EHEC, De Risico-Maatschappij en Groene Politiek

Foto: Sargasso achtergrond wereldbol
,

Groene politiek gaat over de lange termijn: klimaatverandering beinvloedt pas de volgende generatie, de zee is pas over 50 jaar leeggevist en radio-actief materiaal levert nu wat energie op maar is eeuwenlang gevaarlijk. Daarmee staat groene politiek veraf van de belevingswereld van de kiezer. Groene partijen stellen abstracte lange termijnvragen over onze energie- en voedselvoorziening. Er zijn een paar groene kiezers die uit post-materialisme kiezen voor het milieu. Maar groene rampen kunnen kiezers wijzen op de acute en pijnlijke gevaren die onze onduurzame levensstijl heeft voor onze leefomgeving.

Nog geen twee weken geleden sprak Femke Halsema over het effect van de “globale risico-maatschappij” op de politiek. En nu is het duidelijk te zien. De uitbraak van EHEC in Duitsland is een uiting van onze hedendaagse risico-maatschappij: een levensgevaarlijk risico dat het gevolg lijkt te zijn van de moderne techniek (bacterien worden resistent van een overgebruik van antibiotica), mensen van alle achtergronden raakt, en dat mondiale gevolgen heeft. En dat net na gebeurtenissen in Fukushima die weer eens hard wezen op de risico’s van kernenergie.

Voedselveiligheid is een goed thema voor Groenen om hun problematiek dringend en dwingend te maken. Niets voor niets dat in Duitsland door Groenen het ministerie van Consumentenzaken, Voedselveiligheid en Landbouw opgericht. In Belgie zagen we in 1999 helder wat de electorale gevolgen kunnen zijn van direct waarneembare groene crises. De dioxinecrisis (een crisis over vervuild vlees) kwam daar net voor de verkiezingen uit. Samen wonnen de twee Groene partijen (Ecolo en Agalev) meer dan 14% vande stemmen -een ongekend goede score voor groenen in een nationale verkiezing- ten koste van de gevestigde sociaal- en Christen-democratische partijen. Zeker als hetgepaard met een groot bestaand wantrouwen ten opzichte van de bestaanderegeringspartijen, kan een ramp kiezers mobiliseren om op groene partijen te stemmen.

In Duitsland hebben de Groenen een grote overwinning geboekt omdat door Fukushima voor veel kiezers een groen thema de doorslag geeft: niet alleen doet de partij het goed in de peilingen maar bij deelstaatsverkiezingen in Baden-Wuerttemberg haalde de partij meer stemmen dan de socialisten en leveren ze nu de premier. Echter het succes van deze partij is nu zo groot dat het zich zelf opeet: het conservatief-liberale kabinet in Duitsland heeft besloten om te stoppen met kernenergie. Nu er geen massaal protest meer nodig is tegen kernenergie zouden de Groenen terug kunnen vallen: het laat mooi zien dat beleidssucces en electoraal succes niet altijd hand in hand gaan.
[cmon]

Reacties (1)

#1 sander_1583

Voorbeelden klinken ook een beetje als one-issue, hoewel bijv; groenlinks wel een integrale visie heeft associeren mensen hen/jullie met “groenen”. Dit heeft ondertussen een behoorlijk negatieve bijklank gekregen als tegenpartij/gebod/verbod. Geen auto/vlees/vis/bont/verrevakantie/groothuis/aardolie/commercielebaan/fransbauer etcetera.

Er is te weinig een positief geluid waar men zich graag collectief aan vastklampt.