan moet je het gewoon proberen. M.a.w. niet zaniken, maar aan het werk. Je hoeft er geen studie Nederlands voor te hebben gevolgd.
De enige (ook: prettige) opleiding die je jezelf moet gunnen, is: veel lezen. Dan kom je langzamerhand te weten wat goede literatuur is, en wat literatuur is die je niet bevalt. Je vindt dan vanzelf wel een stijl van vertellen die bij je past en die (volgens jou) ook uniek is, en niet teveel afgekeken van je voorbeelden.
Zo lijkt het mij een heerlijk idee om een soort roman te schrijven, bestaande uit 500 of 1000 korte (hoofd)stukjes die op een A4tje passen. Ongeveer zoals ‘Gapende hoogten’ van Aleksandr Zinovjev, het mooiste boek uit de 20ste eeuw, volgens mij.
En daar ben ik dus aan begonnen op Sargasso. Het begint met dat verhaal over de muilezel en van daaruit ga ik verder.

  • Volgende discussie
  • Vorige discussie
#2.1 frank - Reactie op #2

Ik vind het tot nu toe een zeer geslaagde roman. Op naar de volgende 985 hoofdstukken :)

#2.2 Ben Hoogeboom - Reactie op #2.1

Dank je voor het compliment, Frank. Hoe groot deze ‘roman’ wordt, weet ik nog niet, maar ik zal de hele bevolking van Egmond aan Zee tevoorschijn halen, wees daar maar zeker van. De hele verzonnen bevolking, bedoel ik natuurlijk, want ik kan alleen maar gelogen stukjes maken. Over het Natuurplan Egmond bijvoorbeeld kan ik niets vertellen.
Ik was iets dergelijks ook al van plan met Dirkswoud, mijn verzonnen woonplaats, waarover ik ook al zo’n 500 stukjes heb gemaakt. Nu heb ik die Erik Greveling gevonden, de postbode die overleden is en die ook nog geletterd was, en nu kan ik zeg maar serieus aan de gang gaan.