Teun Eikenaar

3 Artikelen
Achtergrond: Jay Huang (cc)
Foto: Capture The Uncapturable (cc)

Ontdek je plekje in de archeologie

ANALYSE - De nieuwe datering van eerder gevonden rotstekeningen in Indonesië leidt tot een jubelstemming in archeologische kringen. De vraag is echter of deze ontdekking niet te verwachten viel. Wat zegt dit over de ontwikkeling van de archeologie als wetenschap?

Een oude vondst was vorige week opnieuw groots in het nieuws. Grottekeningen in Maros, Indonesië, blijken veel ouder dan gedacht. De oorsprong van de menselijke creativiteit komt daarmee in een nieuw licht te staan. Die ligt niet uitsluitend in Europa – zoals altijd gedacht – maar ook in Azië.

Met dat nieuwe inzicht, dringt zich echter ook een andere vraag op. Namelijk: wat is hier eigenlijk de grootste ontdekking? De leeftijd van deze grottekeningen? Of een zekere naïviteit in de Westerse archeologie?

Met een nieuwe dateringstechniek zijn in de jaren vijftig ontdekte rotstekeningen opnieuw bekeken. Wetenschappers dachten dat deze tekeningen hooguit 10.000 jaar oud konden zijn. Nu blijken zij veel ouder, sommigen tot bijna 40.000 jaar, zo staat in een publicatie in het blad Nature. Dat maakt ze ouder dan wereldberoemde rotstekeningen in Chauvet en Lascaux in Frankrijk en ongeveer net zo oud als tekeningen in El Castillo, Spanje.

Ontdekking achter de ontdekking

Opwinding in de archeologie is het gevolg. Sommige wetenschappers weten hun enthousiasme nog te temperen, maar hoogleraar archeologie Wil Roebroeks van de universiteit Leiden komt openlijk voor zijn opwinding uit. ‘Ik kreeg kippenvel toen ik het las,’ zo vertrouwt hij NRC toe. Roebroeks schreef ook een commentaar bij het originele artikel in Nature. Hierin stelt hij dat er nog veel meer ontdekkingen zitten aan te komen:

Foto: katie chao and ben muessig (cc)

Gaat en vertwittert u!

ACHTERGROND - Nieuwe media, nieuwe tijden, dan kan het bevoegd gezag niet achterblijven. In Nederland maken steeds meer agenten gebruik van Twitter. Het wordt gezien als een goed middel om de afstand met de burger te verkleinen, zeker als er steeds minder tijd overschiet om op straat te zijn. En het schijnt nog goed te zijn voor het imago ook.

Het is een trend in meerdere landen. Zo was onlangs in het nieuws dat ook de New Yorkse politie zijn uiterste Twitterbest doet. Om het beroerde imago van het korps wat op te vijzelen, werden bewoners uitgenodigd om leuke kiekjes van henzelf met New York’s finest te delen onder vermelding van #myNYPD.

Goed idee?

Afgaande op de ingestuurde foto’s, bestaan de ervaringen van de gemiddelde New Yorker met de NYPD uit geschoffeerd of in elkaar geslagen worden. Cynisme voert de boventoon in de reacties op de uitnodiging van het New Yorkse corps.

‘NYPD officers are known worldwide for their timely and hands-on response to citizen grievances,’ onder de foto van een jongen met daarop twee forse agenten die hem met hun knieën tegen de grond gedrukt houden.

‘Homeless and sleeping in a synagogue? #MyNYPD has an ass kicking answer! #ForShame!’ bij een afbeelding van een dakloze die door een paar agenten in elkaar getrapt wordt.

Foto: Monument076 (cc)

Burgerparticipatie: een mooi woord om onafhankelijk initiatief beheersbaar te houden

ACHTERGROND - ‘Burgerparticipatie’ is niet altijd wat het lijkt.

Vraag iedereen met gevoeligheid voor Haags Scrabbelen naar de modewoorden van dit kabinet en grote kans dat ‘participatiesamenleving’ in de top drie eindigt. De kerngedachte daarachter mag inmiddels duidelijk zijn: de overheid kan niet meer alles doen en dus moeten burgers zelf meer verantwoordelijkheid nemen. Een woord als participatiesamenleving biedt daarbij de perfecte gelegenheid om die boodschap in een mooi papiertje te rollen. Dat geldt ook voor het vlaggenschip in de machtige vloot van de participatiesamenleving: ‘burgerparticipatie’.

Hoewel het idee van een participerende burger ouder is dan die termen, is burgerparticipatie onder Rutte c.s. hipper dan ooit. Daarbij lijkt doorgaans de nadruk op de positieve aspecten te rusten: het mee laten praten van wijkbewoners over hun directe leefomgeving zou de manier zijn om ‘de burger’ serieus te nemen. Met associaties van democratisering, ‘Do-it-yourself’ en het omzeilen van bureaucratie lijkt participatie een perfecte, positieve term om duidelijk te maken dat we eigenlijk erg blij moeten zijn dat de overheid zich terugtrekt van haar klassieke taken. Wat is het toch fijn dat burgers zelf mogen beslissen over hun leefomgeving!

Vooruitstrevende projecten

Er wordt dan ook vrolijk geëxperimenteerd met burgerkracht en doe-democratie. Onlangs verscheen een rapport van het Sociaal Cultureel Planbureau, waarin een vijftal van deze vooruitstrevende projecten centraal staan. In dit rapport – Burgermacht op eigen kracht – bespreken de onderzoekers dat burgers op uiteenlopende wijzen de ruimte krijgen of nemen om zelf mee te doen en denken. Daarbij ligt de nadruk op zogeheten ‘zelfredzame burgerparticipatie’: wijkbewoners gaan zelf aan de slag op terreinen die van oudsher de verantwoordelijkheid van de overheid waren. In de gemeente Schouwen-Duivenland, bijvoorbeeld, nemen bewoners het beheer van gemeenschapshuizen over en in de gemeente Berkelland stropen bewoners de mouwen op voor het onderhoud van plantsoenen.