ANALYSE - Wat betekent politieke retoriek? Is Nederland echt uit de crisis? Gaat het beter met de economie? De politiek praat er twee dagen over, maar als de meerderheid tot “zal wel” concludeert gaat men over tot de orde van de dag.

Mag ik vragen wat nu waar is? Tom Poes meende namens Marten Toonder: “De waarheid is alleen maar nuttig voor de wetenschap; de rest van de wereld doet het altijd zonder.”

Politieke waarheden

De vragen worden er voor de kiezer alleen maar klemmender van. Is een groei van minder dan 2% reden tot juichen? En hoeveel daarvan komt door technologische innovatie, hoeveel door het uitwonen van de aarde? Is de hoge werkloosheid een vervelend detail van het economisch beleid of meer dan dat? Is het economische en politieke perspectief in de EU niet ronduit bedreigend? Kunnen we vooruit met de euro, de ECB? Is de druk van de vluchtelingenproblematiek houdbaar?

Helmuth Kohl beloofde zijn kiezers “bloeiende landschappen” na de hereniging met de DDR; vandaar de kop boven dit stuk. De werkelijkheid was achterstand en verwaarlozing wegwerken, een mentale strijd tegen de “muur in de kop”. En nog steeds: ook Duitsland, economische locomotief of niet, toont maar uitermate beperkte cijfers; groei wel, maar vooral door Chinese vraag naar Audi’s en VW’s. En de kans dat Angela Merkel vervangen moet worden door mevrouw Petry van AfD is groot.

Rutte en Dijsselbloem tonen zich zelfvoldaan. Diederik Samsom vindt het uit de crisis komen een resultaat van de VVD-PvdA coalitie en wil ‘doorknokken’. Ik respecteer die houding zeer, maar wat brengt hij er voor mee? Hij zou inhoudelijk een programma moeten hebben, een aansprekende strategie en een geïnspireerde achterban. Maar op die punten heeft Samsom (noch zijn partij) zich onderscheiden. Wat niet is kan nog komen, maar waardoor ben ik somber gestemd?

Stiglitz en de euro

Het is een onbehaaglijk gevoel: als rechts zich meester maakt van dingen, die door een progressieve econoom worden beweerd. Ik kocht zijn boek deze week en nam mij voor er over te schrijven.

Maar ik bleek niet de enige: in Amsterdam hadden Stiglitz en Dijsselbloem een confrontatie. Ik had het willen weten. Ik ben benieuwd hoe partijgenoot Dijsselbloem – geen econoom – zich heeft gehouden. De NRC van 30-09-2016 schrijft daarover eigenlijk niet.

Wat ik las in zijn boek is helder genoeg: de euro is een gammele munt en doorgaan kan eigenlijk niet. Waarom moet ik Stiglitz lezen om Wilders te geloven? Marine Le Pen heeft Stiglitz ook omarmd, tot ontregeling van de professor. “.. zij probeert Europa te vernietigen en deelt mijn standpunt over de euro niet vanuit de noodzaak van solidariteit binnen Europa.” En over de waarde van het Europese project:

Je moet die agenda niet laten kapen door extremisten en populisten. Jullie moeten het Europese project niet opofferen aan de euro.

Eenvoudige vraag: gaat de EU nog drie jaar mee? Stiglitz zit op de rand van de retoriek als hij zegt dat als te voorzien valt dat het BBP in de meeste crisislanden in 2017 lager zal zijn dan in 2007, dat toch niet echt op succesvol crisismanagement wijst. (p.93) Hij geeft de schuld aan de euro. De structuren kloppen niet, met de wisselkoers/rente is een fundamenteel instrument voor stabilisatie uit handen gegeven, al herinner ik me een stuk van Willem Buiter, die vond dat er voldoende mogelijkheden voor centrale banken over zijn gebleven.

Verandering binnen de EU

Wat doet de EU aan de kritiek? Aan de spanningen binnen de euro? Aan het democratisch tekort? Aan de toenemende politieke verschillen (Hongarije, Polen) en bedreigingen (Duitsland, Frankrijk, Brexit)? Veel weerstand bestaat tegen het bezuinigingsbeleid, dat als hoogste wijsheid geldt, ook in ons parlement. Simon Wren Lewis van de universiteit van Oxford legt uit hoe verkeerd de lijn van de Troika was jegens de Grieken.

Dat onbehagen houdt mij al een tijdje bezig. Ik zie de populistische golf, ik zie geen grote hervormingen binnen de EU, ik zie het referendum in Hongarije, de politieke situatie in Polen, de peilingen van Marine Le Pen en Petra Kelly. Ik zie ook hoe oud-ministers van Cameron de druk op Theresa May verhogen om tot een harde Brexit te komen.

Heeft de populistische kritiek een punt en heeft de EU de tijd en de kracht zich opnieuw uit te vinden? Veel hoopgevende tekenen zie ik niet.

Veranderingen in onze politiek

Zaterdag was een bijeenkomst van de PvdA over de decentralisaties in het sociaal domein. Het ging niet om een kleine (circa 100 mensen), maar ik was verbijsterd over het nietszeggende gebrek aan inhoud. Jetta Klijnsma was haar lieve, extraverte zelf.

Ik sprak een mede-inleider aan over de volstrekte scheiding van werkelijkheden: “jij weet wat er nu in sociale werkplaatsen gebeurt, waarom praten we daar niet over?” Vervolgens hadden we, met ons tweeën, een geanimeerd debat over die actualiteit. Waarom dat niet plenair kon, is lastig te verklaren. Vrijwel alle aanwezigen hadden een praktische politieke achtergrond, dus kennen ook die andere werkelijkheid. Maar ook in de discussies kwamen vrijwel geen koppelingen met die andere werkelijkheid tot stand: ritueel voor de vrije zaterdag en feel good-effecten.

De politiek heeft de pretentie dat er leiding wordt gegeven aan de ontwikkeling, maar dat is natuurlijk niet echt zo. De politiek volgt. Stiglitz vertelde in Buitenhof hoe Dijsselbloem de bezuinigingspolitiek van de Eurogroep en Troika voor de Grieken verdedigde: om de financiële markten mee te krijgen. Maar Stiglitz’ repliek was: als de markten niet willen, moet je zelf wat doen, als overheid.

Herman Wijffels, ook in Buitenhof had hoop: de klimaatovereenkomst van Parijs en de noodzaak van een transitie naar een nieuwe economie moest maar eens op de agenda voor de komende regering. Alleen, zei hij vriendelijk: de politiek leidt niet, maar volgt.

Vernieuwing

Het blijft een probleem: wat bedenkt de politiek? Je moet het zoeken bij de programma’s van kleine partijen. Aangenaam verrast was ik door Marianne Thieme die vaker praat over crisissen, maar Rutte lastig viel over de gedachte aan een onvoorwaardelijk basisinkomen voor iedereen.

Of Norbert Klein: iedereen ziet een meelijwekkende eenling, die over is gebleven uit een of andere ruziefractie. Maar het programma van zijn nieuwe partij is best lezenswaardig en bevat in elk geval een toekomstvisie.

Ben ik nu zo raar dat ik richting verwacht van de politiek? En dat ik die richting wil lezen in programma’s, met een behoorlijke indicatie van operationele vormgeving van beleid? Het is maar een vraag aan de lezer.

Reacties (6)

#1 Tom van Doormaal

Het debat Stiglitz en Dijsselbloem gevonden:
https://youtu.be/5pfBRqTASd4

  • Volgende discussie
#2 Olav

Tom:

Ik zie de populistische golf, ik zie geen grote hervormingen binnen de EU, ik zie het referendum in Hongarije, de politieke situatie in Polen, de peilingen van Marine Le Pen en Petra Kelly.

Petra Kelly is al een kwart eeuw dood. Je bedoelt Frauke Petry.

  • Volgende discussie
  • Vorige discussie
#3 Tom van Doormaal

@2: ja, soms denk je iets te weten en je weet het ook, maar er staat ineens iets anders. In de streek waar ik geboren ben noemen ze dat “slijtage van het benul”.
Zoiets zal het wel zijn, maar je hebt gelijk, excuus.
Ik heb net het debat van Stiglitz en Dijsselbloem uitgezeten, vond Dijsselbloem wel voorspelbaar maar zeker niet slecht. Ik beveel het aan.

  • Volgende discussie
  • Vorige discussie
#4 Inkwith Barubador

@1: Zit één van de beste economen ter wereld uit te leggen wat je verkeerd doet, en dan nog niet luisteren.

Het debat is van 30 september, dus nog zeer vers.

  • Volgende discussie
  • Vorige discussie
#5 Olav

@3:

Ik heb net het debat van Stiglitz en Dijsselbloem uitgezeten, vond Dijsselbloem wel voorspelbaar maar zeker niet slecht. Ik beveel het aan.

Nee dank je. Ik heb totaal geen geduld meer met Dijsselbloem. De reacties die hij bij me oproept zijn niet voor publicatie geschikt.

  • Volgende discussie
  • Vorige discussie
#6 Tom van Doormaal

@5: de weerstand is herkenbaar, maar ik probeer te luisteren naar wat er gezegd wordt en hoe dat functioneert.
De hooggeleerde en de minister zijn toch een soort tegenpolen. Ik vind Dijsselbloem dapper dat hij het debat aan gaat. Dat hij daarvoor een paar ambtenaren heeft laten werken om hem voor te bereiden, zal wel. Daarom is luisteren toch nuttig. Het gaat om analyses en feiten, niet om intimiteiten of kiesgedrag.

  • Vorige discussie